Alles, behalve saai Annette Lieth Vanzelfsprekend roept het onlangs door de koningin geopende gerenoveerde Utrechtse stadhuis zeer verschillende reacties op. Niet iedereen is gecharmeerd van de opvallende glazen uitbouw boven de trappen van de voormalige ingang van Burgerzaken. Of, van de betonnen wanden, die vlekkerig en grijs blijken te blijven. Of, van het stelsel goten dat water vanaf het dak in een soort lange trog doet belanden alsof de paarden straks komen drinken. Ja, het contrast tussen oud en nieuw is groot. 26 Heemschut december 2000 In 1122 kreeg Utrecht haar stadsrechten. Karei V had na zijn machtsovername in 1528 opdracht gegeven de Raad en de schepenen samen in één gebouw onder te brengen. Die ruimte werd gevonden in de statige panden aan de Stadhuisbrug, waarmee Utrecht in de 16de eeuw een echt bestuurlijk centrum kreeg. Het stadhuis was een bonte verzameling van gebou wen en architectuurstijlen. Stadsarchitect J. van Embden bracht eenheid in het geheel en ont wierp in 1825 de zandstenen gevel met het tempelfront van vier dorische zuilen op sokkels in vroeg-neoclassicistische stijl. De gevel verbergt drie huizen waarvan de middeleeuwse structuur eigenlijk alleen nog aanwezig is in de kelders. Achter de gevels is het stadhuis steeds aangepast aan de ontwikkeling en eisen van de jaren. Natuurlijk zijn er plannen geweest voor nieuwbouw, maar gelukkig is het gebleven bij inwendige verbouwingen. De oude en nieuwe delen van het stadhuis en de nieuwe entree openen zich uitnodigend naar het nieuwe plein (dia's van de auteur). Miralles Het resultaat van de ingrijpende renovatie en nieuwbouw is wat ingetogener dan de Spaanse architect Enric Miralles in eerste instantie van plan was. Want, zowel de plaatselijke wel standscommissie als gemeenteraad maanden hem diverse malen, na de opdracht verlening in april 1997, zich 'te beheersen'. Voor Miralles was dan wel de historische gelaagdheid van de verschillende gebouwen waaruit het stadhuis bestond een belangrijk thema, twijfel over de vele kleuren, materialen en vormen bleef. Het ging immers om het historisch hart van de stad. Dan te bedenken dat de dienst Stadsontwikke ling in 1954 een plan presenteerde waarbij de representatieve functies in één van de oude gebouwen werden geplaatst en de bureau functies in een 12 verdiepingen hoog flatge bouw op poten. Daarvoor en voor het creëren van ruimte voor het toenemende verkeer moest veel van de omgeving gesloopt worden. De monumentale historische gevels aan de Stadhuisbrug zijn in hun waarde gelaten. Hier is dan ook weinig te zien van de vele gebruikte miljoenen. Wel hangen er bloembakken onder de ramen en zijn de kozijnen geschilderd. De grijs zwarte aanslag is helaas nog aanwezig. Maar, met de klok mee om het gebouw lopende, openbaren zich steeds meer nieuwig heden. Een houten entree die zonder aanlei ding in een oude muur lijkt te zijn gepropt. De wat lompe gevel van een aanbouw eind jaren '30 blijkt een scherm te zijn waarachter zich nieuwbouw bevindt die gedeeltelijk bekleed is met mozaïekmetselwerk. Dan opent het stad huis zich aan het nieuwe stadsplein met de nieuwe hoofdingang en een bonte verzameling uitbouwen, inkepingen, pilaren, uitkragende verdiepingen, diepliggende ramen en buitenis sige kozijnen. De 21ste- eeuwse toevoegingen zijn nadrukkelijk aanwezig. Of ze latere verbouwingen overleven, zal de tijd moeten leren. Wel zorgt het nieuwe gebaar dat het stadhuis maakt er eigenlijk samen met de nieuwbouw voor dat alle gevels nu voorgevels zijn. Binnen Het kleine tochtportaal in een glazen uitstul ping, leidt naar de entreehal, waar oud en nieuw samen komen en waar de kleine balie eenvoudig voorbij gelopen wordt. De oude monumentale hal, die een representatieve functie behoudt, vormt als het ware een huis in een huis, waaromheen een rondgang is gereali seerd. Hier zijn evenals in de kleine trouwzaal en de kasten in de perskamer stukken te be wonderen uit de collectie van het Centraal Museum. De nieuwe deels houten deels beton nen loopbrug boven een gedeelte van de hal laat elke voetstap horen. Verlaagde plafonds, voorzetwanden en afge timmerde hokken werden op aanwijzing van de architect weggehaald. Hij hoopte met het kaal- halen en afschillen van de binnenkant iets moois te vinden; daarnaast was lucht en ruimte in het gebouw brengen een doel. Dit laatste is gelukt met allerlei doorkijkjes en uitzicht naar

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2000 | | pagina 28