Adriaan van Dis: 'De architecten zijn de bunker
bouwers van onze tijd'.
'Knijp de pus uit'
Nederland moet bouwen en een
kritisch filmpje zal ons niet weerhou
den. Nog 750.000 woningen voor het
jaar 2005 in de Randstad alleen. De
minister wil het, de burgemeester, de
wethouder, de deelraad, het volk! Het
doet er niet toe of de troep die we
neerpleuren over twintig jaar weer
instort, of de smaak van onze jeugd
wordt verpest. Als de cijfers maar
kloppen, als het Politburo maar
tevreden kan constateren dat er
gebouwd is. Een politicus moet scoren
op korte termijn. Statistieken moeten
stijgen. Alles moet meer: meer groen
omploegen, meer troosteloze laag
bouw, meer van alles hetzelfde.
Méér, méér, méér, Pam en Van
Gogh. Knijp de pus uit, wikkel de gore
verbanden af, ja, toon ons elke dag hoe
snel en slordig wij kunnen bouwen. En
vergeet daarbij niet telkens tot uw
bakermat terug te keren: het ijkpunt
van onze woon-ellende, het Sèvres
van de bouwkundige misdaad. Toon
ons de zweer die Amsterdam heet.
Onze hoofdstad is op wankele bodem
gebouwd. Niet op zeven heuvels, zoals
Rome, Lissabon, Parijs of Londen,
maar op zeven moerassen, zoals
Petersburg, Dacca, Venetië. Zeven,
altijd zeven, tel maar na. Geen glorie
zonder mythe. Bouwen op een moeras
was een uitdaging voor de vroede
Amsterdammers, 's Lands hoofdstad
heeft er vier fraaie grachten aan over
gehouden. De bouwheren toen wisten
wie hun meerdere was: de zee, de
regen, de wind en de zilte lucht. Hun
materialen, moesten een overzichte
lijke eeuwigheid kunnen doorstaan.
Wegwerp architectuur
De kunst van duurzaam bouwen is na
de oorlog terzijde geschoven. Het lijkt
goedkoper slecht te bouwen. De
planologen hebben voor de wegwerp
architectuur gekozen. En iedereen
heeft er ogenschijnlijk baat bij:
projectontwikkelaars, architecten,
de betonindustrie, bouwvakkers,
gemeenteraden, de inspraakindustrie,
ja zelfs Pam en van Gogh, die toch ook
een centje verdienen door onze ogen
in een bak kopspijkers te duwen. Ja,
iedereen verdient aan het opbouwen
van de afbraak, iedereen behalve de
bewoners.
Nederland bouwt, en er zal nooit
genoeg zijn. Want we bouwen aan een
toekomst van verval. We zitten in een
vicieuze cirkel die geen politicus durft
te doorbreken.
Stel je voor
Stel je voor dat we de beste materialen
zouden gebruiken, dat een huis, een
woonwijk, twee, drie, honderd jaar
mee zouden kunnen? Dat een bouw
vakker weer een echte handwerksman
zou worden, een man die trots op zijn
werk is, die iets moois en heels onder
zijn handen ziet groeien. Stel je voor
dat de mensen in dikke, stevige huizen
zouden wonen, een huis dat kraakt en
ademt, een kantoor waar een raam
open kan, een gebouw dat de kans
krijgt geschiedenis te worden. Ik pleit
niet voor een huis met een tuintje. Een
Empire State Building of een Chrysler
gebouw zou aan de rand van onze stad
niet misstaan. Wolkenkrabbers met de
trots van een kathedraal, waar telkens
als je er in binnen stapt, je even geluk
kig wordt van de schoonheid en
persoonlijkheid. Een huis waar je voor
zorgen wil, waar je om geeft, en dat
om mensen geeft. Ja, stel je voor... dan
zou de wonignood nog groter zijn, en
de huren onbetaalbaar, werpt u tegen.
