Interesse voor oude
postkantoor groeit
Wibo Burgers
8
De belangstelling voor het postkantoor van vroeger groeit de laatste
jaren. Eerder waren het vooral oude stations met hun romantische
uitstraling, die de aandacht trokken. Maar zeker in de tweede helft van
de vorige en het begin van deze eeuw stond het postkantoor centraal in
het leven van alledag. Tegenwoordig hebben gelukkig steeds meer
mensen oog voor de architectonische en cultuurhistorische kwaliteiten
van sommige postkantoren uit het verleden.
Voor een aantal openbare diensten
werden in de tweede helft van de vori
ge eeuw gebouwen in serie ontwor
pen. Daarvan hebben vooral de sta
tions van de Staatsspoorwegen be
kendheid gekregen. Andere categorie-
ënzijpscholen, gerechtsgebouwen,
gevangenissen en postkantoren.
Voor 1850 was de postdienst in
handen van lagere overheden of van
particulieren. In die tijd was het post
kantoor gevestigd in het huis van de
plaatselijke postmeester. Die had voor
de bediening van zijn klanten vaak
een raampje in de buitenmuur. Aan
die situatie kwam een einde, toen de
staat in 1850 het monopolie op de
postbezorging kreeg. Er kwamen toen
permanente postkantoren: het eerste
was het koninklijk postkantoor aan de
Nieuwezijds Voorburgwal in Amster
dam, gebouwd door Cornelis Outs-
hoorn in 1856. Later werd dit gebouw
vervangen door het postkasteel, dat in
de periode van 1895 tot 1899 werd
gebouwd naar een ontwerp van
bouwmeester C.H. Peters, aan de
Nieuwezijds Voorburgwal, direct ach
ter het paleis op de Dam.
Overigens is deze monumentale be
huizing van de postdienst niet meer
als zodanig in gebruik: in 1990 ging
het sprookjesachtige pand over in de
handen van een projectontwikkelaar,
die er een ultramodern winkelcomplex
van maakte onder de naam Magna
Plaza*. Dit is een kostbare operatie
geworden: voordat het gebouw in zijn
oude luister kon worden gesteld
moest een nieuwe fundering rondom
de oude (zo'n 4500 houten palen)
worden aangebracht. De kosten daar
van beliepen 7,5 miljoen gulden. De
totale restauratiekosten: ongeveer ze
ventig miljoen gulden.
In de tweede helft van de vorige
eeuw moesten 140 postkantoren zelf
standig worden gehuisvest. Natuurlijk
werden veel panden gehuurd. Ook
werden bestaiande panden tot post
kantoor verbouwd (zoals in Noordwijk-
Binnen, waar in 1878 het vroegere
huis van bewaring en kantongerecht
tot postkantoor werd verbouwd) maar
er werd eveneens een aantal op
drachten voor nieuwbouw gegeven,
zoals in Dordrecht, Rotterdam, Gro
ningen en Leeuwarden. Maar van een
werkelijke systematische bouw op
grote schaal was pas sprake tijdens
het optreden van rijksbouwmeester
Cornelis Hendrik Peters (1847-1932).
gothische stijl wordt vaak aangeduid
als 'postkantorengothiek'. Hij bouwde
in totaal meer dan honderd
postkantoren door het hele land,
waarvan vaak de centrale hal
architectonisch gezien verrassend
was. Later ontwierp Peters ook het
spoorwegstation van Nijmegen, dat
evenwel in de Tweede Wereldoorlog
werd verwoest.
Deze bouwmeester kwam na zijn
opleiding aan het gymnasium in Gro
ningen terecht op het architectenbu
reau van P.J.H. Cuypers in Amster
dam. Cuypers zag mogelijkheden
voor Peters en liet hem al snel vrij
zelfstandig werken. Mede op voor
spraak van Cuypers werd Peters in
1876 benoemd tot bouwmeester van
het ministerie van Financiën. Op deze
post ontwierp hij het ministerie van
Justitie aan het Plein in Den Haag,
waarin ook duidelijk de invloed van
Het vroegere postkantoor van Haarlem, gebouwd naar een ontwerp van rijksbouwmeester Peters.
Nu is er een bank in het gebouw aan de Zijlstraat gevestigd, (foto W. Burgers)
Zijn postkantoren vindt men benoor
den de grote rivieren, dat was zijn do
mein als rijksbouwmeester.
Zijn collega van de tweede, zuide
lijke afdeling van het bureau van de
rijksbouwmeesters was D.E.C. Knut
tel (1857-1926). De onder leiding van
deze bouwmeester tot stand gekomen
postkantoren zijn gebouwd in een ge
mengde Hollandse en Italiaanse re
naissancestijl. Het (voormalige) post
kantoor van 's-Gravënzande is een
van de postkantoren naar een ont
werp van Knuttel (1908). Hij bouwde
ook het ministerie van Economische
Zaken aan de Bezuidenhoutseweg in
Den Haag.
Eerste periode
Peters' ontwerpen bepaalden de
eerste periode van de bouw van
postkantoren in ons land. Zijn neo-
zijn leermeester - ontwerper van het
Rijksmuseum in Amsterdam - viel te
onderscheiden.
Peters bouwde uitsluitend in bak
steen. Natuursteen gebruikte hij al
leen voor banden, blokken en vens
terbanken. Zijn gevels bieden vaak
een kleurige aanblik. Torentjes, uit-
bouwtjes, nissen e.d. schuwde hij be
paald niet. Tegen het eind van de vori
ge eeuw gaf de directie van de Poste
rijen de bouwmeester te verstaan dat
zijn ontwerpen te duur waren en bo
vendien niet steeds aan de gestelde
eisen voldeden. Peters had weinig
keus: zijn ontwerpen kregen een so
berder aanzien: zo werd bij voorbeeld
minder natuursteen toegepast.
Het eerste (hoofd)postkantoor, dat
Peters bouwde was dat in Arnhem
(1888). Later werden nog tal van post
kantoren gebouwd naar ontwerpen