Hilversum: dorp ènstad Een ontwikkelingsplan voor het centrum Heemschut volgde met belangstelling de discussie in Hilversum over het gemeentelijk ontwikkelingsplan voor het centrum en dat niet alleen omdat gebruik is gemaakt van de nota van de Bond Heemschut 'Enige problem.en bij de bebouwing in een historische omgeving\ maar ook omdat dit een voorbeeld is van de landelijke tendenswaarbij plaatselijke historische kringen het voortouw nemen bij de belangenbehartiging van de historische bebouwing. Het lid van de Provinciale Commissie Noord-Holland drs. Fred F.M. Repko, tevens voorzitter van de Hilversumse Historische Kring Albertus Perkdoet hierbij verslag van deze discussie. Het dorpse element onderbelicht F.F.M. REPKO De Kerkbrink daar, waar nu nog een gat is. Impressie hoe het volgens Albertus Perk en Hilversum Pas op zou kunnen worden.Bouwen met respect voor het bestaande. Omroepstad en dorp Hilversum is bekend vanwege de omroep en door zijn jonge bouwkunst. Dudok en Duiker hebben hier hun 'kanjers' achtergelaten: het raadhuis, Zonnestraal en Gooiland kent ieder die zich interesseert voor deze bouw periode. De Sint-Vituskerk van Cuypers uit 1892 behoort tot zijn beste neo-gotische kerken. Maar ook vele andere bekende en minder bekende architecten hebben tussen 1870 en 1940 hun stempel gedrukt op Hilversum, zodanig dat nu al gespro ken wordt over Hilversum als gemeente waarin deze bouwperiode het rijkst in Nederland vertegenwoor digd is. Minder bekend is dat Hilversum ook nog een dorpskern bezit, die tot op de dag van vandaag als zodanig nog herkenbaar is. Wanneer Hilversummers in het centrum bood schappen gaan doen zeggen ze: 'We gaan naar het dorp'. Met hetzelfde gemak spreken zij over 'Omroepstad'. Hiermee is tegelijk de problematiek aangegeven waarmee Hilversum al lange tijd worstelt: wat moet er gebeu ren met het dorpse centrum voor een plaats van 85.000 inwoners? Cityvorming In 1946 werd door het gemeentebe stuur een eerste poging gedaan om een oplossing te vinden voor dit probleem. Totin de jaren '70 dacht men aan rigoureuze stedebouwkun- dige ingrepen zoals afbraak van grote delen van de historische bebouwing, alsmede doorbraak van oude wegen structuren ten behoeve van een brede ringweg. Er werd kenmerkend gesproken over de cityvorming van Hilversum. De omslag kwam toen men zich bewust werd van de maat schappelijke onrust en van de finan ciële consequenties van deze rondweg om het centrum. Het gemeentebe stuur wijzigde in 1974 van samenstel ling en maakte een draai van 180 graden. Onlangs vatte drs. R. de Wit, voorzitter Rijkscommissie voor de Monumenten tijdens een symposium in Hilversum de consequenties van deze ommezwaai als volgt samen: 'Er ontstond een heel onduidelijk stede- bouwkundige situatie met een heel onduidelijk verkeersbeleid. Er werd veel gesloopt in de binnenstad en weinig opgebouwd. De binnenstad maakt in sommige opzichten een wat verpauperde indruk.' Terugdringen autoverkeer In 1986 besloot daarom de gemeente een nieuw plan voor de binnenstad te ontwikkelen waarin de belangrijkste doelstellingen waren: het terugdrin gen van het autoverkeer en het bestemmen van belangrijke delen van het centrum zoals Kerkbrink en Groest tot verblijfsruimten. Het stationsgebied zou daarbij grootscha lig worden ontwikkeld door middel van kantoorgebouwen bij het inmid dels gereed gekomen grootschalige stationsgebouw. Met deze beleidsvoornemens werd tevens de discussie over dorpse en stedelijke bebouwing weer actueel. Deze discussie werd nog extra complex doordat er een onbehagen was over de kwaliteit van de meeste na-oorlogse nieuwbouw in het centrum. Dit alles mondde uit in het ontwerp-ontwikkelingsplan 'Binnenstad beter in beeld' dat in september 1992 werd uitgebracht. De kwestie dorp-stad werd niet langer als tegenstelling gezien, maar beide kenmerken zouden harmonisch moeten worden verenigd. De gemeente gaat daarbij uit van de stel ling dat kwaliteit van de nieuwbouw bepalend is. Het dorpse Hilversum zou dan tot zijn recht moeten komen in een gerenoveerd buurtje: de Laanstraatbuurt. De overige stede- bouwkundige invulling werd overwe gend gezocht in grote afgeronde en gesloten wanden. Verder was opmer kelijk dat de gemeente afzag van een binnenring en daarvoor in de plaats een zgn. sectormodel wilde invoeren, waarbij de toegang tot het centrum per auto werd beperkt tot radialen met als eindpunt parkeergarages. Deze gemeentelijke plannen werden door de Hilversumse Historische Kring 'Albertus Perk' en de Stichting 'Hilversum, Pas Op!', die zich bezig houdt met de restauratie van histori sche panden, van commentaar voor zien. Al in 1990 hadden beide instel lingen gezamenlijk een visie uitgebracht op de stedebouwkundige ontwikkeling van Hilversum, die geboren was uit zorg over de toekomst van Hilversum als totaal. Het commentaar van deze historische instellingen was positief wanneer het gaat om het verkeersluw maken van de binnenstad (de 'echte' Hilversummers zullen dit woord niet gauw in de mond nemen). Ernstige kritiek hadden zij op het terugdringen van de dorpse histo rische bebouwing tot een geïsoleerd buurtje. Op meerdere plaatsen is deze voor Hilversum kenmerkende bebou wing nog aanwezig zoals op de Groest- Biersteeg e.o. maar vooral in het gebied waarin Kerkbrink, Langestraat en Herenstraat gelegen is. Dit gebied zou een geïntegreerde benadering behoeven in samenhang met het daar achter liggende winkelgebied van de Kerkstraat/Zeedijk. Het bevat nog veel 18de- en 19de-eeuwse bebouwing zoals wevershuisjes, boerderijen, fabrikeurshuizen en typische Hilversumse - in boerderijvorm gebouwde - arbeiderswoningen. Aan de Kerkbrink staan het gerestaureerde oude raadhuis (vroeger rechthuis), de Grote Kerk met een middeleeuwse toren, een 19de-eeuwse voormalig postkantoor, een smederij uit 1770, waarin de latere Spijker-fabriek zijn oorsprong vond en een winkel-woon huis uit het begin van deze eeuw. 26

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1993 | | pagina 26