De grenslijn tussen wolfdak en houten topgevel in de Gelderse Achterhoek EVERHARDJANS Een zwerftocht Boerderij in Sinderen met houten topgevel, (foto auteur, 1989) De nestor van het Westfaalse boerderij- en huisonderzoek, wijlen prof. dr. Josef Schepers (mijn leermeester) te Münster richtte zijn schijnwerper sinds de jaren dertig sterk op architektonische details van de zogeheten bouwkundige 'Westfaalse expansie'. Ook aan de Nederlandse kant van de grens onderbouwde het Nedersaksisch Instituut van de Rijksuniversiteit Groningen dit denkmodel, in de persoon van de eerste hoogleraar in de Nedersaksische taal- en letterkunde, de eveneens overleden prof. dr. Klaas Heeroma (ook bekend als protestants literator onder het pseudoniem: Muusjacobse, die o.m. meewerkte aan de teksten voor het 'Nieuwe Liedboek' van de Ned. Hervormde Kerk in Nederland. Onze boerderij-deskundige E. Jans maakte een tochtje langs wolfdaken en houten topgevels. Schepers schreef in 1960: 'De houten top gevel verspreidde zich van het Westfaalse zuidoosten (Weserbergland) naar 't wes ten en noordwesten tot ver over de anker- balk- dekbalkgrens (tussen kern- en west- Münsterland) tot in het oostelijke Neder- rijngebied en tot in de oostelijkste grens regio van Oost-Nederland'. Het is een boeiende bezigheid, met be hulp van auto of fiets cultuurgrenzen tus sen boerderijtypes in kaart te brengen. Een scherpe en geoefende blik is noodza kelijk: fototoestel en notitieboekje in aan slag! Achter Varsseveld, in de Binnenheume, zie ik een driebeukige schuur met topge vel van houten planken, zwart geteerd. Modem accent: een stalen voorraadsilo piekt hier omhoog. De streektaalkenner Hans Keuper uit Dinxperlo (nu Doetinchemzag het goed: in Sinderen staan veel oude hoeven met houten topgevels uit de periode 1750-1900. Zeer interessant is een gaaf boerenerf, wat achteraf gelegen aan een zijweg. Een tweebeukige schuurgevel met houten top, met ingemetselde ankerbalk. Daarnaast een breed gebouwd hallehuis met schoor steen links opzij. De topgevels zijn rood bruin geschilderd. Het Ruurlose Broek Natuurlijke scheiding in dit deel van de Achterhoek, tussen wolfdak en houten ge veldriehoek, vormt vanouds het Ruurlose broek. Belangrijk zijn ook het Halse- en Wolfertsveen als cultuurscheidende moe rasgebieden. Pas rond 1800 werd het Ruurlose Broek ontgonnen, wat merkbaar is aan de jongere boerderijen. Van Sinderen naar Bredenbroek rij dend, zie ik dat hier aan de weg een kern collectie boerderijen staat met bruinrood geschilderde geveldriehoeken van plan ken, met in de woongevel een groot raam, Drie geveltekens uit verzameling museum Frerikshoos te Aalten. (tekening auteur) bij huis nr. 26 zelfs nog voorzien van kleine houten roeden. Dinxperlo Dit plaatsje bezit in het monumentale huis Markt IO (naast het jonge gemeentehuis) het interessantste dorpsboerderijtype van de zuidelijke Graafschap. Het huis da teerde qua kem uit 1623, en werd (blijkens een jaartalsteen) in 1766 verbouwd. Nog steeds is hier een prachtige schouw te bewonderen met blauwe landschapste gels uit Friesland. Een foto uit de jaren '20 toont nog het oude 'nienende' (bedrijfsge- deelte) met houten topgevel en niendeur- boog (uit 1623). Bij verbouw in de jaren '30 werd het 'hookschot' met pannendakje ge handhaafd, evenals de houten gevel driehoek (invloed van het Welstandstoe zicht). Museum Frerikshuus Een aangename verrassing is het boei ende streekmuseum Markt 14 in het oude Graafschapse stadje Aalten, gevestigd in een statig middengangtype met schilddak van pannen, T-vormige plattegrond, met achter een houten topgevel. Daarin zijn duivegaten uitgezaagd, met uitspringende vliegplankjes. Niet iedereen mocht duiven houden, alleen deftige mensen! Naar het nabije Nederrijnse en Munsterlandse ge bied wijst ook een druk besneden kist (schubomament), waarschijnlijk stam mend uit de omstreken van Bocholt. Houten topgevels bezitten geveltekens De directeur van het museum, de heer J.W.M. Bouwman, wordt technisch geassis teerd door de ras-Achterhoeker Mateman (in de verte familie van het kamerlid). Hij wees mij op fraaie geveltekens uit de re gio Aalten in de museumverzameling (de pót). Het eerste exemplaar wordt boven bekroond door een driespuit, met daaron der een Lodewijk XV7-vaasmotief. Een tweede voorbeeld bezit een levensboom motief, met daaronder hart en open zonne wiel. Dan is er nog een oud gevelteken (ook laat-19de-eeuws), wat speelser qua vormgeving. Ontspruitend uit een openge werkte vaas is daar een slank levens boompje toegepast, met onder de nok een hangend stermotief (ajour). Een reisje naar de zuidelijke Graafschap biedt veel onontdekte verrassingen. Men dient dan ook zeker nog de boeiend inge richte Frederiksschure te bezichtigen, met binnen: een rad- en klompenmakerij, en een oude woonkeuken met inrichting en blauwe wanden (tegen de vliegen). Literatuur H. Hagens; Molens, mulders, meesters. Negen eeuwen watermolens in Twente en de Gelderse Achterhoek, Hengelo (O.), 1979. E. Jans, L. van Prooije; W. Scholz e.a., Oude boerderijen in Achterhoek en Liemers, En schede 1983, vgl. met name kaart houten topgevel p.36. J. Jans en E.Jans; Gevel- en stiepeltekens in Oost-Nederland, Enschede 1974. J. Schepers; Haus und Hof deutscher Bau- em, Westfalen-Lippe, Münster 1960. A. Zippelius; Das Bauemhaus am unteren deutschen Niederrhein, Wuppert 1957. Heemschut, april 1990 31

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1990 | | pagina 31