Algemene Ledenvergadering in industrieel monument
Noord-Brabant
Princenhaagse molen wordt
gerestaureerd
Heemschut ziet eigen toekomst met vertrouwen tegemoet
ABELE REITSMA
Op zaterdag 1juni was de oude waterpompruimte in Soestduinen het decor
van de jaarvergadering van de Bond Heemschut. 'In 1996 bestaat de Bond
Heemschut 85 jaar en de doelstellingen zijn actueler dan ooit\ aldus
voorzitter J.Franssen. In zijn openingswoord haakte de voorzitter in op de
recente behoefte om de infrastructuur met projecten als de Hogesnelheidslijn
te intensiveren. 'Toch is er een doorbraak in het denken ontstaan. Het inzicht
dringt nu door dat de vervuiling van het landschap niet door kan gaan.
Jonge mensen
Benoemingen
Ton Kootpenning
39
tot verschil van mening tussen
gemeente en eigenaar. Om het pand
rendabel te maken wilde de eigenaar
het een horecabestemming geven. Dit
plan stuitte echter op de complete
horecastop die het gemeentebestuur
voor de binnenstad had afgekondigd.
Een beroep van de eigenaar bij de
Raad van State had geen succes, het
gemeentebestuur werd in het gelijk
gesteld.
Nu, 11 jaar na de totstandkoming van
de eerste plannen, hebben gemeente
en eigenaar besloten op basis van een
overeenkomst een restauratie uit te
voeren, echter met als uitgangspunt
dat dit zal worden beperkt tot de
restauratie van het exterieur.
De werkzaamheden zijn begonnen.
Gerard Baijens
Heemschut Zeeland
De Princenhaagse molen (Breda)
'Vrede en Hoop' die iedere automobi
list die over de A16 westwaarts rijdt,
kan zien liggen, is in alle opzichten
uniek en verdient beter.
Nadat de oorspronkelijke molen in 1988
was afgebrand, bouwde men op de
oude fundamenten de nieuwe molen.
Omdat het gevaar bestond dat het
nabij gelegen Liesbos en de omlig
gende bebouwing de molen de wind
uit de wieken zou nemen, metselde
men de romp van de molen tot 3 2
meter op. Daardoor is de 'Vrede en
hoop' met voorsprong de hoogste
molen ter wereld.
Het kleppensysteem dat ooit in de
wieken was aangebracht, was voor die
tijd een opmerkelijke verbetering ten
opzichte van de gebruikelijke zeilen.
Nadat in 1907 de molen werd verkocht,
raakten de kap en de wieken in verval
en moest de molen in 1929 onttakeld
worden. Dat betekende niet dat de
molen niet meer werkte, want de latere
eigenaars hielden met behulp van andere
energiebronnen de molen draaiende.
De molen die nu in particuliere
handen is, heeft inmiddels de status
van rijksmonument gekregen.
Daar er nogal wat haken en ogen
aan het restauratie-project kleven,
verwacht men toch binnen afzienbare
'tijd met de restauratie te beginnen.
En kunnen we dit historisch baken in
zijn stedelijke omgeving handhaven.
Gerda Ackermans,
Heemschut Noord-Brabant
Franssen gaf een opsomming van
beleidsaccenten van Heemschut in het
afgelopen jaar. De terugloop van het
ledental kan hopelijk omslaan in een
groei van duizend leden dankzij een
door NOG gesponsorde direct-mail
actie. Verder voert Heemschut een
speciale actie 'Schenkingen' met een
folder die onder andere de mogelijk
heden beschrijft met een 'fonds op
naam'. Franssen kon verheugd consta
teren dat het Nationaal Contact
Monumenten (NCM) is verbreed en
dat er nu meer samenwerking is. Er
zijn initiatieven om de versnippering
op landelijk en provinciaal niveau
verder op te heffen.
Heemschut heeft met de KNOB een
samenwerkingsverband in het leven
geroepen in de vorm van een perma
nente overleggroep. Franssen voegde
hieraan toe dat dat de KNOB nog niet
toe is aan een fusie.
