april 2000 Heemschut 11 andere gedachten en prefereert nieuwbouw op een door de gemeente aangeboden terrein. Het bureau van de rijks bouwmeester neemt het initiatief tot het verrichten van een bouwhistorisch onderzoek." Bij het verschijnen van het rapport lijkt het pleit beslecht ten gunste van de nu gekozen aanpak en kunnen opdracht en uitgangspunten worden geformuleerd. Opdracht en uitgangspunten Bouwheer drs. Roelof L. Koops, archivaris van het Zeeuws archief, stelt als uitgangspunt dat zijn archief een open ambiance dient te hebben, laagdrempelig met een eigen tijdse, heldere, transparante uitstraling die mensen uitno digt en ruimte geeft. Efficiëntie, motiverende werkplek en bediening van bezoekers zijn sleutelwoorden. Hiervoor is onder meer nodig: publieksruimte, bibliotheek, restaura tieatelier en expositieruimte alsmede een depot, tezamen ca. 10.000 vierkante meter. Daarmee is het eerste probleem geschapen, want het Van de Perrehuis heeft die ruimte bij lange na niet. Aanvankelijk wordt door het archief dan ook nieuwbouw voorgestaan. Totdat de archi tecten ir. Jan Benthem en ir. Cor Bouwstra met het idee komen om een in glas uitgevoerd paviljoen aan te bouwen en wel zo dat dit symmetrisch staat ten opzichte van de Lussanet-vleugel. Daaronder in drie lagen kelders: de depotruimten. Deze oplossing spaart en versterkt het binnenterrein en maakt mogelijk dat het Van de Perrehuis geheel onaangetast kan blijven. Tapijtkamer. Foto Marco de Nood, 1999. Kabouterzaal met doorkijk naar hal. Foto auteur, 2000.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2000 | | pagina 13