De badplaats Scheveningen
Leo van Heijningen
9
In 1881 schilderde de Haagse schilder Hendrik W. Mesdag zijn bekend
geworden Panorama van Scheveningen. Topografisch gezien was dit
Panorama al binnen tien jaar sterk verouderd. Tussen 1875 en 1910 ver
rezen aan de kust een groot aantal hotels, pensions en zomerverblijven.
In deze jaren beleefde Scheveningen als badplaats een bloeitijd.
^3*//w,'..y////
Luchtfoto Scheveningen. Strandweg en Gevers Deynoot-
plein en omgeving
(alle foto's van Dienst Stadsontwikkeling-Grondzaken,
gemeente Den Haag.
Uit vooral Duitsland en Midden-Eu
ropa reisden vorsten met hun gevolg
naar 'de parel van de Noordzeekust'
om daar soms de hele zomer door
te brengen. Hun moest een passend
onderdak worden geboden. Wat is
er van deze badplaatsarchitectuur
nu nog over? Helaas heel weinig.
Natuurlijk, het Kurhaus uit 1885 staat
er nog, of beter gezegd weer. Met
de restauratie onder leiding van Bart
van Kasteel werd zo'n vijftien jaar
geleden het oude hotel op de mid
denpartij met de koepel na geheel
gesloopt en rond een betonskelet
opnieuw opgetrokken. Dat was
goedkoper dan de bestaande
bouwval te herstellen. Maar het
Grand Hotel, het Palace Hotel, Hotel
Rauch, het theater/restaurant Sein
post met zijn feestelijke koepel, de
winkelgalerij van het Hotel Galerie
aan de zijkant van het Gevers Dey-
nootplein, en nog vele andere ge
bouwen uit het laatste kwart van de
vorige eeuw hebben de sanering
van de badplaats niet overleefd.
veis werden vaak opengebroken
door grote veranda's, galerijen en
balkons. Binnen en buiten vloeiden
op speelse wijze in elkaar over. Hier
aan lag waarschijnlijk nauwelijks een
bewuste vormwil ten grondslag;
deze openheid vloeide vanzelf voort
uit de functie van de badplaatsarchi
tectuur. De bouwers wilden de be
woners zoveel mogelijk de frisse
Noordzee-lucht op laten snuiven.
In het Kurhaus uit 1885 van de
Duitse architecten Henkenhafen
Ebert gaat deze luchtigheid op een
merkwaardige wijze samen met een
streven naar monumentaliteit. Het
hotel straalt een triomfantelijke
grootsheid uit door de streng sym
metrische ordening van de bouw
massa's, de strak geordende raam-
traveeën, de uitspringende midden
partij en uiteraard de grote achthoe
kige koepel, geflankeerd door vier
hoekpaviljoens. Het gebouw is dui
delijk bedoeld als het centrum van
de badplaats. Aan de zeezijde
evenwel, waar zich de duurste hotel
kamers en suites bevonden, wordt
de massiviteit van de gevels door
broken door hoge arcadenrijden. De
hotelgasten kunnen door de open
staande balkondeuren direct van de
zilte zeelucht genieten. En voor de
architectuurliefhebber ontstaat daar
door een boeiend contrast met de
geslotenheid van de zijarmen. Ver
der wordt met de detaillering een
speels effect bereikt: de gevels zijn
opgemetseld in roodgele verblend-
Badplaatsarchitectuur
In de 'belle époque' ging men vooral
naar Scheveningen om te kuren.
Zwemmen in zee was voor de mees
te mensen nog te avontuurlijk. Het
klimaat aan de Noordzee werd als
zeer heilzaam beschouwd. De zilte
wind zou een probaat medicijn zijn
tegen migraine en psychische span
ningen. Een kuur in Scheveningen
vormde een uitmuntende remedie
tegen de druk van staatszaken, de
wurgende greep van het oude hof
ceremonieel en tegen de verveling.
In Scheveningen was alles luchtiger
en vrijer; de architectuur weerspie
gelde dat.
Wat bouwstijl betreft verschilden
de badhotels niet wezenlijk van de
andere representatieve architectuur
uit die tijd: tot in de jaren negentig
van de vorige eeuw hanteerde men
een eclectistische vormentaal, waar
bij vooral de 16de eeuwse Holland
se en Italiaanse renaissance vrijelijk
werden geïnterpreteerd. Rond 1900
stapte men over naar de nieuwe vor
men van de Jugendstil. Toch kan
men in zoverre van een typische
badplaatsarchitectuur spreken dat
de hotels en villa-achtige pensions
een luchtig karakter hadden. De ge-
Het nieuwe Gevers Deynootplein.
steen, waar de oorspronkelijke
sierstukken van gele tufsteen vrolijk
tegen af staken. Bij de restauratie
werden de ernstig aangetaste sier-
delen in geelkleurig trilbeton nage-
goten.
Behoud en sloop
Op een haar na was ook het Kur
haus gesloopt. De potentiële inves
teerder achtte in 1972 het hotel te
ouderwets voor exploitatie. Het Kur
haus moest plat. Stormachtige pro
testen van de Haagse burgerij wis
ten dit te verhinderen. Ook 'Heem
schut' liet zijn stem horen, onder an
dere in de persoon van oud-eindre
dacteur J. E. van der Wielen. Aan
deze protesten lagen niet alleen zui
ver architectonische drijfveren ten
grondslag: het Kurhaus vertegen
woordigt voor menigeen ook een