10
Het levendige beeld van de gevels aan de Voorstraatshaven met geheel links de koepel van de
Groothoofdspoort.
principe staan de havens in verbin
ding met de rivieren. Op korte af
stand is boven het water het stad
huis gebouwd - de gotische kant
18de-eeuwse raampartij aan de
Wolwevershaven.
van het gebouw rijst boven het water
op maar de scherpe opmerker ont
waart een buitachtige uitstulping van
de gevel die wat ongepast aandoet.
Toch is die uitstulping al oud. In 1544
werd namelijk een houten omloop
aangebracht, zodat niet langer lie
den die naar de Voorstraatzijde van
het gebouw wilden, door de Vroed
schapszaal moesten gaan. Het is nu
wel even zaak om de Voorstraat in te
lopen naar de Lombardbrug om daar
het andere gezicht van het stadhuis
te zien, een gezicht met twee gietij
zeren leeuwen aan weerskanten van
de trap, een gezicht met hoge zuilen
en een timpaan: de gangdeur zoals
architect /fz die zag in de jaren dertig
van de vorige eeuw.
Geur van teer en water
Groenmarkt, Wijnstraat - we belan
den toch weer bij de Groothoofds
poort, en vandaar over de Damiate-
brug langs de Wolwevershaven waar
oude sleepboten liggen. Dordrecht
als wisselhaven van sleepboten is
door de opkomst van de duwvaart
verleden tijd geworden maar op de
kade van de Wolwevershaven waart
nog iets van de geuren van teer en
donker water. En als we naar boven
kijken dan is dat naar het pakhuis
Stokholm, dat eens gold als het
grootste pakhuis van Zuid-Holland.
Een aantal jaren geleden stortte het
bijna in - maar het is nu gelukkig ge
restaureerd. Van de Wolweversha
ven richten we ons naar de Nieuwe
Haven. Mooiste gebouw is het huis
van het museum mr. Simon van Gijn
- een bekoorlijk museum niet zonder
belang ook voor de kennis van de
geschiedenis van Dordrecht. Er is
een in de jaren '40-'45 gemaakte
maquette van de stad omstreeks
1550. De Wolwevershaven is nog
niet gegraven en de Spuihaven - nu
gedeeltelijk gedempt - is dan nog
daar aan de zuid- en oostkant van
de middeleeuwse stad een brede
Biesboschkreek.
De Grote Markt
Men moet wel sterk in zijn schoenen
staan om die voetbrug over de Nieu
we Haven, de 'Lange IJzeren Brug'
niet te betreden. Met uitzicht over de
door talloze motorjachtjes gevulde
haven en natuurlijk het forse silhouet
van de Grote Kerk en de brede, zwa
re toren, zo oneerbiedig als de 'holle
kies' bestempeld door de positie van
de enorme wijzerplaten. Aan de
overkant, de Knolhaven, naar de Vis
markt met de overkapping op gietij
zeren pilaartjes. Even doorsteken...
Daar is de Grote Markt. Grote
Markt? Heeft Dordrecht dan een
Grote Markt? Wie hier na de jaren
vijftig nooit meer is geweest gelooft
Binnenplaats Arend Maartenszhof.
amper zijn ogen. Maar hier is een
fors plein, gevuld met geparkeerde
auto's - op zaterdag zijn er kramen,
zoals op een marktplein betaamt -
en terzijde een standbeeld, niet al te
opzichtig: Dirk IV, graaf van Holland,
in 1049 met een vergiftigde pijl ver
moord bij Dordrecht. De omringende
bebouwing - duidelijk architectuur
van na de oorlog - zet tot denken.
In de jaren vijftig smeedden tallo
ze gemeentebesturen plannen voor
de toekomst. Men voorzag véél ver
keer, het wemelde van de projecten
voor doorbraken van oude stadsker
nen, het woord kaalslag deed in de
stedebouw zijn intrede, de tekenbor
den werden bedekt met hectaren te
keningen voor de ideale toekomst
stad met 'ontmoetingsplaatsen' en
wat al niet. In de oude stadskern van
Dordrecht viel met geen mogelijk
heid een doorbraak te bedenken.
Maar er was iets anders: Dordrecht
was een stad zonder pleinen! En
daar is onder de vurige vlag van de
sanering in de jaren vijftig en zestig
het nodige aan gedaan. De bulldo
zers konden aan de gang. De Grote
Markt is er het resultaat van, één
van de resultaten. Anders dan de
naam zou suggereren mist men ar
chitectonische hoogstandjes. Maar
de maatgeving is niet storend. Een
paar panden aan de Wijnstraat zijn
opgeofferd - we steken van die ga
ping over naar de Wijnbrug met het