Erkenning
'Openlucht-archief'
Trendsetter
'Opgezette vogel'
Expertise
werden er veel gedachten tijdig
ontwikkeld.
Een andere commissie was 'Weg in
het landschap'. Historisch karakteris
tieke wegen werden in de jaren '50 en
'60 civieltechnisch veronachtzaamd.
'De rechte lijnen trokken zwaardsla
gen in het landschap.' Pas later kwam
de aandacht voor de landschapsver
zorging, mede als gevolg van de plei
dooien in de jaren '60 van Heemschut.
De monumentenzorg kwam ook in
een stroomversnelling. Het Europese
monumentenjaar 1975 was een mijl
paal. Voor de vereniging was het een
periode van vernieuwing en uitbouw.
In de TA-vergaderingen werd veel
afgestemd,, bestudeerd en besproken.
'De klokken werden gelijk gezet.' De
TA's ontwikkelden gezamenlijk een
manier van opereren in de nieuwe tijd
(van het actiewezen): toonaangevend
denkbeelden uitdragen.
In 1977 volgde Van der Haagen de
toenmalige gedelegeerde De Zwaan
op, na gedurende een jaar door hem te
zijn ingewerkt. TA-voorzitter Roelse
werd in 1979 opgevolgd door drs. Van
der Werff(Etrsï.z Kamerlid en oud
gedeputeerde van cultuur in Noord-
Brabant). In 1981 nam de huidige
voorzitter, nir. E. Dienaar (advocaat in
Amsterdam), het van hem over.
'In de jaren '80 werden steeds meer
Heemschut-gedachten algemeen
goed. Dit is terug te vinden in de
vierde nota Ruimtelijke Ordening en
in nota's op het gebied van monumen
ten, architectuur en landschap. De
ideologie is nu formeel politiek
erkend, maar nog niet alles is uitge
voerd. De taak van de TA's is niet
meer zozeer gedachten ontwikkelen,
maar toetsen, beoordelen. Een TA
hoeft nu niet meer zo te pleiten als in
de jaren '70. Het uitleggen van de zin
van het monumentenbehoud hoefje
nu niet meer te benadrukken.'
Het doel van de TA-vergadering is in
principe hetzelfde gebleven: 'bespre
ken wat landelijk speelt, ontwikkelin
gen volgen, visies ontwikkelen.' Een
vrij nieuw onderwerp is de stedelijke
vernieuwing. 'Aan de randen van de
steden vindt een grootschalige ruimte
lijke vernieuwing plaats. Vergelijk
Amersfoort, Groningen, Arnhem,
Rotterdam en Amsterdam. Omdat
veel ideologische gedachtenontwikke-
lingen al op de rails staan komen de
TA's ook wat minder bijeen.
Heemschut wil eigenlijk een 'conser-
vatoire beslaglegging bewerkstelligen
op het 'openlucht-archief van
Nederland, zo illustreert Van der
Haagen de Heemschut-doelstelling.
'Het is nodig dat het openbaar bestuur
juridische beschermingsmaatregelen
neemt: planologische basisbescher
ming, juridische objectbescherming,
structuurbescherming van gezichten.
Juridische structuurbescherming is
ook nodig voor landschappen. Het
ontwerp voor de Natuur
beschermingswet kent gelukkig ook
beschermende landschapsgezichten,
aan te wijzen door de provincie.'
'Historisch geografische monumenten
krijgen steeds meer aandacht. Ook in
de TA-vergadering worden deze
steeds meer genoemd. In de jaren '70
ging het om afzonderlijke elementen.
In de tweede helft van de jaren '80
kwam een vergrote belangstelling
voor monumenten in het landelijke
gebied en voor de historisch-geografi-
sche monumenten. De zorg voor
cultuurhistorische elementen in het
buitengebied neemt toe: gemalen,
dijken, historische verkavelingspatro
nen.'
Deze zaak heeft de Bond Heemschut
al sinds de oprichting in 1911
beschouwd als onderdeel van het
monumentenbeleid. Beginjaren '80
was er ook een initiatief om meer
aandacht te besteden aan de archeolo
gische monumentenzorg.
Heemschut heeft veel te berde
gebracht. 'We liepen altijd voorop'
zegt Van der Haagen. 'Jarenlang was
monumentenzorg curatief: het object
is vervallen en het behoeft herstel.
Heemschut bracht begin jaren '70 al
naar buiten dat het niet alleen gaat om
de zorg, maar ook om het beleid, 'het
verdedigen van de historische factor in
de ruimtelijke ordening, het voeren
van een integraal monumenten- en
welstandsbeleid. Opvallend is dat de
Rijksdienst voor de Monumentenzorg
hetzelfde als haar nieuwe taak ziet.
Heemschut als trendsetter.'
Het gaat om een totaalbenadering.
'In het denken van sommige
Heemschutters gaat het nog teveel om
objecten: een monumentje hier, een
monumentje daar. Het gaat om de
biotoop, de historisch-ruimtelijke
setting. Anders wordt het monument
een ruimtelijke rariteit. Elet gaat om
ruimtelijk inclusief denken, niet om
postzegels verzamelen. De burger
denkt nog vaak wel zo.'
'Je moet oppassen dat een monument
geen 'opgezette vogel' wordt, zielloos,
functieloos, uit het totale verband
gehaald. Alle energie richt zich soms
op het opzetten van de dode vogel.
Beter is het een pleidooi te voeren
voor het herstel van een gebied. Het
object-denken mag het gebieds-
denken niet belemmeren.'
'Je moet voorkomen dat gevallen
ontstaan' zegt Van der Haagen.
Monumentenzorg moet iets vanzelf
sprekends zijn, 'niet speciaal maar
normaal, geen ornament maar funda
ment'.
Hij vindt dat tegenwoordig ook 'veel
goed' gaat. 'Met bebouwd Nederland
gaat het beter dan met onbebouwd
Nederland. In het landelijke gebied
bevinden zich veel historisch-ruimte
lijke waarden die planologisch nauwe
lijks beschermd zijn. Er is een lichte
kentering ten goede. De historische
factor in het landelijke gebied is erg
kwetsbaar. Het beschermingsbeleid in
het bebouwde gebied is beter gecodifi
ceerd'.
Tot slot benadrukt de technisch direc
teur: 'Heemschut moet vooral zorgen
toonaangevend en gezaghebbend te
blijven, met een kritische, normatieve,
actuele blik. Je moet zorgen datje niet
vervalt in emotionele en ongemoti
veerde behoudzucht ingegeven door
nostalgie. Het ondernemen van actie
moet altijd gemotiveerd zijn, geba
seerd op feiten, expertise en argumen
tatie'
Abele Reitsma is technisch adviseur en
PR-medewerker van de Provinciale
Commissie Heemschut Gelderland.
5