Afgedankte hoogovens in
landschapspark
Opzienbarend project in Duisburg-Noord
Bewaar een afgedankt hoogovenbedrijf als industrieel monument door de kolos
op te nem,en in een landschapspark met veel natuur en hem een nieuwe junctie
in de culturele sfeer te geven. In ons land is zoiets om een aantal redenen
ondenkbaar, maar niet zo ver over de grens - in het aangrenzende Ruhr-
gebied - wordt dit idee werkelijkheid.
WIBO BURGERS
Schachtgebouw uit 1932 van de mijn Zollverein XII.
De vierde april 1985 was de laatste dag
waarop het Meidereichter Hüttenwerk
aan de Emscherstrasse in Duisburg in
bedrijf was.
Daarna doofden de gloeiende vuren
in de ovens en kwam een definitief
einde aan het werk in dit hoogoven-
bedrijf dat in 1902 werd opgericht en
aanvankelijk tot het Thyssen-concern
behoorde. In de ruim tachtig jaar van
zijn bestaan had het bedrijf 3 7 miljoen
ton ruwijzer geproduceerd.
Pas toen de industrialisatie in het
Ruhrgebied al flink op gang was
gekomen, zo rond 1880, kwamen de
gebieden in het noorden, waartoe ook
Duisburg behoorde, aan de beurt. De
zware industrie rukte op in noorde
lijke richting en het landschap veran
derde dermate, dat de oude contouren
onherkenbaar werden.
Nu de zware industrie in toenemende
mate terugtreedt in deze contreien
komen werkzaamheden om het land
schap te herstellen op gang. Breng de
natuur terug, zorg.voor recreatie bij de
deur ten behoeve van mensen, die in
de steden wonen, en integreer
bedrijfsgebouwen in deze opzet door
ze een functie te geven. Die gedachte
is de basis van het werk van de
'Internationale Bauausstellung
Emscher Park'.
Voor Duisburg-Noord kwam een
plan voor een landschapspark op tafel,
waarin het oude Meiderechter hoog
ovenbedrijf als industrieel monument
bewaard zal blijven. Al in 1995 kon de
bevolking delen van het landschap
spark gebruiken. Verschillende
gebouwen van het hoogovenbedrijf,
zoals bij voorbeeld de windmachine-
hal, zijn geschikt gemaakt voor
theatervoorstellingen.
Decor voor televisiefilms
De grote oude bedrijfsgebouwen en
produktie-eenheden bieden een ietwat
spookachtige maar ook zeer eigen
tijdse aanblik (en zijn dan ook geliefd
als décor voor televisiefilms en recla
mefotografie). Hier en daar zijn de
conserveringswerkzaamheden al aan
de gang. Uitgangspunt is dat ook het
interieur van de gebouwen blijft, zoals
het op 4 april 1985 werd verlaten. De
muren worden niet strak wit geverfd,
zoals je zou verwachten. Ze worden
gerepareerd en geconserveerd, maar