-4-
excursies eerder aan de orde zou kunnen komen. De ontwikkeling
aangaande de buitenplaatsen zal nauwlettend in de gaten worden
gehouden
De heer Kaajan vraagt tot hoever de autonomie van de P.C.'s zich
zal gaan uitstrekken. De voorzitter antwoordt dat hier geen
blauwdruk van te geven is. De mate van zelfstandigheid hangt af
van de samenstelling van de P.C. en de weg die een P.C. wil
inslaan
De heer Mijjer wijst op een persoonlijke ervaring in Groningen
waar genoeg voor Heemschut te doen valt b.v. t.a.v. het grote
aantal boerderijen in deze provincie. Gesprekken op tijd gevoerd
met de juiste instantie kunnen veel voorkomen, maar meestal
blijkt het een kwestie van geld te zijn. Spreker vraagt zich af
wat de mogelijkheden zijn wat betreft de financiering.
De voorzitter deelt mede dat dit roeien is met de riemen die we
hebben
De heer Sonnenberg complimenteert de P.C. Gelderland met het
uitgebreide verslag. Het valt spreker op dat verslagen van de
P.C.'s Friesland, Zuid-Holland en Zeeland ontbreken en vraagt hoe
dit komt. De voorzitter antwoordt dat de P.C. Friesland bezig is
terug te komen. In de P.C. Zeeland is het ontbreken van het
verslag het gevolg van personele wisselingen. De heer Voge1 noemt
met betrekking tot de P.C. Zuid-Holland, de wisselingen binnen de
commissie en zegt toe dit hopelijk voor het volgend jaar te
voorkomen
De heer Sonnenberg vraagt hoe en of het rapport van 1983 "Proeve
van een nieuw beleid" (pag. 3) accordeert met de huidige
opvattingen van het bestuur. Hij meent zich te herinneren dat de
proeve te maken had met bezuinigingen. De voorzitter zegt dat de
proeve een beleidsstuk was en geen bezuinigingsrapport.
Overeenkomende elementen komen voor maar er is uit meerdere
bronnen geput. De proeve is gebruikt als bouwsteen.
6. Goedkeuring van en verantwoording over 1988.
De jaarstukken worden goedgekeurd.
De leden van het dagelijks bestuur worden gedechargeerd van het
door hen gevoerde beleid ewn de leden van het Algemeen Bestuur
voor het door hen gehouden toezicht.
7. Mededelingen over de begroting 1989.
De penningmeester geeft een toelichting waarbij hij constateert
dat de begroting in september is opgemaakt en in oktober 1988
door het A.B. is goedgekeurd. De cijfers over 1988 waren toen nog
niet bekend. Wat betreft de baten, deelt hij mede dat de
Contributie-ontvangsten laag zijn ingeschat, rekening houdende
met een verdere afkalving van het ledenbestand. Nu 1988 echter
uiteindelijk een geringe toename van het ledental te zien heeft
gegeven, kunnen de contributie-ontvangsten in 1989 meevallen.
Aangaande de post Giften en legaten is een bedrag van f 50.000,-
ingevuld; te verwachten valt dat dit bedrag ruimschoots zal
worden gehaald. Wat betreft de lasten, deelt de penningmeester
mede dat het bedrag ad f 305.000,-- inzake personeelskosten zeker
te laag zal blijken te zijn. De voor het Tijdschrift begrote
kosten ad f 106.000,- zijn haalbaar. Voorzover thans te voorzien,
valt geen belangrijke afwijking van het begrote nadelig saldo van
f 17.513,--te verwachten. Dit neemt niet weg dat er dit jaar
extra kosten zullen zijn gezien de decentralisatie\reorganisatie;
vooral waar het gaat om public relations zullen extra uitgaven
