Restauratie van 'de Hoofdwacht' Het oudste stadhuis van Haarlem BART UITTENHOUT, MARTIN BUSKER EN KOOS STEEHOUWER Op 16 mei 1994 ging de restauratie van start van het oudste stadhuis van Haarlem: de Hoofdwacht aan de Grote Markt. Eind 1994, vlak voor de start van de jubileumviering van de stad, konden de steigers al weer worden weggehaald. De Hoofdwacht is een onopvallend monument in Haarlem met een opvallend interessante geschiedenis. Recent bouwhistorisch onderzoek heeft aangetoond dat het niet lang nadat Haarlem in 1245 stadsrechten kreeg werd gebouwd. Het is daarmee één der oudste gebouwen in de stad. Het was waarschijnlijk tot 1350 als eerste stadhuis in gebruik. Het huidige stadhuis nam die rol toen over. Hoofdwacht, voorgevel na de restauratie, april 1995, foto: Jos Fielmich. In de archieven komt het gebouw van de Hoofdwacht voor het eerst in 1487 voor. Het is dan in particulier bezit. In 1641 werd de huidige voorgevel gebouwd. Vanaf 1755 was het gebouw als Hoofdwacht in gebruik en onder komen van een stadswacht van huzaren en soldaten. Vanaf 1 januari 1919 is hier de Historische Vereniging Haerlem gevestigd. Bouwhistorisch onderzoek Het bouwhistorisch onderzoek, dat nog niet is voltooid, heeft inmiddels wel duidelijk gemaakt dat dit markante Haarlemse monument uit het einde van Hoofdwacht in 1629, uit: Album Amicorum van P. Soriverius, 1929, tekening van P. Saenredam, Kon. Bibl. Den Haag. de 13 de eeuw moet dateren. De opzet van de allereerste - 13de eeuwse - bouwfase van de Hoofdwacht is nog enigszins duister. De toestand van rond 1300 daarentegen is vrijwel compleet te reconstrueren; de Hoofdwacht was toen een groot zaalhuis met een verhoogd gelegen bel-etage boven een kelder die half verdiept in de grond gelegen was. Boven de hoge hoofdverdieping lagen nog twee betrekkelijk lage opslagverdiepingen en een zolder. De opslagruimtes hadden vensters in de vorm van smalle kijksleuven. Nog tijdens de Middeleeuwen werd de eerste verdie ping verhoogd en vergrootte men de vensters. Rond 1600 vond een bijzon dere verbouwing plaats waarbij in het huis een dubbele overwelfde kelder met twee etages onder elkaar werd aangebracht. Daartoe werd de bestaande keldervloer een meter uit gediept en de vloer van de bel-étage met dezelfde maat verhoogd. Waarschijnlijk werd bij die zelfde gebeurtenis het huis opgesplitst, waarbij het achterhuis zelfstandig werd gemaakt. Het is niet bekend wanneer dit achterste bouwdeel 13

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1995 | | pagina 13