Benut je leden beter 41 Leo van der Meule Mr. K.J. Cath: Zomaar een opmerking uit de mond van mr. K. J. Cath. In het kader van de artikelenserie Heemschutleden hadden wij een gesprek met hem in zijn stijlvol ingerichte woning aan de Wassenaarseweg in Den Haag. Een man die nimmer een duidelijk omlijnde functie binnen de Bond bekleedde maar die het beleid altijd kritisch gevolgd heeft en er ook ten aanzien van Heemschuts toekomst een weloverwogen mening op na houdt. Nee, hij is duidelijk van voor de oor log en zelfs alweer enige tijd geleden afgezwaaid als voorzitter van het College van Bestuur van de Rijksuni versiteit Leiden. Daarbinnen was een goede taakverdeling, de rector magnificus was verantwoordelijk voor de onderwijskant van het werk terwijl de heer Cath zich bezig hield met onder andere personeel en ge bouwen. Onder laatstgenoemden bevond zich ook een aantal monu menten. Een dierbaar en kostbaar bezit, dat de warme belangstelling van de voorzitter genoot maar ook veel van zijn zorg en vindingrijkheid eiste. Functiebehoud of -toekenning betekent veelal de redding van een oud gebouw. Alleen voor het mooie, of vanwege de ouderdom, een mo nument behouden is vaak onmoge lijk. Cath wist dat de voor velerlei doeleinden verhuurde Groenoordhal- len als tentamenruimte voor de uni versiteit niet ideaal waren. Zo kwam hij op het idee de leegstaande Pie terskerk hiervoor te laten huren door de universiteit. Vrijwel altijd beschik baar verloste deze zet de alma ma ter van een reserveringsprobleem en voorzag de Stichting die de kerk in beheer heeft van een welkome in komstenbron. Later smaakte hij het genoegen via 'n een-tweetje met Hengeveld van Stadsherstel Amsterdam een hoekhuis tegenover de gerestaureer de Waalse kerk op het Begijnhof in Haarlem te mogen redden. Daar ook werd'hij in de praktijk het positieve uitstralingseffect van een geslaagde restauratie op de omringende buurt gewaar. Lid van Heemschut is de heer Cath al sinds 1948. Hoe kwam dat zo, was daar een speciale aanleiding voor? 'Nee eigenlijk niet. Het komt er voornamelijk op neer dat wij van huis uit een flinke belangstelling voor kunst, cultuur en monumenten meekregen. Bovendien, we woon den in Friesland en ik had een oom die veel van oude gebouwen wist. Met hem heb ik menige leerzame fietstocht door die provincie ge maakt. Ook leerde ik de Bond ken nen via die handige en informatieve kleine boekjes die ze toen uitgaven. Het was, al het voorgaande in ogen schouw nemend, op een gegeven moment niet meer dan vanzelfspre kend dat ik lid werd.' Heer Bommel Hij heeft in de loop der jaren, hetzij mondeling, hetzij schriftelijk, de han del en wandel van de Bond op de voet gevolgd. Cath laat zich in de loop van het gesprek kennen als een diplomaat, iemand die onomwonden zegt wat hij ergens van vindt zonder evenwel de tegenstander zo te beje genen dat die dichtklapt en het ge sprek verstomt. Om onze stelling dat Heemschut vaak doet denken aan 'een heer van stand, die in stilte veel goed doet' moet hij dan ook een beetje lachen. 'Ik denk wel dat de Bond af en toe iets van Heer Bom mel wegheeft, maar toch als je het betrekkelijk geringe aantal leden be kijkt en ziet wat we bereiken dan zegt dat tevens iets over de juistheid van de gebruikte taktiek. Al te ro buust actievoeren zou wel eens averechts kunnen werken. Als je bij voorbeeld politici kopschuw maakt bereik je misschien helemaal niets meer. Wel zouden we meer gebruik moeten maken van de mogelijkhe den van onze eigen leden. Daar zijn ongetwijfeld heel wat energieke ze stig-plussers bij die iets voor de Bond zouden willen en kunnen doen. Als correspondent naar de Provin ciale Commissies toe bijvoorbeeld, die komen vaak letterlijk en figuurlijk ogen te kort.' Hoe ziet hij de toekomst? Welke overlevingsstrategie ziet hij voor Heemschut? 'Samenwerken, zelf denk ik aan Na tuurmonumenten. Dat is een grote club met veel slagkracht en uiteinde lijk raken onze belangen elkaar op meer dan een gebied. Zij hebben op hun terreinen mooie oude gebou wen, waar ze steeds beter voor zor gen, wij komen op voor historische Mr. K. J. Cath parken, landschappen, oude water lopen en monumentale bomen. Dat is allemaal natuur, maar het zit wel in ons pakket. Let wel ik bepleit geen fusie, David zou dan door Goliath opgeslokt worden, maar intensievere samenwerking moet mogelijk zijn.' De Vlietbrug Een laatste vraag, zijn er aanwijsba re zaken, die hem ter harte gaan? 'Zeker, ondanks dat ik in Den Haag woon voel ik mij als monumentenbe schermer nog altijd het meest be trokken bij Leiden. De laatste tijd, zo heb ik helaas moeten constateren, lijkt de aandacht voor monumenten zorg en een goed beheer van de ste delijke ruimte daar enigszins ver flauwd. Waarom wordt er niets aan de historisch zo belangrijke Vlietbrug gedaan? Hoe kon die detonerende nieuwbouw achter het Gravensteen er komen? In een stedelijke omge ving zeg ik altijd: denk om je gevel- wand. Nieuwbouw mag, maar houd rekening met de omringende bebou wing. Meer algemeen zie ik dat veel gemeenten in de decentralisatie een stuk verantwoordelijkheid toege schoven hebben gekregen, die ze qua deskundigheid, budget of be langstelling geen inhoud kunnen ge ven. Hoewel Heemschut zal moeten groeien om een bredere bestaans basis te verkrijgen is haar bestaans recht (helaas) nog overal volop aan toonbaar.' 1 Leo van der Meule is lid van de prov. commissie Zuid-Holland van Heem schut.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1991 | | pagina 41