Nog eens de Kalverstraat.
Deugen ze niet, 'dan lukt het meestal
om ze eraf te krijgen', zegt Bosman.
Niettemin komt er nog heel veel
slechte reclame in haar stad voor.
Maar door overleg met ondernemers
kun je veel verbeteren. 'Als je de juri
dische weg bewandelt, ben je nog wel
een tijdje bezig.'
Free Record Shops
Volgens Ir. D. Louwerse, directeur
Inrichting Openbare Ruimte in Breda,
zijn er drie categorieën ondernemers.
De eerste categorie stelt: 'de consu
ment weet ons toch wel te vinden' en
is bereid zich aan te passen aan een
hogere kwaliteit van buitenreclame.
De tweede bestaat uit plaatselijke
ondernemers met een vaste klandizie,
die noodgedwongen meedoen met de
reclameuitwassen: 'we moeten wel.'
Weerbarstige ondernemers zijn echter
de filiaalhouders van landelijke of
internationale ketens. De Leo Horns
en de Free Record Shops. Louwerse:
'Hun hoofddirectie eist een maximale
exposure, ten koste van alles. Men
hangt op zonder vergunning; ze weten
het best, maar ze doen het gewoon.
Daar moet de gemeente streng tegen
optreden.'
Amsterdam
Wat Amsterdam betreft, de stad heeft
haar monumenten in het verleden
beslist wel ontzien, toonde gemeen
teambtenaar Mulder van de Stedelijke
Woningdienst aan. Hij liet twee dia's
zien van de waterkant van het
Damrak. Op de eerste, stammend uit
de jaren dertig, was de gevelrij volledig
behangen met namen van bedrijven.
Deze waren op een tweede dia, iets
later genomen, verdwenen, nadat een
verordening de reclame aan de grach
ten aan banden gelegd had. Een
frapant verschil. Het heeft tot op de
dag van vandaag gewerkt, de grachten
zijn nog altijd redelijk 'schoon'.
Met het winkelcentrum liep het
anders. Toch is de overwoekering van
reclame-uitingen volgens Mulder pas
in de jaren '80 begonnen. De regels
voor winkelcentra werden toen
verruimd; zo werd meer dan één recla
mebord toegestaan. Dat heeft geleid
tot een onbeheersbare situatie, waarbij
'het recht van de sterkste gold, en de
gemeente wanhopig tegenspel
probeerde te bieden,' aldus Mulders
collega Pistor. Van bord tot bord
moest bepaald worden of het mooi of
lelijk was, er was niet de minste duide
lijkheid meer.
Volgens Pistor is aan deze situatie nu
een halt toegeroepen. De gemeente
heeft een nieuw beleid ingezet onder
het motto 'minder, maar beter!'.
Reclame móet - Pistor herinnerde aan
de 'gruwelreizen naar Oost-Europa',
waar tot voor kort geen reclame was
toegestaan, maar het moet wel anders.
Een van de problemen is dat er met
reclame veel geld te verdienen valt.
Dat leidt volgens hem tot excessen als
volledig met reclame overdekte bussen
en rioolputten die door Edison-tapijt
worden gexploiteerd.
Dit jaar kwam de gemeente eindelijk
met regels. De Reclamerichtlijnen
Binnenstad 1994. Niet toegestaan zijn
grote lichtbakken, wel plat tegen de
gevel geplaatste borden, niet te hoog
geplaatst; ze mogen meestal niet hoger
dan de vloer van de eerste verdieping
en niet hoger dan 5 meter boven de
straat aangebracht worden. Platte
borden mogen niet doorlopen over
meerdere panden. Per vestiging is één
plat bord en één uithangbord, lood
recht op de gevel, toegestaan en de
afstand tussen deze moet minstens één
meter zijn. Een uithangbord mag niet
verder uitsteken dan 1 meter, soms
maar een halve meter. Verder wil de
gemeente geen bewegende reclame
meer zien, geen dakreclame, geen
verstorende kleurstellingen, geen
verstorende materialen. Er worden
nog uitzonderingen opgesomd, zoals
voor hotels en theaters. En niet alle
straten worden over één kam gescho
ren. Nieuwendijk en Kalverstraat zijn
'kernwinkelstraten', de Leidsestraat en
het Damrak (winkelzijde) zijn 'stads
straten', waarvoor minder strenge
regels gelden. B en W kunnen daar
grotere en anders geplaatste uithang
borden toestaan. De strengste regels
gelden voor grachten, openbaar water
en ruimten met een cultuur-histori
sche functie. In centra van vermaak
(Rembrandtplein, Leidseplein) moet
méér kunnen.
Convenant
Een groot probleem is de reeds
aanwezige buitenreclame - zie die
maar eens weg te krijgen. Met juridi
sche middelen is weinig te beginnen,
maar ook Amsterdam is de weg van
het overleg ingeslagen. Samen met de
winkeliers van de Kalverstraat heeft de
gemeente een convenant over terug
dringen van de reclame ondertekend.
De gemeentevoorstellen werden
volgens Mulder 'met vreugde begroet
door de winkeliers. Alleen de horeca
ondernemers toonden reserves.'
Dat de regels nu objectief zijn, is
enorm belangrijk, want als je iets wilt
handhaven moet je weten wat, daar
moet geen onduidelijkheid over zijn.