Jaarverslag 1991 verschenen
'Monumentenzorg blijft in beweging9
34
Heemschut zoekt actiever de publiciteit
Op de Algemene Vergadering van Heemschut is het Jaarverslag 1991
van de Bond gepresenteerd en met veel waardering begroet.
Het fris ogende verslag geeft een compleet overzicht van de activiteiten
van de Bond Heemschut en zijn actieve Provinciale Commissies. Met
name aan het vele actie-werk van de PC's wordt uitvoerig aandacht ge
schonken.
De decentralisatie van het werk van
Heemschut komt goed op gang. De
Provinciale Commissies worden
steeds zelfstandiger in hun werkwijze
en ook het naar buiten brengen van
de activiteiten gaat professioneler dan
voorheen. Uit het jaarverslag blijkt, dat
er in 1991 in acht PC's een speciale
pr-medewerker in de commissie actief
werd. Steeds vaker lukt het om met
acties de locale pers en omroep te
'halen'.
Voorzitter J. Franssen wijst in zijn
voorwoord op de drie regiobijeenkom
sten, die in 1991 werden gehouden
om de verdere decentralisatie te sti
muleren en ondersteunen. Hij consta
teerde op die bijeenkomsten een toe
nemende bereidheid om decentraal te
werken. Een belangrijk gegeven nu de
zorg van de overheid voor de monu
menten immers ook is gedecentrali
seerd.
De voorzitter maakt ook met nadruk
melding van de geslaagde Jubileum
discussie-middag t.g.v. het 80-jarig be
staan van de Bond. Deze middag had
als motto 'Monumentenbescherming
en sociale vernieuwing'. Het is een
belangrijke taak van Heemschut om
mensen in buurten of dorpen, die drei
gen te verpauperen te wijzen op het
verlies aan cultureel erfgoed wanneer
karakteristieke gebouwen dreigen te
verdwijnen.
Uitgebreid staat het jaarverslag ten
slotte stil bij de renovatie van het Ko
renmetershuis, de landelijke zetel van
Heemschut in Amsterdam. De firma
Kneppers te Amsterdam heeft deze
inwendige renovatie, die hard nodig
was op een zeer aanvaardbare wijze
uitgevoerd, aldus Franssen.
Jaarverslagen van verwante
organisaties
In juli verscheen het Jaarverslag 1991
van de Monumentenwacht Nederland.
In het verslag kunt u o.a. lezen over
de meerjarenonderhoudsplanning, het
inspectiehandboek, de ijk-instructieda-
gen en de gestage groei van het aan
tal inspecties en objecten.
Dezelfde maand bereikte ons het
Jaarverslag van de Monumenten-
wacht Noord-Holland. Opmerkelijk is
de enorme groei van het ledenbe
stand van de monumentenwacht. Was
dat in 1977 bij de start 14, het groeide
in 1984 tot 516 en bereikte in 1991 het
aantal van 1376. De Stichting Grote
of Onze Lieve Vrouwe Kerkte Breda
stuurde de redactie ook een jaarver
slag toe.
Uit het verslag blijkt, dat in 1991
plannen voor verdere restauratie van
de Grote Kerk, verbetering van het on
derhoud en het realiseren van voor
zieningen voor het publiek vorm heb
ben gekregen. Bijna 100.000 belang
stellenden bezochten in 1991 de Gro
te Kerk.
In het Jaarverslag van de Amster
damse Maatschappij tot Stadsherstel
wordt bezorgdheid geuit over de drei
gende ontwikkeling in Amsterdam, dat
alleen nog maar gerestaureerd kan
worden voor een heel kleine groep
mensen, die zeer hoge huren kan be
talen. Zodra namelijk de aanwijzing tot
beschermd stadsgezicht van de hele
Amsterdamse binnenstad een feit is,
bestaat de mogelijkheid om niet-ge-
subsidieerde kosten, die gemaakt
worden in samenhang met het be
schermde stadsgezicht in de huur
door te berekenen. Dit kan van groot
belang worden naarmate de subsidie
mogelijkheden beperkter worden.
De huren dreigen boven het maximaal
haalbare marktniveau uit te stijgen.
Andere jaarverslagen, die binnen
kwamen, worden in het oktober-num-
mer kort besproken.
J.K.
Op vrijdag 19 juni jongstleden vond in Zwolle een symposium plaats
onder de titel 'Monumentenzorg blijft in beweging'. Sprekers waren
Oversticht-voorzitter mr. L.A. van Splunder, prof. dr. A. van der Woud
(hoogleraar geschiedenis van de bouwkunst aan de Vrije Universiteit
Amsterdam), drs. R.J. de Wit (voorzitter van de Rijkscommissie voor de
Monumenten) en drs. U.F. Hylkema, interim-directeur van de Rijksdienst
voor de monumentenzorg.
Van Splunder wees in zijn toespraak
op de gevolgen die de nieuwe Monu
mentenwet van 1988 heeft gehad.
Daarbij ging hij in op de forse bezui
nigingen op de investeringen in het
culturele erfgoed en besprak hij de
aard en de taak van het overheids
optreden in deze. Met name het be
lang van monumenten in het ruimte
lijke ordeningsproces verdient vol
gens Van Splunder de nodige aan
dacht van de overheid.
'Monumentenzorg behelst veel
meer dan alleen restauratie.' Prof.
Van der Woud maakte zich in zijn
toespraak sterk voor een betere inte
gratie van het facet 'beheer' in de
monumentenzorg. Hij sprak zijn zorg
uit over de toenemende modernise
ring binnen oude stadskernen. In de
ogen van Van der Woud moet de op
drachtgever van een verbouwing of
renovatie er rekening mee houden
dat ook de kwaliteit van de openbare
ruimte in stand wordt gehouden.
De heer Hylkema ging in zijn
speech onder meer in op zowel de
historie als de toekomst van de mo
numentenzorg in Nederland. De pro
vincie is volgens hem drager van de
verantwoordelijkheid van het ruimte
lijk beleid van de gemeenten. Hij ver
wees daarbij onder meer naar de
Twentse buitenplaatsen.
'Monumentenzorgers moeten as-
sertiever worden.' Dat was één van
de opmerkingen van de heer De Wit,
die zich verder afvroeg of de decen
tralisatie van de monumentenzorg
niet te ver was doorgevoerd. De Wit
noemde de bezuinigingen op monu
mentenzorg 'onbegrijpelijk', zeker
met het oog op de MIR-affaire. Daar
aan refererend merkte De Wit op het
vreemd te vinden dat er nu geen
geld was om deze nieuwe monu
menten te behouden.
Richard Kers, PR-medewerker
Heemschut Overijssel