Vanzelfsprekend toonde Franssen
zich ingenomen met het besluit van
staatsecretaris Nuis om flink te inves
teren in restauraties. 'Het strategisch
plan van mevrouw d'Ancona wordt
door het huidige kabinet weliswaar
niet ten volle uitgevoerd, maar er
gebeurt ten minste wat'.
Heemschut schreef een eigen beleids
nota in reactie op de nota 'Pantser of
ruggegraat' van de staatssecretaris. In
het kader hiervan krijgen de provin
ciale commissies dit najaar drie discus
siethema's te bespreken: een evaluatie
van de in 1991 bij Heemschut doorge
voerde decentralisatie, een bespreking
van de doelstellingen voor 1997-2000
en de organisatorische invulling
hiervan. In het voorjaar van '97 volgen
hierover regionale bijeenkomsten.
Bij de behandeling van de jaarstukken
en de begroting gaf penningmeester
mevrouw A.J. Ie Coultre-Foest e.nkele
praktische prioriteiten aan. Zo vindt
het bestuur het belangrijk het tijd
schrift 'als communicatiemiddel bij
uitstek' up to date te houden.
Belangrijk is ook de financiële tege
moetkoming in de onkosten van
acties. 'Ook jonge mensen die aan hun
loopbaan moeten werken, moeten we
in staat stellen hun tijd aan Heemschut
te geven'.
In de vergadering werden niet alleen
de heren ir. P. G. Groen en ir. J.M.
Veldhuis herbenoemd in het Algemeen
Bestuur (AB), maar benoemde de
vergadering ook de heer IJsselmuiden
burgemeester van Edam en Volendam
tot AB-lid als voorzitter van de provin
ciale commissie (PC) Noord-Holland.
Mr. G.M. van Oerle, voorzitter van de
PC Noord-Brabant, neemt in het
Dagelijks Bestuur de plaats in van mr.
W. W. Hopperus Buma, die wel voorzit
ter blijft van de PC Gelderland.
Tot besluit van de vergadering reikte
voorzitter J. Franssen de Ton Koot-
penning uit aan mr W.W. Hopperus
Buma en ir. P. Reijenga. Mr W.W.
Hopperus Buma nam afscheid van het
DB, waarvan hij tien jaar lid is geweest
en van het AB, waarvan hij 21 jaar lid
was. Voorzitter Franssen roemde zijn
'fijnbesnaarde capaciteit om nimmer
confronterend, maar wel overtuigend,
argumenten aan te dragen waarom een
ander standpunt niet slecht is, maar
het zijne beter'.
Vervolgens roemde de voorzitter de
gedrevenheid van Ir. P. Reijenga, sinds
1973 secretaris van de Groningse
commissie 'Stad en dorp', later
Provinciale Commissie van Heemschut
in Groningen genoemd. Al vanaf 1960
was hij actief binnen deze commissie,
en vanaf 1964 als lid. Hij ontwikkelde
zich tot het 'architectonisch geweten
van de stad.' In zijn dankwoord
vertelde mr W.W. Hopperus Buma
dat bestuursgedelegeerde De Zwaan
hem begin jaren '70 vroeg een actieve
rol op zich te nemen binnen de Bond
Heemschut. Hopperus Buma zei het
dagelijks bestuur met een gerust hart
te verlaten. Ir. P. Reijenga maakte de
vergadering deelgenoot van zijn frus
traties. 'Men ontziet niets. Er is sprake
van collaboratie van overheden en
instanties.' Zelfs in de bestuursrechter
is Reijenga teleurgesteld. Desondanks
is hij 'dubbel erkentelijk voor de
onderscheiding' en ziet hij dat
Heemschut zich in een goede richting
ontwikkelt. Tenslotte werd ter verga
dering het fraai verluchte Jaarverslag
1995 gepresenteerd. Het is op
aanvraag beschikbaar.