Vroeg voorbeeld functionalisme met sloop bedreigd Johan de Haan Het laboratorium voor anatomie en embryologie in Groningen Groningen is een dynamische stad. Als dat ergens duidelijk is, dan wel in het gebied Oostersingel-Bloemsingel, aan de rand van de binnenstad. Aan weerszijden van deze straten wordt driftig aan de toekomst gebouwd. Jarenlang was de vroeg-20ste-eeuwse bebouwing die bestond uit de gasfabriek, het Academisch Ziekenhuis en de universitaire laboratoriumgebouwen beeld bepalend voor dit gedeelte van de stad. Pas met het verdwijnen van de gasfabriek en met de grootschalige nieuwbouw van het Academisch Ziekenhuis veranderde dit. De drie laboratorium gebouwen vormden tot voor kort het enige vaste gegeven in de hectiek van sloop en nieuwbouw. augustus 2000 Heemschut 37 De ambitieuze nieuwbouwplannen van het ziekenhuis hebben inmiddels geleid tot de sloop van het pathologisch-anatomisch laboratorium uit 1903terwijl het laboratorium voor anato mie en embryologie onlangs voor twee jaar respijt gekregen heeft. Dit laatste is vooral te danken aan de aanhoudende protesten van studenten en hoogleraren. Ze betogen met grote bevlogenheid dat het laboratorium gebouw naar volle tevredenheid functioneert, geenszins verouderd is en meer dan voldoende (en stijlvol) ruimte aan alle activiteiten biedt. Voor de nieuwbouwplannen lijkt bovendien meer dan voldoende plaats op het al opge schoonde gedeelte van het ziekenhuisterrein. Met het laboratorium dreigt ook het hier gevestigde Anatomisch Museum te verdwijnen. Hierin bevindt zich de waardevolle verzame ling van Petrus Camper (1722-1789) van 1763 tot 1773 hoogleraar te Groningen, en een geleerde van Europees formaat. De collectie en het gebouw vormen een belang rijk ensemble; de verzameling preparaten is van oorsprong bedoeld als studiecollectie en is ook daarom in 1909 met de college- en snijzalen in één pand ondergebracht. Prachtig zijn de origi nele ijzeren vitrines waarin de preparaten zijn uitgestald. Overigens is ook de rest van het interieur van het gebouw, met prachtige details als paneeldeuren, glas-in-lood en een goed- bewaarde gehoorzaal met fijn gedetailleerd houtwerk de moeite waard. Grote charme Het exterieur van het gebouw, resultaat van de samenwerking tussen de hoogleraar Van Wijhe, de rijksbouwmeester Van Lokhorst en vooral diens opvolger Vrijman, is van een grote charme. Het laboratorium voor anatomie onderscheidt zich duidelijk van het physiologisch labora torium aan de overzijde van de Anton Deusinglaan. Het physiologisch laboratorium is een streng symmetrisch gebouw, waarvan het centrale gedeelte door een trapgevel en een monumentale toegangspoort geaccentueerd wordt. Het anatomisch laboratorium bestaat daarentegen uit duidelijke bouwdelen, die de afzonderlijke ruimten in het gebouw van buiten herkenbaar maken. Het gebouw preludeert op deze manier op het functionalisme dat een aantal jaren later op zou komen. Zo is de hoofdingang ondergebracht in een portaal, terwijl een torengebouw het trappehuis huis vest. De snijzaal is herkenbaar aan de grote ramen die zich in de dwarsvleugel bevinden. Stilistisch sluiten de in een verzorgde neo- renaissance-stijl gebouwde laboratoria overi gens wel bij elkaar aan. Aan weerszijden van de Anatomisch laboratorium te Groningen. Foto auteur. Anton Deusinglaan zorgen ze hierdoor voor een fraai poort-effect. Het laboratorium voor anatomie en embryolo gie is zonder twijfel een goede kandidaat voor de rijksmonumentenlijst. Het gebouw is van grote waarde voor het academisch en anato misch onderwijs, voor de architectuurgeschie denis en, niet onbelangrijk, voor het Groninger stadsbeeld. Als monument kan dit unieke gebouw, dat al jaren prima functioneert en dat ook nog jarenlang kan doen, een roemloos einde bespaard blijven. J. de Haan is lid van de Provinciale Commissie van Heemschut Groningen.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2000 | | pagina 39