Wat is Noord-Holland nog zonder stolpen? Eigen roem heeft niet zo'n beste geur. De loftrompet over je eigen cultuurbezit kun je dan ook niet beter laten steken dan door een buitenlander. In dit geval mag Aldous Huxley, de filosoof-schrijver dat doen. Jan-Derk Gerritsen 4 Heemschut De oudste nog bestaande stolp van Noord-Holland 'De Twaalf Apostelen' in de Schermer aan de Noordervaart, gebouwd in 1641, zes jaar na de drooglegging. Foto's A.A. Dullé. Hij was bij zijn bezoek in 1923 aan Noord- Holland zo onder de indruk van de stolpboerderij - nog steeds het beste logo voor dit gewest - dat hij daarover de volgende lyriek aan het papier toevertrouwde: "Met een groot gevoel voor esthetiek hebben de Hollanders dit geometri sche landschap bezaaid met kubussen en pira miden. Wat past die stolp volmaakt in die geometrie Ik ken geen landschap waar het geestelijk opbeurender is om in te vertoeven." Toen Huxley hier rondreisde waren de Beemster (1612) en de Purmer (1622) al inge polderd. De Wormer (1634) en de Schermer (1635) waren nog niet drooggelegde meren. Nadat ook die laatste polders bezaaid waren met dat cultuurbezit aan molens en stolpboer derijen moet het helemaal een 'plaatje' zijn geweest. Maar wel een plaatje, mogelijk gemaakt door wat toen agrarische bedrijfsvoe ring kon worden genoemd. De oogst van die rijke en vruchtbare polderbodem was niet gering en droeg eens te meer bij aan de rijkdom van de Gouden, 17de eeuw. Het in Noord- Holland uitgevonden en ook alleen nog daar toegepaste boerderijtype is niet alleen land schappelijk fraai maar ook uniek voor een effi ciënte uitvoering van land- en tuinbouw. Alles onder dat ene piramidale dakoogst, hooi, wagens, paarden, koeien en de boer zelf met zijn gezin. Een loopstal past er niet in Alleen, u weet hethet valt vandaag niet mee voor de boer om voort te ploegen. Ook hij is onderdeel van de 'economische vooruitgang', waartoe hij met name in deze Randstad-provin cie gedwongen wordt. Een loopstal is op zijn minst noodzakelijk en past doorgaans slechts in een rechttoe rechtaan-schuur, die in het beste geval de stolp, voor het merendeel nog uit de 17 de eeuw, aan het oog onttrekt of visueel beheerst. En die horizon van Huxley is allang verdwenen achter de 'verworvenheden' van nieuwbouwwijken, industrie-terreinen, snelwe gen of raketten, die niet op willen stijgen maar de bulk bevatten van voedselvoorraden voor het vee. En als de boer het, gekomen onder het bestaansminimum of daaromtrent, niet meer ziet zitten, wat moetje dan met die stolp? Teloorgang De stolp verloedert en vervalt. Legaal en ille gaal gaat de sloperskogel er tegenaan. Of hij verbrandt en het is geen uitzondering, dat dat 'vanzelf of met opzet gebeurt. Er wordt een kapitaalkrachtige koper gevonden, die voor gemakkelijk onderhoud kiest en er p.v.c.-ramen in zet. Hardhout uit de tropen ligt ook in zijn lijn. En hij, die de historie liefheeft, ziet dit alles met lede ogen aan. Zo verdwijnen er zo'n dertig per jaar van de ongeveer 3600, die nog behouden zijn. Met lede ogen alleen kom je er echter niet. Het getij keren gaat niet vanzelf. Daar moet je wel wat voor doen. juni 1998

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2023 | 1998 | | pagina 6