m I1 F-** 30 Heemschut deel waren gaan vormen van het eigen erfgoed. Het mag dan ook vandaag de dag niet bevreem den dat er in India en Sri Lanka met respect over deze bouwkunst wordt gesproken.' Op Sri Lanka vind je overigens niet alleen vestingen, maar ook factorijen, pakhuizen, scholen, kerken en begraafplaatsen uit de VOC-tijd. Soms is het Nederlandse verleden vrijwel uitgewist. Op het eiland Mauritius is weinig tot niets bekend over het feit dat Nederlanders er bijna 100 jaar lang hebben gezeten. Het fort dat daar gebouwd is, is ook niet meer terug te vinden. Opvallend was de terminologie van Van Duim. Hij sprak niet kortweg over 'Nederlandse verdedigingswerken', maar koos voor een voorzichtige en verfijnde woordkeus: gebouwd erfgoed dat voortkomt uit de Nederlandse contacten met Azië, Afrika en Noord-Amerika gedurende de periode van Europese expansie. Het is mooi gezegd, alleen wat omzichtig... fl" f *•«- -v-x Delicaat Menno van Coehoorn houdt het op door Nederlanders gestichte vestingbouwkundige werken. Ze worden lang niet altijd beschermd. In landen met een zwakke economie heeft men soms wel wat anders aan zijn hoofd dan monu mentenzorg. Bemoeienis van Nederlandse zijde dus? Een delicate zaak. Als het land zelf geen behoefte aan bescherming heeft, kun je het in ieder geval vergeten. De Nederlandse overheid vindt ook dat je je er alleen mee mag bemoeien als het land er zelfbelangstelling voor heeft. Nederlandse betrokkenheid kan gezien worden als ongewenste bemoeizucht of zelfs een moderne Het van oorsprong Portugese Fort San Sebastian te Shama, Ghana, was van 1637 tot 1872 Nederlands. Het is nu postkantoor. Fort Frederick op Sri Lanka. vorm van kolonialisme. Veel grootser is de gedachte dat men een deel van eikaars erfenis deelt. De Indonesische minister van Onderwijs en Cultuur, Dr. FmdHassan, sprak in dit verband in 1989 over mutual heritage, een begrip dat op het symposium graag gehanteerd werd. Sprekers op het symposium wisten te melden dat er in veel landen een bewustzijn is ontstaan dat hiervan uitgaat: verdedigingswerken uit vervlogen tijden zijn niet alleen waardevol voor de voormalige overheerser, maar ook voor het eigen volk. Volgens J.P. Dirkse, directeur Culturele Samenwerking op Buitenlandse Zaken, begint men zich ook steeds meer te realiseren dat ze, zoals hij dat via de stem van een medewerker uitdrukte, 'in toeristische zin een groot kapitaal vertegenwoordigen'. Sri Lanka is daar een heel •V"£j goed voorbeeld van. Investeringen in door Nederlanders gestichte monumenten die er gedaan zijn, worden nu dubbel en dwars terug verdiend. Bouterse Dè deskundige op het terrein van het Nederlandse gebouwde erfgoed in het buiten land is professor C.L. Temminck Groll. Hij heeft heel wat landen afgereisd, vaak als restaurator of adviserend deskundige. Ook in Paramaribo was hij jarenlang kind aan huis, Fort Zeelandia restaureerde en verbouwde hij tot museum voor Surinaamse cultuur. Het functioneerde als zodanig tot Bouterse op het politieke toneel verscheen. 'Hij eiste het pand op, want het was het enige stevige gebouw in Paramaribo, het moest binnen één dag leeg zijn. De directeur van het museum zei hem echter: "Begin nooit iets op vrijdag". O.K., goed, maandag dan, had Bouterse toen gezegd. Binnen een paar dagen is toen de hele cultuur van Suriname weggedra gen.' Vóór het fort stond een standbeeld van koningin Wilhelmina, Bouterse liet het gewoon staan. Temminck: 'Al die tijd dat Bouterse daar zat, heeft Wilhelmina dus een oogje in het zeil gehouden.' Het fort is nu wederom museum. Ook in het buurland Guyana staat overigens een heel markant Fort Zeelandia - forten in het buitenland heten vaak Oranje, Nassau of Zeelandia. Het is niet veel meer dan een ruïne, gesticht door Zeeuwen die zich in het begin van de 17de eeuw in Guyana vestigden onder de vlag van de WIC. En zo zijn er in deze regio nog tal van resten van het koloniale verleden. Veruit de meeste zie je niet, als je per vliegtuig arriveert, dan ga je als reiziger hoogstens naar forten die deel uitmaken van een stad. Benader je een Caraïbisch eiland vanuit zee, of bereis je Suriname over de rivier, dan kun je als monu mentenliefhebber nog heel wat beleven. (Zie ook pag. 35) juni 1997

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1997 | | pagina 32