Vloedschuren: onbekend maakt
onbemind
SUZAN JURGENS
In het rivierengebied had men in tijden van watersnood behoefte aan een
veilige stalling voor het vee. Naast de zogenaamde waterzolder is hiervoor de
vloedschuur in gebruik geweest. Dit is een schuur op een eigen kunstmatige
heuvel of op een hoger deel van een boerderijterp.
Vloedschuur in EstEsterweg 16. (foto uit 1989).
Nog enkele tientallen
Vooral bij grote boerderijen
Fraaie vloedschuur in elkaar gezakt
23
Het vee werd via een grondhelling
naar de hooggeplaatste deeldeuren
geleid. Onder de stal kan een kelder
aangebracht zijn, die gebruikt werd
voor de opslag van aardappelen en
bieten. Sommige schuren bestaan uit
een normale benedenverdieping (op
het maaiveld), waarop een complete
verdieping gebouwd is, die alleen in
noodgevallen gebruikt werd. Doordat
rond de schuur aarde was opgeworpen
om een toegang voor het vee te
creëren lijkt een dergelijke schuur
eveneens op een terp te staan.
Een overgangstype wordt gevormd
door aan een dijk gebouwde vloed-
schuren. Hier ligt de vloer gedeeltelijk
of geheel op het niveau van de dijk.
De bijbehorende boerderij is dikwijls
getrapt gebouwd, met het voorhuis op
dijkhoogte en het achterhuis aan de
voet van de dijk.
In Nederland staan vermoedelijk nog
enkele tientallen vloedschuren.
Hoewel ze van oostelijk Zuid-Holland
tot aan de grens met Duitsland en ook
langs de IJssel te vinden zijn, hebben zij
momenteel hun grootste verspreiding
in de West-Betuwe en de Tielerwaard.
De vorm en constructie van de
schuren komt in dit gebied overeen
met die van de boerderijen, met een in
oorsprong driebeukige opzet en
gewoonlijk ankerbalkgebinten. In de
Betuwe, de Tieler- en Bommeler-
waard komt tevens het zogenoemde
overstek voor, een aan de achterzijde
overstekend dakgedeelte, waarin een
luik is aangebracht waardoorheen de
oogst vanaf de wagen op de zolder
gebracht kon worden. Sommige
schuren zijn, in tegenstelling tot de
bijbehorende boerderijen, nog niet
geheel versteend.
Naast een verhoogde vloer bezitten
vloedschuren soms hooggeplaatste
stalraampjes. Van de aan weerszijden
van de deeldeur geplaatste mestdeuren
is er dikwijls een te bereiken via een
trapje, de andere is zwevend. In of bij
de schuren werd nogal eens een bootje
gestald, om in tijden van watersnood
het vee te kunnen bereiken. Dit bootje
kon aanmeren bij de zwevende deur of
bij de, van een keermuurtje voorziene,
grondhelling. Dit keermuurtje (niet
altijd aanwezig) brak tevens de kracht
van het overstromingswater. In de
schuur kunnen muuropeningen
aangebracht zijn waardoor een plank
naar een opening in de aanpalende
boerderij of schuur gel egd kon
worden, opdat men eveneens droog
de overzijde kon bereiken. De schuur
werd in bepaalde gevallen door meer
dere boeren uit de omgeving gebruikt.
Vloedschuren zijn meer dan gemid
deld te vinden bij grote boerderijen.
Deze hebben een ruim opgezet erf dat
gekenmerkt wordt door de aanwezig
heid van diverse bijgebouwen, waar
onder (voorheen) ook dikwijls
verschillende hooibergen. Dergelijke
boerderijen zijn veelal ouder dan de in
het gebied veel voorkomende laat-
19de eeuwse keuterijtjes, waar
gewoonlijk geen vloedschuren bij
staan. De datering van vloedschuren
is overigens moeilijk; meermalen
vertonen zij een ouder uiterlijk dan
de boerderij, maar deze laatste wordt
gewoonlijk vaker aangepast aan de
moderne eisen. Van een vloedschuur
in Rhenoy is wel bekend wanneer hij
is neergezet, namelijk in 1901, ter
vervanging van een afgebrande voor
ganger.
Na het wijken van het overstromings
gevaar verloren de schuren hun
functie. Niet zelden zijn zij daarom
gesloopt of blijft onderhoud achter
wege. Door afgraving van de terp en
uitgraving van de schuur gaat het
oorspronkelijke uiterlijk verloren.
Voor deze unieke schuren is tot op
heden erg weinig aandacht geweest;
hun onbekendheid zal daaraan zeker
hebben bijgedragen.
Zo kan het gebeuren dat een zeer
mooie vloedschuur in Est nagenoeg
onopgemerkt in elkaar zakt. Op de
foto is de slechte staat van het dak te
zien. Dit was de situatie in 1989; anno
1993 is het dak ingestort. Sloop lijkt
slechts een kwestie van tijd.
Drs. S.M. Jurgens is historisch geograaf
te Apeldoorn