Nieuwe Hollandse Waterlinie mikt
op Werelderfgoed lijst
Maarten Lemmens
China heeft zijn Grote Muur, Egypte kan bogen op zijn
pyramides, maar ook ons kleine landje kan zich beroemen op
een monument van wereldformaat.
Misschien begint u zich nu af te vragen welk van onze
monumenten voor deze eretitel in aanmerking komt. De Beurs
van Berlage wellicht, of het Haagse Binnenhof. Of gaat het
misschien om het Muiderslot?
Heemschut
31
'E&'if*
Nee. Hoewel dit alledrie belangrijke en bewon
derenswaardige bouwwerken zijn, die stuk voor
stuk een erepredikaat verdienen, gaat het in dit
geval om een ander monument. Misschien bent
u door deze benaming ook op het verkeerde
been bent gezet, want het gaat hierbij om een
reeks van bouwwerken die gezamenlijk een
indrukwekkend monumentaal geheel vormen.
Gedoeld wordt op de Nieuwe Hollandse
Waterlinie, de optelsom van een reeks aaneen
gesloten forten, sluizen, bruggen, bunkers en
inundatiegebieden die van het IJsselmeer tot
aan de Biesbosch loopt. De linie werd aange
legd tussen 1815 en 1885 ter vervanging van de
befaamde oudere Hollandse Waterlinie, die
niet meer voldeed als verdedigingslinie voor
het jonge koninkrijk, beducht voor de moge
lijke expansieplannen van de omringende
grootmachten.
Geschrokken door het gemak waarmee de
Franse legers in 1799 ons land binnen wisten te
trekken, besloten de ingenieurs en officieren
van koning Willem I een aaneengesloten forten
linie aan te leggen, omringd door vlakke weide
gebieden die een vrij schootsveld konden
bieden. Daarnaast werd er een ingenieus
Fort Rhijnauwen
complex van sluizen en dijken gebouwd, die bij
het naderen van de vijand de mogelijkheid
boodt om het omringende land onder water te
zetten. Terwijl de vijandelijke legers zouden
proberen hun voeten droog te houden, konden
ze vanuit de forten door batterijvuur worden
bestookt.
Het leek een waterdicht plan; helaas hield
het geen gelijke tred met de ontwikkelingen
van het militaire materieel. De muren van de
forten waren niet bestand tegen de steeds
krachtiger brisantgranaten, waardoor het als
verdedigingslinie niet langer voldeed.
In vijf provincies
Ook al is het niet langer in gebruik als militaire
linie, als monumentale en typisch Hollandse,
tastbare herinnering aan de inspanningen om
onze onafhankelijkheid te waarborgen is het
behoud meer dan waard. Sterker nog: er zijn
voorbereidingen gaande om het complex op de
Werelderfgoedlijst van de UNESCO te
krijgen.
Dit klinkt wellicht eenvoudiger dan het in
werkelijkheid is. Het gaat tenslotte niet om een
enkel bouwwerk, maar om een uitgestrekte
keten van vele beschermenswaardige objecten,
die in totaal vijf provinciegrenzen overschrijdt.
Dat houdt in dat alle onderdelen nauwkeurig in
kaart moeten worden gebracht, en dat zowel de
gemeentelijke als de provinciale en landelijke
overheid in nauw overleg moeten bepalen
welke beschermingsgraad een object verdient.
Daarnaast moet er rekening gehouden worden
met zowel bestaande als nog te ontwikkelen
bestemmingsplannen, waarin de militaire
monumenten een passende plaats zouden
juni 1999