r
43
gemeente? Deze staat immers nog
dichter bij de burger dan de provin
cie....
De gedeputeerde: 'De provincie
heeft een meer supra-regionale blik.
Kijk, een gemeente kan zeggen: dit
is een unieke boerderij. Niet wetend,
dat vijf gemeenten verderop zo'n
zelfde boerderij staat. Wij inventari
seren regio's, zodat we weten: o,
zo'n boerderij hebben we ook al in
Hoorn en Den Helder en Schagen.
We hoeven niet op ieder moment op
iedere plaats ieder object dat er
best interessant uitziet te bescher
men. Door onze supra-regionale blik
betrekken wij de ontstaansgeschie
denis van Noord-Holland tot en met
de vijftiger jaren in onze beschou
wing.' 'Wij steunen de ontwikkeling
van gemeentelijk beleid. Als ge
meenten tot een eigen verordening
en een eigen monumentencommis
sie willen komen, dan willen we
daarbij ook ondersteuning bieden.
Alleen, ik zeg: zorg er wèl voor dat
je voldoende expertise hebt. Wij
hebben een provinciale verorde
ning. Wij hebben mensen in dienst
die kunnen beoordelen of een object
een monumentale waarde heeft. Een
willekeurig raadslid zegt misschien:
dat vind ik nu een mooi pandje. Een
grote kans dat hij de juiste expertise
niet in huis heeft voor een goede be
oordeling. Het overgrote deel van de
gemeenten heeft die expertise niet.
Wat gebeurt er dus? Het overgrote
deel van de Noordhollandse ge
meenten laat het, misschien wel
node hoor, liggen. Het rijk is te ver.
Zou er dan in dat grote tussenge
bied tussen rijk en gemeente niets
moeten zijn?
Volgens de nieuwe monumenten
wet mag een provincie uitsluitend
over objecten buiten de bebouwde
kom adviezen geven. Dat vind ik on
zin. Dat vind ik echt onzin. Dat is be
wust een democratisch gekozen be
stuurslaag als de provincie Noord-
Holland overslaan, die nadrukkelijk
heeft bewezen een eigen monumen
tenbeleid te kunnen voeren.'
'Net een makelaar'
Tielrooij: 'Wij houden ons met name
bezig met monumenten van jongere
datum, die om welke reden dan ook
soms ongemerkt dreigen te verdwij
nen. Als wij niet begonnen waren
met de bescherming van
verdedigingswerken waren ze voor
een deel afgebroken en gesloopt.
Maar ik noem ook watertorens, ge
malen en bedrijfsgebouwen. Kijk,
het kan best zijn dat ze weg moetén
of dat we uiteindelijk geen geld heb
ben of geen medewerking krijgen
om ze te beschermen. Maar in ieder
geval zijn ze dan bewust wegge
gaan.'
'Ik ben net een soort makelaar. Ik
ben in gesprek met Van Nelle, die
een industriegebouw aan de Zaan
wil slopen, vanuit haar bedrijfsoptiek
logisch. Maar ik probeer duidelijk te
maken dat het een bijzonder ge
bouw is en ik tref bij Van Nelle een
goede voedingsbodem - het bedrijf
bezit in Rotterdam een enorm mooi
monument. Dan probeer ik onderne
mers op te sporen die opslagruimte
nodig hebben of een cateringbedrijf
willen.beginnen, mensen die zeg
gen:
eigenlijk had ik nieuwbouw willen
plegen maar als de provincie subsi
dieert gaan we in dat gebouw zit
ten.'.
Provinciale Commissie
'Het monumentenbeleid van de pro
vincie is beslist goed,' zegt architect
C. G. Scheltema, voorzitter van de
Provinciale Commissie van Heem
schut in Noord-Holland. 'De provin
cie heeft een actieve belangstelling
voor monumenten. Haar beleid ten
aanzien van verdedigingswerken
staat model voor andere provincies.'
Scheltema kan het betoog van
gedeputeerde Tielrooij grotendeels
onderschrijven. De decentralisatie
naar de gemeenten was volgens
hem een verkapte bezuiniging, gaat
gepaard met minder rijksoverheids
geld dan voorheen.
Scheltema: 'Sinds jaren zien we
de decentralisatie met lede ogen
aan. Bij vele gemeenten ontstaat
een concurrentiestrijd met andere
aandachtsvelden. De grote massa is
toch meer geporteerd voor sport-
voorzieningen dan voor monumen-
tenbehoud. We zijn bang dat daar
door andere prioriteiten gesteld wor-
Blik op de voorgevel van Welgelegen.
den. Deskundigheid op het gebied
van monumentenzorg is bij vele ge
meenten ver te zoeken. Een pand
kan er bijvoorbeeld heel onaanzien
lijk uitzien. Maar bij nader onderzoek
komen waardevolle elementen te
voorschijn, die door aanbouwsels,
behanglagen, muurtjes en dergelijke
aan het oog waren onttrokken.'
'Vele gemeenten,' zegt Schelte
ma, 'hebben ook nu nog geen mo
numentenverordening. Andere heb
ben wel een verordening, maar
geen Monumentencommissie. Ze
menen, dat het voldoende is als een
of twee mensen van de welstands
commissie verstand van monumen
ten hebben. Kleine gemeenten zijn
vaak ook niet in staat een zware mo
numentencommissie van de grond
te tillen. Dat is nog een extra argu
ment tegen de decentralisatie.'
Overigens verkeert de Provinciale
Commissie in een moeilijke periode.
Een groot deel van de commissiele
den is 'latent actief' zoals Scheltema
het uitdrukt. Een van de problemen
daarbij is een zekere vergrijzing.
Maar Scheltema werkt energiek aan
oplossingen. Hij heeft nieuwe krach
ten op het oog, die ook een stimule
rende invloed op de huidige leden
kunnen uitoefenen.