Klooster Sint Gerlach: een wonderbaarlijke redding h I Toen in 1988 de Stichting Behoud Sint Gerlach werd opgericht, zal menigeen zich vertwijfeld afgevraagd hebben wat deze Stichting nog dacht te kunnen bereiken. Het kloostercomplex Sint Gerlach lag er ook toen al troosteloos bij. De jaren van verwaarlozing hadden hun tol geëist: verzakte muren, aangetast en verrot houtwerk, ingestorte verdiepingen en een geheel verwaarloosde tuin. Viel hier dan nog iets te redden? MATH BERKERS De initiatiefnemer tot de oprichting van de Stichting, drs. C.J.J.S Majoor, tot voor kort voorzitter van de Stichting en tot vorig jaar tevens voorzitter van de Afdeling Limburg van de Bond Heemschut, wist dit ook wél. Het was deze keer er op of er onder: zou ook deze poging stranden dan was het kloostercomplex definitief verloren. Nu, 5 jaar later, is er eindelijk duidelijk heid. De heer Majoor had succes. Dankzij een toekenning door WVC van 4 miljoen gulden uit de 'Knelpuntenpot' kan binnenkort de restauratie van het landgoed Sint Gerlach een aanvang Wie wel eens rondgelopen heeft op het landgoed zal zich verbazen. De bouw kundige staat van een groot deel van het complex is inderdaad abominabel. Maar een ieder die Houthem-St. Gerlach wel eens bezocht heeft, zal tevens beamen dat dit complex kost wat kost behouden moet worden. In de eertse plaats om zijn unieke ligging: in het dal van het riviertje de Geul, dat op nog geen 100 meter van het gebouwencomplex door het landschap meandert - dit riviertje vormt tevens de zuidelijke begrenzing van het landgoed-, en met uitzicht op de steile helling van het Geuldal. Echte rotsen. Een lood rechte wand van mergel, de Zuid- Limburgse kalksteen uit het Krijt, dezelfde steen waar een groot deel van het complex uit is opgetrokken. Maar ook om de ligging aan de rand van het dorpje Houthem-St. Gerlach, een rustiek Limburgs straatdorp. Ook hier is mergel de bouwsteen, maar dan voor de typische carré-vormige boerderijen met markante 18de eeuwse topgevels. Sint Gerlach Niet alleen de ligging van het complex maar ook haar geschiedenis maakt het behoud ervan belangrijk.Voor de oorsprong van het huidige kloostercom plex moeten we teruggaan tot de tweede helft van de 12de eeuw. In die tijd leefde in het Geuldal de kluizenaar Gerlach. Een holle eikeboom, zo gaat het verhaal, was zijn bescheiden woning. Na een losbandig leven kwam hij tot inkeer en na een door de Paus opgelegde boete doening vestigt hij zich in de eikeboom. De dagindeling van deze heremiet was al even eenvoudig: versterving, boete en gebed. Vlees en wijn ontzegde hij zich. Hij liep ongeschoeid, slechts gehuld in een boetekleed. Vijf maal per week bezocht Gerlach vanuit Houthem het graf van de Heilige Servatius in Maastricht. Dit geheel aan de Heer opgedragen leven bracht wonderen voort. De roem van zijn heiligheid verbreidt zich snel. Na zijn dood wordt Houthem- St. Gerlach een drukbezocht pelgrims oord. Dit leidt uiteindelijk tot de stich ting van een klooster Norbertinessen, een adellijk vrouwenstift. Eeuwenlang zou deze kloosterorde zich hier handha ven, tot 1786, als het stift aan de voor avond van de Napoleontische tijd gedwongen is te vertrekken. Maar dan zijn we vijf roerige eeuwen verder. Wat het complex bovenal uniek maakt is het gebouwde erfgoed: op het 65 hectare grote terrein liggen vier bijzondere gebouwen, het 'kasteel' (dit was de woning van de proost), de kasteelhoeve (het eigenlijke klooster), de St. Gerlachuskerk en een pachthof. Carré De kasteelhoeve is het oudste deel van het kloostercomplex. Nu is het in gebruik als boerderij annex woonhuis. Het is de enige vleugel die, zij het in bijzonder slechte staat, nog is overgeble ven van het, waarschijnlijk in de laatste jaren van de 16de eeuw, geheel herbouwde klooster. De opzet van dit klooster was een carré met een besloten binnenhof. Eén vleugel is in zijn geheel verdwenen, op de plaats van de twee andere staan nu het 'kasteel' en de kerk. Het 'kasteel', het proostgebouw, stamt uit 1713zij het dat fragmenten van de oude kloostervleugel er in opgenomen zijn. Vanaf de weg Valkenburg- Maastricht is de voorgevel van het proostgebouw het meest in het oog springend deel van het landgoed: de streng symmetrische gevel met welge teld 16 ramen over de volle breedte van de gevel, en dat over twee verdiepingen, Het kasteel of proostgebouw, de woning van de proost, met de kerk ernaast, (foto's Jaap Kamerling) Van ver is reeds het proostgebouw met zijn streng symmetrische vleugels te zien. Daarnaast de kerktoren.' 14

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1993 | | pagina 14