Fruitmuren Anne-Marie ten Cate Experimenteren met fruitsoorten Onze fruitteelt kent een lange experimentele geschiedenis, die nauw samenhangt met de opkomst van de buitenplaatsen in de 17de en 18de eeuw. Het is de tijd van de Verlichting, men is nieuwsgierig en verricht onderzoek op menig terrein en men is vooral gek op verzamelen. februari 1998 Heemschut 39 Dit uit zich zowel privé als openbaar. Kabinetten niet curiosa met schelpenverzamelingen, anti quiteiten, mineralen (Teylers Museum) of munten trof men op vele buitenplaatsen. De interesse voor uitheemse diersoorten blijkt uit de aanleg van dierentuinen. Koningen, maar ook de gefortuneerde onderdanen hadden een eigen menagerie. Vooral exotische vogels waren favoriet. Op de buitenplaatsen was het experimenteren met uitheemse boomsoorten, gewassen, bloem bollen en fruitsoorten een geliefde bezigheid. Microklimaat Afgelopen mei verscheen een boek over experi mentele leifruitmuren in Nederland. Een studie die werd verricht in opdracht van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en waarbij een dertigtal nog bestaande muren werd geïnventariseerd. De experimentele fruitteelt heeft uiteraard een lange voorgeschiedenis. Al in de Middeleeuwen was fruitteelt gebruikelijk en vinden we vermel dingen van boomgaarden. Op oude kaarten zien we niet alleen omgrachte, maar ook ommuurde fruitgaarden bij kastelen en adel lijke huizen. Met de opkomst van de buitenplaats in de 17de eeuw en de hang naar rust en schoonheid gaan tuin en park een steeds belangrijker rol spelen. Bovenal is de relatie tussen huis, directe en wijde omgeving van belang. Den Nederlandtsen Hovenier' een 'amateur' tuinboek door Jan van der Groen kende tussen 1669 en 1721 maar liefst 14 herdrukken. Er werd driftig geëxperimenteerd met muren en schuttingen om bevriezing van bloesems in het voorjaar te voorkomen en het fruit in het koude Nederland sneller te laten rijpen. Ook kon de muur, die naar het zuiden en zuidoosten werd gericht, de spreiding van de oogst beïn vloedden. In 1737 sprak de Leidse lakenfabrikant en tuin- liefhebber Pieter de la Court. van der Voort, over 'muuren en Schuttingen, tot vermeerdering der Slingermuur in Clingendael, Den Haag. Het telen van leifruitbomen. De Stichting tot Behoud van Particuliere Historische Buitenplaatsen (PEIB) gaf eind vorig jaar in eigen beheer het boekje 'Hovenierskunst.; de teelt van leifruitbom.enui t. Het werd samengesteld door J.M. Freriks. Het is gebaseerd op de snoeicursussen die Freriks regelmatig geeft. In het boekje worden praktische tips gegeven voor het telen van leifruit. Een handleiding op dit gebied ontbrak en omdat er sprake is van een toenemende belangstelling voor derge lijke teelt, maar tegelijkertijd de specialisti sche vakkennis langzaam uitsterft, voorziet deze handleiding in een leemte. Vooral het snoeien van leifruitbomen verschilt wezen lijkvan het snoeien van vrijstaande fruitbo men. In het boekje wordt, voorzien van vele teke ningen, het telen, opleiden en snoeien van een veertiental fruitbomen en de vele lei- vormen beschreven. Behalve fruitbomen wordt ook het snoeien van andere leibomen zoals lindes en plata nen beschreven. Heerde, Stichting PHB. 1996160p. ISBN90.803917.1.9. Prijsf29,50. Het boek is te bestellen bij Landschapsbeheer Utrecht, Postbus 121,3730 AC De Bilt. AMtC

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1998 | | pagina 41