Mooi Zuid-Holland
Zestig buitenplaatsen en kastelen van Zuid-Holland beschreven
Vincent Collette en Anne-Marie ten Cate
Vraag aan de geïnteresseerde een kasteel of buitenplaats in Zuid-
Holland te noemen.
Zijn antwoord zal waarschijnlijk beperkt blijven tot Het
Binnenhof in Den Haag of Kasteel Duivenvoorde in Voorschoten.
Toch heeft Zuid-Holland op dit terrein veel meer te bieden, zo
kan men lezen in het in opdracht van de provincie recentelijk
verschenen boek Kastelen en buitenplaatsen in Zuid-Holland.
Deze publicatie geeft een provincie-omvattend overzicht van
maar liefst meer dan 200 locaties, waar zich deze monumenten
of significante restanten daarvan bevinden.
c$
•Mi^Sês
40
Heemschut
december 2000
Plattegrond Huize Keukenhof te Lisse.
Zuid-Holland heeft ooit enige honderden
kastelen en buitenplaatsen gehad. Als belang
rijke vestigingsplaats werden de strandwallen
evenwijdig aan de kust van Hillegom tot en met
Den Haag gekozen. Andere gebieden bevon
den zich langs de Oude Rijn en rond de steden
Rotterdam, Dordrecht en Gorinchem. De
oudste kasteelvormen waren de ringwalburch-
ten (circa B75-1100). Nog aanwezige voorbeel
den van het latere type, de mottekasteel (1000-
circa 1270) zijn de Burcht te Leiden en de
burcht te Oostvoorne. Het betreft versterkin
gen op een kunstmatige heuvel. Aan het eind
van de twaalfde eeuw werden grotere en ster
kere kastelen gebouwd met een variatie aan
verschillende plattegronden. Evenals bij de
mottekastelen was de hoge adel de bouwheer.
Daarnaast verrezen er voor de lage adel woon
torens, zoals bijvoorbeeld het nog te bewonde
ren Huis Dever te Lisse, zaaltorens en comp
acte zaaltorenkastelen.
In de 15de eeuw verloren de kastelen hun
defensieve functie en kwam de nadruk op het
woonconfort te liggen. Vanaf de 17de eeuw
lieten met name regenten en welgestelde koop
lieden buitenplaatsen aanleggen. De bouwloca
ties van deze complexen kwamen grotendeels
overeen met die van de middeleeuwse kastelen
zoals het strandwallengebied in het westen.
Andere clusters buitens bevonden zich op de
oeverwallen langs de Rijn tussen Leiden en
Alphen en langs de Nieuwe Maas in Rotterdam.
Op het jonge duinlandschap rond het dorp
Oostvoorne waren ook buitens geconcen
treerd. Hieraan voegden in de laat 19de en
begin 20ste eeuw Rotterdamse industriëlen
en zakenlieden huizen zoals Carcabas,
Strypemonde en Olaertsduyn toe.
Veel kastelen zijn in de loop der eeuwen ver
bouwd, verwoest of afgebroken. Buitenplaatsen
zoals Huis ter Nieuwburg te Rijswijk en Slot
Honselaersdijk te Honselersdijk van stadhouder
Frederik Hendrik (1584-1647) moesten het rond
1800 door sloop ontgelden. Maar de meeste
van deze complexen hadden in de periode
1850-1960 te lijden van industriële ontwikke
lingen, vergroting van het wegennet en stede
lijke uitbreidingen. Gebouwen vielen ten prooi
aan sloop en tuinen aan verkaveling. Een aantal
buitenplaatsen, zoals het Huys ten Donck te
Ridderkerk, verwierf noodgedwongen de
positie van groenoase binnen een versteende
omgeving. Ook bleken eigenaren door stijging
van lonen steeds moeilijker onderhoud te
kunnen financieren. Zij moesten dientenge
volge veelal overgaan tot verkoop aan een
bedrijf of instelling.
In de jaren '70 van deze eeuw kwam men tot het
inzicht dat buitenplaatsen vanwege hun cultuur
historische waarden behouden dienden te wor
den. Nieuwe eigenaren, vaak stichtingen, gingen
met de overheid aan de slag en behaalden
successen in hun streven naar instandhouding.
Kwetsbaar
Ondanks al hun inspanningen blijft de positie
van kastelen en buitenplaatsen in de drukste
provincie van Nederland uiterst kwetsbaar. Zo
worden er regelmatig bouwplannen ontwikkeld
in het potentiële rijksgezicht, de landgoederen-
zone in Wassenaar. In geval van realisering van
dergelijke plannen zullen cultuurhistorische,
landschappelijke en natuurwaarden in het ge
ding komen. Bescherming van al deze waarden
vereist een integrale benadering. Hierbij kan de
provincie een sturende rol spelen met een
gebiedsgerichte aanpak en een duidelijke visie
op de ruimtelijke kwaliteit. De provincie maakt
streekplannen waarin de verschillende waarden
zijn opgenomen. Aan de hand daarvan toetst zij
gemeentelijke bestemmings- en bouwplannen.
In het kader van de gebiedsgerichte Aanpak
Den Haag-Katwijk streeft de provincie naar
duurzame instandhouding van landgoederen
op basis van nauwere samenwerking tussen
particulieren en overheid. De provincie speelt
in het kader van het Monumenten Selectie
Project (MSP) een leidende rol bij de keuze van
objecten en gebieden uit de periode 1850-1940
ten behoeve van rijksbescherming. Ook wil zij
mogelijkheden onderzoeken op toeristisch-
recreatief terrein, aangezien cultuurtoerisme
een van de speerpunten van haar beleid is.