Stedebouw en architectuur in
Amsterdamse Ring '20-'40
H K n i j t i j z e r
7
In hoofdzaak bestaat de Ring 20 - 40 in Amsterdam uit twee delen: het
plan Zuid en het Plan West. Het Plan Zuid is gelegen ten zuiden van het
Amstelkanaal en het Noorder Amstelkanaal en het Plan West is het ge
bied tussen de Schinkelkade, Kostverlorenvaart, Jan van Galenstraat,
Orteliuskade en Westlandgracht. Het stedebouwkundig Plan Zuid is door
Berlage ontworpen in 1905. Er was nog geen rekening gehouden met de
Woningwet van 1905. Een herzien plan werd in 1917 goedgekeurd.
Op initiatief van de bouwer Van der
Schaar is het Plan West ontstaan
met dien verstande dat de meest es
sentiële delen daarvan - zoals het
Hoofddorpplein en het Mercatorplein
- van Berlage zijn.
Hoewel het Plan Zuid internationale
bekendheid kreeg toont het Plan
West niet minder boeiende stads
beelden. Terecht heeft de Commis
sie Dooijes in haar - helaas nooit ge
publiceerde - inventarisatie vele mo
numentwaardige panden in en vele
stedebouwkundige kwaliteiten van
Plan West vastgelegd.
Beide plannen worden geken
merkt door een boeiende samen
hang tussen stedebouw en architec
tuur. Langs de wegen staan indruk
wekkende straatwanden met hun rit
mische gevels en hun boeiende
bouwmassa's op markante punten.
Misschien is het achteraf gezien een
gelukkige omstandigheid geweest
dat het plan Berlage pas in 1917 ten
uitvoer kwam. Toen immers heeft
een grote groep zeer bekwame ar
chitecten vorm kunnen geven aan de
stedebouwkundige plannen van Ber
lage.
Architectuur
De invloed van de Amsterdamse
School was er de oorzaak van dat
Amsterdam het Mekka van de archi
tectuur werd. Is het huidige Amster
dam terecht trots op zijn grachten
gordel en zijn monumenten van de
oude binnenstad, dan legt ook dit
Mekka aan Amsterdam verplichtin
gen op voor een verantwoord beheer
van dat unieke stedebouwkundige
en architectonische bezit. Over dit
Mekka - als een belangrijk oord voor
architecten en toeristen - mag niet
worden gemekkerd als het gaat om
de thans noodzakelijke vernieuwin
gen. Amsterdam zal er wél de nodi
ge zorg voor moeten dragen dat het
karakter van de Ring 20-40 niet
wordt aangetast. Dus geen vervan
ging van houten kozijnen met kalven
en roedenindelingen met hun duide
lijke plastische werking door vlakke
kunststofkozijnen. Geen slechting
van bouwmassa's die zo bepalend
zijn voor het stadsbeeld. Geen to
rens slopen zoals reeds is gebeurd
op het Hoofddorpplein en het Merca
torplein.
Het behoeden van die markante
straatwanden vraagt naar een liefde
volle zorg bij de stadsvernieuwing.
Elie Wiesel heeft er al op gewezen
dat niet de haat maar de onverschil
ligheid het tegenovergestelde is van
de liefde. Het gebrek aan aandacht
en modieuze ingrepen zijn architec
ten onwaardig bij hun ijdel streven
naar vernieuwing. In de oude stad
zijn reeds te veel trieste voorbeelden
van onverschilligheid tegenover de
wetten van de architectuur. Van zulk
een liefdeloosheid getuigen de invul
lingen van de Bethaniënstraat en de
Koestraat van Theo Bosch en Ir A.
Trouerbach. Ook in de Ring 20-40
zijn tekenen van onverschilligheid
zichtbaar. Van twee eendere blokken
van Van der Mei} aan de Admiralen-
gracht werd in één de sterk plasti
sche werking van de houten kozijnen
Koestraat 24 t/m 30 (architect Theo Bosch).
Liefdeloze onverschilligheid. Is dat
stadsherstel? (H.K.)
Koestraat 15A (architect ir. A. Trouerbach).
Even liefdeloos (H.K.)
kapot gemaakt door vlakke kunststof
kozijnen. Niet minder beschamend
was het resultaat van een door het
Woningbedrijf Amsterdam uitge
schreven meervoudige opdracht aan
acht architecten, die onder het motto
'niet aangepast inpassen' er voor
treffelijk in slaagden de typisch verti
cale architectuur van de belendingen
te ontkennen door een overmaat van
horizontale balcons, galerijen en
raamgroepen en dat alles nog met
opvallend lelijke bouwmassa's
(Heemschut 2-1991).
Kan de Ring 20-40 wel moderne ar
chitectuur verdragen? Reeds op his
torische gronden moet die vraag be
vestigend worden beantwoord. Ber
lage beoogde tussen de Lekstraat
en de President Kennedylaan een
'tuinstad voor arbeiders' te bouwen,
maar in de jaren '30 ontstond daar
een even naargeestige verkaveling
als eentonige bebouwing met als
werkelijk enig lichtpunt de Atelierwo
ningen van Zanstra cs. Ook werden
door Van Tyen, Stam en Beese in
1937 vijf duidelijk geparcelleerde he
renhuizen aan de Antonie van Dyck-
straat gebouwd. Omdat die architec
ten wisten, dat de functie - hoe be
langrijk ook - een droom is zonder vi
sie hebben zij een nieuwe wooncul-
tuur zichtbaar gemaakt als een witte
bloem in een woud van brave wonin
gen met een keurige schortjesarchi-