Het is maar hoe u het economisch
bekijkt. Als we breken en bouwen uit
zorg voor de werkgelegeheid, moetje
juist beter bouwen. Volkshuisvesting
berekent nieuwbouw in manjaren,
maar als we het grondiger doen, blijft
er werk genoeg. En hoe meer je inves
teert in de bouw, hoe minder kostbaar
het onderhoud. De huidige wegwerp
architectuur is bovendien schadelijk
voor het milieu. De club van Rome
roept ons op tot hergebruik van mate
rialen, wie een duurzaam huis neerzet,
biedt hergebruik voor vele generaties.
En de bewoners zouden mogelijk
gelukkiger worden. Een esthetische
omgeving, bouwkunst als balsem voor
de eenzaamheid. Minder depressie en
agressie.
Rattekooien
Wandel eens een zondagmiddag
door Almere (Almère zoals de
Amsterdammers het noemen, om
tenminste in de klank nog iets van een
droom te beleven) of trakteer u op een
dagje Purmerend of het godvergeten
Diemen, waar de uit de volkswijken
verjaagde Amsterdammers moeten
wonen. Rattekooien voor een mindere
soort. Wie zo laat bouwen minacht de
werkende stand. Ontwikkelt een kind
dat in hokken opgroeit en in een
betonnenkeet naar school moet gaan,
op die manier een gevoel voor ruimte
en kwaliteit? Voor hem wordt de
lelijkheid de norm. Geen wonder dat
de jongelui uit de nieuwe voorsteden
donderdag-, vrijdag- en zaterdagavond
en massa naar de hoofdstad trekken
om Amsterdammertjes uit de stoep te
wrikken en Amsterdammers op hun
bek te slaan. Ze rijden uren over de
grachten op zoek naar een parkeer
plaats en zetten hun auto uiteindelijk
lukraak neer. De binnenstad is een
vuilnisbak van vermaak. Spuit, plak,
kak en pis maar onder, het is toch niet
van ons.
Wie is in de eerste plaats verantwoor
delijk voor de lelijkheid van onze
voorsteden en oude wijken? De archi
tect. Hij verzint het, hij ontwerpt het
en het is zijn gilde dat Nederland de
laatste dertig jaar heeft verwoest.
Fantasie verloochend
De architect heeft in ons land meer
schade aangericht dan de Duitse of
Geaillieerde bommenwerpers. En er is
geen stad of dorp waar hij geen litte
kens heeft nagelaten. Hij heeft meege
werkt aan de de afbraak van wat opge
knapt kon worden, hij heeft de
geschiedenis van de oude wijken
aangetast en wel in een hoger tempo
dan de negentiende eeuwers het
erfgoed van de gouden eeuw hebben
verwoest. Hij heeft de fantastie
verloochend, hij tekende voor de
systeembouwers, de kant en klare
huizenbakkers, hij zwichtte voor de
projectontwikkelaars en investeerders,
hij legde zich neer bij de kortzichtig
heid van wethouders en schoonheids
commissies. Hij vroeg zich niet af of
zijn ontwerp op de juiste plek kwam te
staan, hij sjoemelde met zijn geweten
en deed mee aan de milieu belastende
lintbebouwing. Hij legde zich neer bij
asociale normen. Hij heeft van alles
afgezien, dat zijn vak tot eer kon strek
ken.
De architecten zijn de bunkerbouwers
van onze tijd. Ze hebben er in toege
stemd hun talenten aan projectont
wikkelaars te verkwanselen en tiendui
zenden gezinnen in een gruwelijk en
troosteloos decor gezet.
De Nederlandse architecten vinden
het hun eer te na om in oude stijl iets
nieuw te bouwen. Het doet er niet toe
of hun ontwerp harmonisch in een
oude gevelrij past, als de kleur en de
rooilijn maar zo'n beetje klopt. Zij zijn
kunstenaars en dus zijn hun ontwer
pen modern en passen zij zich aan bij
de laatste gril. Niets veroudert tegen
woordig zo snel als de kunst. De
schaamte komt pas tien jaar later.
Misbaksels
Misschien herinnert u zich 'De
Woestijn leeftuitzending over het
KNSM-eiland. Misbaksels met de rug
naar het water. Kritiek op de moderne
architectuur is niet toegestaan; wie de
treurige variaties op het vierkant
afwijst heeft er geen verstand van.
Alle tekentafels in een kring en maar
lijnen trekken, het merendeel van de