april 1999
Heemschut
33
Heineken, stuwende kracht achter de uitbrei
ding van Artis, de restauratie van de
Westerkerk, gemotiveerd fietser en bekend
met allen, die voor een goede zaak bereid zijn
de nek uit te steken.
Hoe het begon? 'Het begon', zegt Piet, gezeten
in een, als bouwkeet fungerende container met
uitzicht op modder, sneeuw en het herrezen
stadion, 'het begon met de constatering in de
raad van commissarissen van de NV Olympisch
Stadion, dat het ons niet zou overkomen dat-
dat-ding-naar-beneden-gaat.' We schrijven
1986. Een van die commissarissen was Piet
Kranenberg.
Wat toen begon werd een gevecht met vele ups
en downs dat een normaal mens spoedig zou
hebben opgegeven. Een opmerkelijk aantal
Visualisatie architectenbureau Van Stigt van het gerenoveerde Olympisch Stadion.
commissarissen poetste de plaat toen het
menens werd.
Maar het liep tenslotte goed af door enige
schrandere invallen, die Kranenberg toeschrijft
aan voorzitter mr B. W. Mulder, advocaat in
Amsterdam. Bij het overwegen van de talrijke
opties die toen nog open stonden, zei die:
'Laten we ons stadion terugbrengen in de
oorspronkelijke staat.'
'Dat ding'
Op het stadhuis was men helemaal niet ingeno
men met de activiteit van de commissarissen.
Wethouder Duco Stadig vond dat 'dat ding'
naar beneden moest en zwoer bij royale Vinex-
In 1937 werd de nu verwijderde betonnen ring aangebracht. Foto Rob RietveltHollandse Hoogte.
bouw op het vrijkomende terrein. Voor hulp
was men aangewezen op instanties buiten
Amsterdam, Zeist (Monumentenzorg) en
Den Haag (staatssecretaris Nuis), die gunstig
reageerden op een rapport van prof. Manfred
Bock, dat de bijzondere kwaliteiten van het
Stadion deskundigin het licht stelde. In 1992
werd het Stadion tot monument verklaard.
Toen kwam, zegt Piet Kranenberg, de tweede
brain-wave van mr. Mulder. Waarom niet een
atletiek-stadion? De KNAU was zeer ingeno
men met dit plan, mits het herboren stadion
aan de internationale eisen zou voldoen.
Terwijl we uit een plastic bekertje poederkoffie
van de automaat drinken, schetst Piet
Kranenberg het fascinerende spel dat dan
begint en waarin zijn grote relatiekring een
doorslaggevende rol ging spelen. Rapporten,
begrotingen, vergaderingen, geld, aanklampin
gen.
Twee feiten van belang in die fase: bureau
Van Stigt- gerenommeerde restauratiearchi
tecten - geeft zijn fiat aan de restauratiebegro
ting van 23 miljoen gulden en makehar J.Kwak
garandeert dat hij de 14.500 vierkante meter
kantoren, die na de afbraak van de wielerbaan
onder de tribunes komen, zal kunnen verhuren.
Een sluitende exploitatie komt steeds meer in
zicht. Maar waar komen die 23 miljoen
vandaan?
Geld vanuit burgerij
In een halfjaar lukt het Piet om 18 miljoen
bijeen te sprokkelen bij overheid en restauratie-
instanties. De laatste 5 miljoen, besluit men,