WA*
Ui
25
heerst akkerbouw, is de verkaveling
vrij grootschalig, volgen de wegen
het dijkenpatroon, staan de boerde
rijen verspreid en liggen de (weinige)
dorpen aan de rand, dichtbij de dijk.
Na ongeveer 1500 en tot in onze
eeuw deden groter opgezette bedij
kingsprojecten veel omvangrijker
polders ontstaan. Met elkaar geven
deze vorm aan grote delen van Dui-
veland, Sint Philipsland, Noord- en
Zuid-Beveland en Zeeuws-Vlaande-
ren. De wegen liggen daar in de pol
der, en de dorpen (zoals Borssele,
Colijnsplaat en Schoondijke) zijn het
resultaat van planning.
Vechten tegen een vijand
Tegenover de opbouw en uitbreiding
van nieuw land stond alle eeuwen
door de afbraak en het prijsgeven
van land. Terwijl Zuid-Beveland tus
sen 1350 en 1450 een landwinst van
Kleinschalig landschap in de Zak van Zuid-Beveland. (foto Jaap Wolterbeek)
Bij een ruilverkaveling gespaard reservaat in de omgeving van Nisse, Zuid-Beveland. Kenmerkend voor
dit landschap zijn de vele perceelsscheidingen in de vorm van meidoornhagen, (foto AP. de Klerk)
5500 hectare boekte, moest aan de
zuidkust van Schouwen in de perio
de van 1300-1560 de helft van die
oppervlakte prijsgegeven worden.
Ettelijke stormvloeden vaagden gro
te delen van het bedijkte oudland
weg. Soms voorgoed; daaraan dan
ken we bijvoorbeeld het uitgestrekte
natuurgebied het Verdronken Land
van Saaftinge. Vaak vond herdijking
plaats en vermeldden de kronieken
de triomfantelijk: 'twert corts daer na
weder beverscht', dat is: aan de in
vloed van het zoute zeewater ont
trokken. Dat gebeurde eind 16de
eeuw bijvoorbeeld met Noord-Beve
land, maar pas nadat het eiland
meer dan een halve eeuw 'drijvende'
was geweest. Soms ook riep men
het gevreesde water opzettelijk te
hulp om polders te inunderen en zo
de vijand af te schrikken. Meer dan
enig ander deel van Zeeland was
Zeeuws-Vlaanderen vanaf de 16de
eeuw het slachtoffer van deze strate
gie.
Het Zeeuwse landschap omvat be
halve patronen van verkaveling, van
dijken, van wegen en van nederzet
tingen, ook veel (soms op het oog)
losse elementen. Opvallend is dat
veel daarvan op een of andere ma
nier iets te maken hebben met het
bevechten van een vijand. Zo herin
neren tal van forten (of de restanten
daarvan) in Zeeuws-Vlaanderen aan
het feit dat dit deel van Zeeland en
kele eeuwen lang oorlogsterrein was.
Verspreid over de Zeeuwse oudland-
kernen komen we een kleine 40
bergjes tegen; deze werven (zoals ze
in de bronnen heten) vormen het res
tant van een oorspronkelijk veel gro
ter aantal kasteelbergen.
De strijd tegen het water werd niet
alleen met dijken gevoerd. Uit karre-
Een weel, herinnering aan een dijkdoorbraak in 1404 op Zuid-Beveland. (foto Zeeuws Doe. Centrum)