Jaar van het Onderhoud
april 1998
Heemschut
3
'kralensnoer van kleine kernen en bosjes'. Ook
hier echter pleit Heemschut voor de grootst
mogelijke zorgvuldigheid in de ontwerpfase.
Tot elke prijs moet worden voorkomen dat er
klakkeloos plannen en ontwerpen van elders
worden overgenomen, aldus Heemschut
Drenthe. De ontwerpers zullen ook hier in het
Hunzedal terdege rekening moeten houden
met de karakteristieke, cultuurhistorische
waarden van dit landschap.
In de Regiovisie van Heemschut Drenthe wordt
optimaal gebruik gemaakt van de historische
waarden van het gebied Croningen-Assen,
waardoor een verdere aantasting zo minimaal
mogelijk kan blijven. Een landschap als hier
rond het Eelderdiep moet behouden blijven.
B. Boivin is PR-meclewerker Heemschut Drenthe.
Ir.j.M. Veldhuis, voorzitter van Heemschut Overijssel overhandigt het februari-nummer van
Heemschut over o.a. Deventer aan de wethouder monumentenzorg van de Koekstad Rita Bos.
Vorige maand werd in de Sint Joriskerk in
Amersfoort n.a.v. het 25-jarig bestaan van de
Monumenten wacht 1998 gedoopt tot 'Het
Jaar van hetMonumentenonderhoud'. Een
uitstekend idee. Het is prachtig, dat de laatste
jaren sterk de nadruk is gelegd op het weg
werken van restauratie-achterstanden.
Gelukkig krijgt ook het onderhoud van
monumenten nu steeds meer aandacht. Want,
zoals in Amersfoort door Walter Kramer
werd gesteld: alle beleidsvoornemens rond het
onderhoudsvraagstuk ten spijt de gedachten-
kronkel, dat eerst de restauratieachterstanden
dienen te worden weggewerkt is hardnekkig.
Met die denkwijze blijf je immers achter de
feiten aanhollen: zo zal er altijd achterstand
blijven. Die kan pas echt worden aangepakt
door de curatieve monumentenzorg om te
zetten in een actieve preventieve.
Of zoals het Charter van Venetië uit 1965
- mede door Nederland ondertekend - het
stelt: "restauratie moet uitzondering blijven".
Als tijdig gebreken worden gesignaleerd en
vervolgens onderhoud plaatsvindt kan
kostbaar herstel worden voorkomen.
De basis voor die andere - echte- monumen
tenzorg werd in 1973 gelegd bij de oprichting
van de Monumentenwacht Nederland. De
provinciale monumentenwachten zorgen
voor het tijdig signaleren van gebreken, het
adviseren over preven tief onderhoud en het
uitvoeren van klein herstel. Inmiddels zijn
ruim 12.000 van de 75.000 erkende monu
menten 'aangesloten' bij de Monumenten-
wacht. De niet aangesloten monumenten
eigenaars herinneren we graag aan de
voorwaarde, die de minister van OK en W
in 1936 al stelde bij het toekennen van rijks
subsidies. In art. 20 van de regeling stond,
dat de eigenaar "na afloop van de werkzaam
heden verplicht is het monument onveranderd
te bewaren en te onderhouden in de staat,
waarin het door de herstelling is gebracht".
Deze voorwaarde werd bij alle subsidie
toekenningen meegezonden. Dat gebeurde
ook na de Monumentenwet van 1961 en ook
na die van 1988. Eigenaars die in aanmerking
willen komen voor subsidie moeten nu
gedurende 5 jaarna afloop van de restauratie
jaarlijks rapporteren over de bouwkundige
staat van hun gebouw. Restaureren en
onderhoud moeten geïntegreerd worden.
Het is verheugend, dat staatssecretaris Nuis
de Rijksdienst nu heeft opgedragen een
integraal instandhoudingsbeleid voor te
bereiden. En de Monumentenwacht gaf hij
tot het jaar 2000 2 1/2 miljoen om zijn werk
te verbreden. Daarna komt er nog meer geld.
Jaap Kamerling