Slot Loevestein Waar Maas èn Waal te zamen vloeit en Gorcum rijst van ver...* ANNE-MARIE TEN CATE De landelijke Heemschutdag wordt afgesloten nabij Poederoijen in het indrukwekkende Slot Loevestein eenzaam, gelegen op een landtong daar waar Maas en Waal samenvloeien. Wie mee gaat wordt aan het eind van de middag door Burgemeester IJssels van Gorcum ontvangen. Tussen de bedrijven door zijn het slot Loevestein en de tentoonstelling over de geschiedenis te bezichtigen. In het programma is geen rondleiding opgenomen, maar op diverse plaatsen zullen gidsen staan om desgewenst informatie te geven. Staatsgevangenis Bomvrij reduit Bouwgeschiedenis Slot Loevestein werd rond 1360 gebouwd op een strategisch, geïsoleerd punt tussen Maas en Waal. Bij hoge waterstanden vormt het een eenzaam eiland in de rivierbedding. De in zijn omgeving weinig geliefde Dirk Loef van Home was naar men vermoedt de opdrachtgever, die een stenen huis liet bouwen, hetgeen wellicht de naam Loevestein, ('stein van Loef) zou kunnen verklaren. Hij kreeg Altena en het betreffende gebied in leen van Willem V graaf van Holland. In 1368 werd hem echter het leen ontnomen omdat hij onrechtmatig een riviertol stichtte. Enorme bouwactiviteiten vonden er in de loop van de 14de eeuw plaats. Men moet zich niet veel voorstellen van het wonen op een kasteel. Een versterkt kasteel was absoluut niet gerieflijk; de bewoners leefden geiso- leerd in een donkere, koude en voch tige omgeving. Ze bewoonden in feite slechts één kamer, de zogenaamde kemenadewaar het open vuur brandde. Eind 14de eeuw kwam het slot in handen van de graven van Holland, die er een grenspost en militair steun punt tegen Gelre van maakten en daartoe een stenen ringmuur met torens aanlegden. Uit de vaderlandse geschiedenis kennen we de geuzenaktie uit 1572 onder leiding van Herman de Ruyter, die Loevestein in opdracht van Willem van Oranje definitief op de Spanjaarden heroverde. Een onder werp dat ook door de romancier Oltm,ans gebruikt werd. Tijdens het regime van Willem van Oranje werd onder invloed van de nieuwe Italiaanse vestingbouwkundige theorieën met de modernisering van de verdedigingswerken begonnen. De aanleg van bastions van aarde en aarden wallen had een snel en doel treffend effect; in feite veel effectiever dan de gemetselde bastions van de Italianen. Was de aanleg van aarden verdedi gingswerken snel en goedkoop, de instandhouding daarentegen vergde veel zorg en middelen. Vooral de Waal bleek een voortdurende bedrei ging niet alleen voor de aarden wallen maar ook voor de gemetselde delen van het fort. Begin 18de eeuw werd het fort wederom verbeterd, de binnenruimte werd vergroot door het dempen van de slotgracht. Jacoba van Beieren gebruikte als eerste het slot als gevangenis; zij sloot er haar tegenstanders op. Prins Maurits gaf Loevestein officieel in 1617 de status van Staatsgevangenis waar politieke gevangenen als Hugo de Groot en Jacob de Wit gevangen werden gehouden. Hugo de Groot woonde overigens met vrouw, dochter, klerk en kamer meisje in hetzelfde vertrek op de eerste verdieping, waar gekookt, gewerkt en geslapen werd. Over de manier waarop De Groot en zijn gevolg in gevangenschap leefden, is een tentoonstelling ingericht. Ondanks deze betrekkelijk goede leefomstan digheden, was Hugo de Groot veel ziek en werd de overbekende list om te ontsnappen bedacht. Dankzij het feit dat het slot staatsge vangenis werd is er in de loop van de eeuwen betrekkelijk weinig gemoder niseerd en kunnen we met recht spreken, vooral na enkele reconstruc ties bij de restauratie, van een gaaf middeleeuws slot. Vanaf de vorige eeuw ging het slot deel uit maken van de 'Nieuwe Hollandse Waterlinie' en kreeg het zijn strategische functie. Het fort diende ter afsluiting van het punt waar de zuidelijke Waaldijk samenvalt met de noordelijke Maasdijk en hield het voorterrein van de vesting Woudrichem onder vuur. De ontwik kelingen op vestingbouwkundig gebied raakten vanaf het midden van de vorige eeuw echter in een stroom versnelling. Daarbij veranderde de tactiek van oorlogsvoering: van bele geringen naar grote veldslagen in het open veld. De Hollandse Waterlinie ging een steeds belangrijker rol spelen en werd verbeterd en aangepast. Sloop van het slot hing menig keer in de lucht. De laatste grote strategische verandering dateert uit 1853, toen de kelderverdieping werd verbouwd tot een bomvrij verdedigbaar reduit. De verbeteringen konden echter geen gelijke tred houden met nieuwe ontwikkelingen op het terrein van de oorlogsvoering. In de Eerste Wereldoorlog fingeerde het slot nog als steunpunt. Het oudste deel is het hoofdgebouw, de ridderburcht met zeer dikke muren. Aan de noordzijde bevindt zich de Waaltoren en aan de zuidzijde de Maastoren. Later werden deze torens met elkaar verbonden door een muur met in het midden een poort, waarmee een kleine binnenplaats ontstond. Aan de achterkant van het kasteel bevindt zich de traptoren. Aan de voorzijde resteert de zogenaamde ronde kruittoren, het enige restant van de voorburcht. Rondom het complex is een gracht en een 16de eeuwse aarden omwalling. 21

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1996 | | pagina 21