De grote verkeerswegen in
de negentiende eeuw
OUDE RIJKSSTRAATWEGEN
J. A. HENDRIKX
Monumentale eiken gaven rijksstraatwegen herkenbaarheid
Verkeerswegen ontstaan in het algemeen pas in menselijke samenlevingen, die door
een bepaalde graad van organisatie en cultuur behoefte krijgen aan communicatie
over grote afstanden. In eerste instantie lenen de rivieren als natuurlijk gegeven
zich hiertoe het best; via schepen kan betrekkelijk veel vracht worden meege
nomen en in oorsprong zijn ze veiliger en overzichtelijker dan wegen over land.
Geen wonder, dat grote rivieren als de Rijn en de Maas vanaf de prehistorie
de grote verkeersaders van ons land waren en nieuwe invloeden aanvanke-
lijk meestal langs het water tot ons kwamen. Ook was het logisch, dat
daardoor vanouds bijna alle steden en kastelen in ons land nabij de
grote en middelgrote rivieren ontstonden, waarlangs handel en
verkeer, al of niet belemmerd door politieke strijd en tolbarrières,
zich konden ontwikkelen. Pas in een veel later stadium en
doorgaans om militaire redenen, ontstaan grotere verkeers
wegen over land en nog veel later, wanneer technische
middelen een hoge vlucht hebben genomen, ontstaan
kunstmatige waterwegen en spoorwegen.
De ontwikkeling in de 19e eeuw
Op nationaal niveau ontbrak een samen
hangend stelsel van wegen. De locale ver
bindingen werden niet altijd even goed
onderhouden en waren gedurende be
paalde perioden vaak zelfs onbruikbaar
en onveilig. Er waren ook andere bezwa
ren: vergeleken met het vervoer over wa
ter bood het reizen weinig comfort en de
kosten waren hoog. De verdeeldheid van
de Verenigde Nederlanden in de 17de en
18 de eeuw vormden echter een onover
komelijke barrière: de Staten-Generaal on
dernamen geen initatief en de gewesten
onderling waren verdeeld.
Van de locale verbindingen, die rond
1800 reeds bestraat waren, bestonden de
meeste uit verbindingen van steden met
omringende plaatsen. Voorbeelden zijn
straatwegen van 's-Gravenhage naar Loos
duinen, Scheveningen, Voorburgen Delft,
van Amsterdam naar Amstelveen en Ou-
dekerken van Utrecht naar Zeist. Er be
stonden ook enkele verbindingsschakels
tussen steden onderling: die tussen Gouda
en Rotterdam en tussen Hoorn en Enkhui
zen vormden zelfs schakels in het omvang
rijke netwerk van trekvaarten.
De bestrate weggedeelten waren het re
sultaat van particulier of stedelijk initatief,
met passieve medewerking van de Staten-
Generaal, de Raad van State of de gewes
telijke colleges, die octrooi verleenden.
Weliswaar bestonden er plannen voor
aanleg van langere bestrate wegen, maar
die werden nergens volledig uitgevoerd
door onderlinge bestuurlijke naijver of
vanwege gevreesde concurrentie met het
vervoer over water.
Toch kan het initatief voor de aanleg van
een verharde verkeersweg van 's-Herto-
genbosch naar Luik als de eerste poging
worden gezien voor de aanleg van een
grote, bovenlocale verbinding. Door de
sluiting van de Schelde in 1648 had zich
geleidelijk in Breda en 's-Hertogenbosch
een bloeiende handel ontwikkeld tussen
de Republiek, het Prins-bisdom Luiken de
M.M«IOwrg
wegen sangetegd en vemard
«O 1795
tussen 1795
tussen 1815 en
1840
Wegen aangelegd en
verhard in opeen
volgende perioden.
Oostenrijkse Nederlanden. Doordat de
Maas gebrekkig bevaarbaar was en de
Dommel slechts zeer beperkte mogelijk
heden bood (er was destijds sprake van
enige scheepvaart), moest een groot deel
van het handelsvervoer over land plaats
vinden. De bestaande routes over land
schoten tekort; ze waren te bochtig en de
organisatie van het onderhoud van de me
rendeels onverharde tracés was te ver
snipperd en te omslachtig.
Keiweg
Zo groeide rond 1710 op initiatief van
's-Hertogenbosch het plan voor een ge
deeltelijk nieuw aan te leggen keiweg van
's-Hertogenbosch naar Luik. Het Prins-bis
dom had hier veel belang bij, omdat de
route voor een groot deel in haar gebied
zou lopen, zonder de Oostenrijkse Neder
landen aan te doen. Na bereikte overeen
stemming tussen de Staten-Generaal en
het Prins-bisdom begon 's-Hertogenbosch
in 1741 met het traject via Vught en Boxtel
naar Besf met keien, die in de Oostenrijkse
Nederlanden werden betrokken. Deze
laatste hielden met de levering in 1742 op,
toen ze merkten, dat de handelsweg hun
gebied vermeed. Vanuit Luik was men in
tussen ook met de aanleg gestart, waarvan
in 1791 het gedeelte Lommel-Borkel ge
reed kwam en in 1797 het gedeelte Eind-
hovert-Stratum. Gedurende de Bataafse
Republiek van 1802 tot 1806 werd het ge
deelte Best-Eindhoven afgewerkt en pas
tijdens Koning Willem /kwam het sluitstuk
Borkel-Valkenswaard-Stratum gereed.
Routes impériales
Zo kreeg het oorspronkelijke Bossche ini
tatief pas in de 19de eeuw onder centraal
gezag haar voltooiing. Napoleon heeft met
de aanleg van deze weg dus geen bemoei
enis gehad, hoewel hij er in zijn rijk om
militaire redenen wel veel aandacht aan
heeft besteed. Reeds Lodewijk Napoleon
kwam op het nationaal niveau met aanzet
ten voor de aanleg van bestrate wegen,
hetgeen enkele langere trajecten ople
verde, zoals de routes Den Haag-Haarlem
en Utrecht-Apeldoom. Na de inlijving bij
Frankrijk werden bij KeizerUjk Decreet
van 1810 enkele 'routes impériales'inge
steld, die een betere integratie van het pas
ingelijfde gebied met het keizerrijk tot
stand moesten brengen. Daarbij kwamen
de kosten van verbetering en onderhoud
ten laste van het keizerrijk en niet meer
van de lagere bestuurlijke instellingen.
Ook werd opdracht verstrekt voor nieuwe
verbindingen: Antwerpen via Breda naar
Amsterdam-, een 'Route II classe' takte af
van Breda naar Nijmegen over Dongen,
Loon op Zand, 's-Hertogenbosch en Grave
en 'Route III classe'omvatte het plan voor
twee wegen:
- Antwerpen-Haarlem over Bergen op
Zoom, Steenbergen en Willemstad;
- voortzetting van de route Luik-'s-Hertho-
genbosch naar Utrecht.
Verder waren er nog 'Routes Départemen-
tales', die van Turnhout naar Breda en van
Breda naar Bergen op Zoom. Tijdens Na
poleon is men alleen toegekomen aan uit
voering van de Straatweg Antwerpen-
Breda en een begin van aanleg en bestra
ting van de route Breda-Steenwijk.
Willem I heeft na 1813 de plannen van de
verdreven keizer met grote voortvarend
heid uitgewerkt. Er werden plannen ge
maakt voor een alomvattend netwerk van
hoofdwegen. Voor financiering daarvan
30
Heemschut, nov.-dec. 1989