Nieuwe kans voor Leidse Meelfabriek
Een hoge betonnen kolos aan de Zijlsingel torent hoog boven de Leidse
binnenstad uit. Voor veel Leidenaars een monsterlijk bouwwerk, voor anderen
een monum,ent. Na een jarenlange discussie maakt deze voormalige Leidse
Meelfabriek De Sleutels nu een goede kans om een plaats te krijgen op de
Rijksmonumentenlijst.
Historie
ERICJAN WETERINGS
De Meelfabriek aan de Zijlsingelzijde.ffoto's N.J.Bavelaar).
Stiel, de Stichting Industrieel Erfgoed
Leiden, ijvert al sinds 1988 voor
behoud van het complex. Om de
jarenlange patstelling over de positie
van de Meelfabriek te doorbreken
organiseerde de stichting een rond
leiding door het complex voor Leidse
politici. Plaatselijke architecten en
deskundigen van het Pie
(Projectbureau Industrieel Erfgoed)
legden uit waarom dit gebouw niet
gesloopt moet worden.
Projectcoƶrdinator Hildebrand de Boer
van het Pie noemde De Sleutels 'een
van de weinige authentieke voorbeel
den van wat er van de graanverwer-
kende industrie in Nederland is
overgebleven. Naast de unieke beton
constructies waaruit het complex is
opgebouwd, is het opmerkelijk dat de
meeste produktiemiddelen nog in hun
geheel zijn bewaard, zoals bijvoor
beeld het interne transportsysteem.'
De plaatselijke politici reageerden
terughoudend op deze bevindingen.
De verantwoordelijke wethouder voor
ruimtelijke ordening Van Rij en de
voor monumentenzorg verantwoorde
lijke burgemeester Goekoop meenden,
dat stedebouwkundige bezwaren
zwaarder wegen dan behoud.
36
Niettemin zou het voor Goekoop
geen schrikbeeld zijn als het gebouw
op de Rijksmonumentenlijst zou
komen, zo verklaarde hij na de excur
sie in het Leidsch Dagblad. 'Ik vind
het geen mooi gebouw en zoals het er
nu bijstaat zou ik het niet willen hebben.
Provincie en Rijk moeten zich er eerst
over uitspreken. Ik wacht de gang van
zaken rustig af.'
Volgens De Boer moet de discussie
over behoud zich niet beperken tot de
subjectieve vraag of een gebouw 'mooi'
of'lelijk' is. 'Wij willen alleen behou
den wat essentieel is en daarbij letten
we ook op de cultuurhistorische en
sociaal- economische waarde.'
Het complex wordt overigens niet
direct bedreigd. Eigenaar Meneba
gebruikt het de laatste jaren als opslag
plaats voor graan. In andere ruimten
hebben kleine bedrijfjes en kunste
naars (tijdelijk?) een plaats gevonden.
Projectontwikkelaars beten de afgelo
pen jaren hun tanden stuk op het
complex en een nieuw bestemmings
plan van de gemeente laat nog op zich
wachten.
Meelfabriek De Sleutels werd in 1883
opgericht als De Koster ir Co. In de
loop van tientallen jaren werd het
complex steeds verder uitgebreid.
Aan het eind van de vorige eeuw werd
de fabriek verschillende keren door
brand getroffen. Momenteel zijn twee
belangrijke gebouwen van rond de
eeuwwisseling nog bewaard: het ketel
huis uit 1896 en het silogebouw uit
1904. Beide onderdelen zijn voorbeel
den van vroege grote betonconstructies
in Nederland. Ook in andere delen van
het complex die later zijn aangebouwd
zijn zeldzame, unieke constructies te
vinden, zoals het riffellokaal uit 1931,
het meelpakhuis uit 193 7 en het reini
gingsgebouw uit 1938. De buitenmu
ren hebben geen dragende of steunende
functie, maar scheiden alleen het
binnenwerk van 'buiten'. Het meel
pakhuis heeft een volledig betonskelet,
dat is opgebouwd uit zogenaamde
paddestoelvloeren. Deze bestaan uit
een vlakke vloerplaat, ondersteund
door achthoekige kolommen, die er
via een eveneens achthoekige kolom-
kop op aansluiten. Deze paddestoel-
vloer met kolomplaat komt vaker
voor, maar niet in deze constructie.
Het riffellokaal is opgebouwd uit een
volledig ijzeren skelet van kolommen
en balken. Bijzonder is dat over de
ijzeren balken houten vloerdelen
liggen zonder een houten balklaag.
Die constructie maakt het eenvoudig
om een gat te zagen in de houten vloer
om een nieuwe buis of leiding aan te
leggen. Als het gat niet meer nodig is
kan het simpel worden gevuld met een
houten stop. Het reinigingsgebouw
uit 1938 combineert betonnen balken
met dezelfde soort houten vloerdelen
als in het riffellokaal. Deze combinatie
was tot dusver onbekend.
Plastiek van bouwmassa's
De meelfabriek sloot haar deuren in
1988, toen eigenaar Meneba besloot
de produktie naar Rotterdam over te
brengen. Vakbonden probeerden de
dreigende sluiting af te wenden, maar
werden door de toenmalige Leidse
wethouder Fase de deur gewezen met
de historische woorden 'de gemeente
doet niet in meel.'
In datzelfde jaar onderzoekt Stiel de
waarde van de fabriek, in samenwer
king met de vakgroep Historie van de
bouwkunde van de Technische
Universiteit Delft.
Daaruit volgt een aanvraag om het
complex op de gemeentelijke monu
mentenlijst te plaatsen. 'De
Meelfabriek is een gebouw dat intri
geert door zijn krachtige stedebouw
kundige aanwezigheid, door de fantas
tische plastiek van de bouwmassa's en
door de ligging aan Zijlsingel en
Ankerpark. Zowel voor de ontwikke-