Gemeentelijk monumentenbeleid
Bezien we de kaart van Nederland, dan heeft elke provincie heel
wat gemeenten, die nog altijd geen gemeentelijke
monumentenverordening hebben. Zo'n verordening maakt
bescherming van gemeentelijke monumenten mogelijk.
36
Heemschut
oktober 1999
zorg haar bestaansrecht dankt: inzicht in de
genese en wording van de historische stad om
die zinvol te kunnen voortzetten.
Waar staat monumentenzorg voor?
Zorg als aandacht voor de kwaliteit moet
opnieuw worden gemotiveerd en toegerust.
Want we moeten niet zomaar geloven dat het
vanzelfsprekend is dat die kostbare boedel als
een deel van de 'Collectie Nederland' wordt
doorgegeven aan de volgende generaties; dat
monumenten en monumentale complexen een
bijdrage leveren aan de kwaliteit van de ruimte
lijke inrichting van Nederland; dat zij een
inspiratiebron vormen voor de moderne
ontwerpopgave; dat zij landnrarks zijn die de
omgeving herkenbaar maken, het collectief
geheugen en het historisch besef in ons wakker
roepen en daarmee bijdragen aan de mogelijk
heid ons ermee te identificeren. Dat is allemaal
nietvanzelfsprekend! Want een eigentijdse
opvatting over instandhouding is niet zomaar
voorhanden, een culturele ambitie bij de herin
richtingvan Nederland moet nog bewezen
worden, geïnspireerde ontwerpers moeten
daarop worden aangesproken. Begrip voor de
betekenis van de plek, historische kennis en zelf
bewustzijn zijn zeldzame condities. Zonder die
voorwaarden is de culturele uitdaging tot
mislukken gedoemd. Zonder die voorwaarden
kan monumentenzorg die vitale opdracht in de
richting van de hedendaagse ontwerpopgave
niet vervullen. Heeft derhalve die culturele
opdracht wel een realistisch perspectief? Zijn er
tekenen die erop wijzen dat het argument van de
monumentale waarden tegenover economische
druk of maatschappelijke programma's bestand
is?
Ja, er zijn inderdaad voortekenen, en wel: het
snel groeiend besef dat het ontwerp van
Nederland niet langer via gefragmenteerde
technocratische impulsen tot stand moet komen.
Op een genetisch profiel van de cultuurhistori
sche waarde baseert de monumentenzorg haar
culturele pretenties en zoekt zij bondgenoten
voor een cultureel complot: samenwerken aan
Mooi Nederland.
Waar het karakter van de plek, de eisen van de
tijd, de ambitie van de opdracht en het talent
van het ontwerp, gelijkelijk hooggestemd zijn,
daar ontstaat een kans op een nieuwe culturele
identiteit. Daar ligt in feite de waarderings-
grond voor de nieuwe architectuur en steden
bouw.
Drs.J.J. Bollebakker is lid van de redactie raad.
De geannoteerde oratie wordt najaar 1999 geïl
lustreerd uitgegeven bij Waanders.
Die constatering en de dreiging, dat die monu
menten verloren gaan, geeft Heemschut
herhaaldelijk aanleiding over te gaan tot actie. In
Overijssel leidt dat soms tot contacten met
gemeentelijke instanties om te stimuleren toch
gemeentelijk monumentenbeleid te realiseren.
Ook wendt Heemschut zich vaak tot een
wethouder of de burgemeester.
Heemschut moet helaas signaleren, dat gemeen
ten de monumentenbescherming een lage prio
riteit toekennen en het gemeentelijk monumen
tenbeleid voor zich uitschuiven. En dat op basis
van argumenten die niet zelden berusten op
onvoldoende kennis van de mogelijkheden en
niet of nauwelijks inwinnen van informatie bij
deskundige instanties.
Heemschut Overijssel is verschillende gemeen
ten langs geweest. Daarbij bleek, dat deze vaak
weinig belang hechten aan monumentenzorg uit
angst voor extreme kosten te worden geplaatst.
In agrarische gebieden bleek men ongerust, dat
een gemeentelijk beleid de agrarische onderne
mer in zijn bedrijfsvoering zou kunnen schaden
als een opstal tot monument zou worden verhe
ven.
Dat een goed opgezette monumentenzorg met
een verordening, een monumentennota en -
commissie en een monumentenlijst niet slechts
lastig is maar ook een sturend effect kan hebben
zonder veel kosten lijkt veel gemeentebesturen
te ontgaan.
Als immers volgens de wettelijke procedure de
voorwaarden worden geschapen voor een
gemeentelijk monumentenbeleid dan hoeft de
monumentenlijst niet per se een groot aantal
opstallen te bevatten. Er zou met name een
begin kunnen worden gemaakt met het aanwij
zen van zogenaamde MI P-pan den op vrijwillige
grondslag met instemming van de eigenaar of
van monumentale bomen naast terreinen van
cultuurhistorische waarde Men denke aan
archeologische vindplaatsen als essen of vroe
gere kasteel terreinen.
Als een gemeente eenmaal voorzien heeft in de
voorwaarden voor een goede beschermingspro
cedure, kan onder omstandigheden die wette
lijke weg door het gemeentebestuur bewandeld
worden om sturend op te treden bij ongewenste
ontwikkelingen.
Het doet immers vreemd aan dat toestemming
tot bouwen van een opstal veelal wordt geregeld
via het bestemmingsplan (na goedkeuring van de
tekeningen), terwijl afbreken van een opstal
slechts gebonden is aan een normale sloopver
gunning, die geen architectonische of cultuur
historische criteria kent. Ook verstoring van
(archeologische) vindplaatsen zonder juridische
bescherming is slechts afhankelijk van het vige
rende bestemmingsplan, waar hopelijk het
Verdrag van Malta verandering in zal brengen.
Bij aanwezigheid van een voorgeschreven
gemeentelijke monumentenprocedure snijdt het
mes aan twee kanten: enerzijds geeft de
gemeente blijk van een positief standpunt t.a.v.
gemeentelijk monumenten-beschermingsbeleid
terwijl anderzijds de mate waarin dat plaatsvindt
in handen van de gemeenteraad blijft. De voor
delen van het paraat hebben van bedoeld
beschermingsinstrumentarium kunnen dan
benut worden, terwijl eventueel de nadelen
binnen de perken kunnen blijven of omzeild
kunnen worden.
Dr. H.Reynders, lid Provinciale Commissie
Heemschut Overijssel