'Bulldozer staat geenszins klaar1 MONUMENTENBELEID B. en W. van Amersfoort in reactie op artikel in Heemschut: Het college van B. en W. van Amersfoort heeft ons geschreven pijnlijk getroffen te zijn door het artikel in het mei/juni-nummer van Heemschut onder de kop 'Bulldozer staat klaar in Amersfoort'. Graag bieden we het college de gelegenheid tot commentaar op het sterk opiniërende artikel van ons lid Rob Lureman, dat hij overigens geheel op persoon lijke titel schreef. Plaatsing van dit soort bijdragen betekent niet, dat onze Vereniging inhoud en opinie zelf voor haar rekening neemt. De zelfstandig functionerende redactie wil door het opnemen van bijdragen als deze de discussie stimuleren onder al diegenen, wie het culturele erfgoed ter harte gaat. We vroegen daarom auteur Lureman zelf weer te reageren op het commentaar van B. en W. Ook dit commentaar is weer voor eigen rekening van de auteur. Hieronder komt eerste het college van B. en W. aan het woord. 'Het is zeker juist, dat in de komende jaren in het stadsgebied tussen het station en de historische binnenstad en het direct daar aan grenzende vroegere industrieterrein ten noorden daarvan, ingrijpende veran deringen zullen plaatsvinden', zo schrijven B. en W. Onjuist is volgens het college 'het over grote deel' aan informatie zoals dat is neer geschreven in het artikel 'Bulldozer staat klaar in Amersfoort'. Hieronder de correc ties die het wil aanbrengen plus een reac tie van de auteur. "Wellicht zal de Amersfoortse gemeente raad in haar vergadering van januari 1990 zich uitspreken over de herziening van het bestemmingsplan voor het betreffende ge bied', aldus de brief van het college, dat wij verder aan het woord laten. 'De ambitieuze opzet daarvan kan niet worden ontkend. Een rondwandeling door dit gedeelte van de stad maakt duidelijk dat alleen een plan met de nodige samen hang hier een oplossing kan bieden. Vanzelfsprekend is afbraak van zekere bebouwing daarbij onontkoombaar. Mo numenten, zowel van de rijks- als de ge meentelijke lijst, beschermde stadsgezich ten en waardevolle ensembles blijven daar echter buiten. De overige gebouwen zul len, na zorgvuldige afweging, en wat be langrijker is, na een afzonderlijk per pand uit te voeren motivering, pas kunnen wor den afgebroken. 'De Bulldozer staat' dan ook geenszins 'klaar'! Station Van het stationsgebouw van Margadant onderkennen ook wij de architectuurhisto rische betekenis. Niet behorend tot de al lerkostbaarste juwelen zijn we deson danks van mening dat het Amersfoortse NS-station bijzonder karakteristiek is. De afweging van monumentale waarden van spoorwegstations heeft zich echter reeds in 1973 ontwikkeld in een overleg tussen de Rijksdienst voor de Monumen tenzorgen de directie van de Nederlandse Spoorwegen. In die periode werd bewust gekozen vóór het plaatsen van het stationsgebouw van de Nederlandsche Centraal Spoorweg Maatschappij (architect Mc. J. Kamper- dijk), en het niet plaatsen van het station van Margadant op de Rijksmonumenten lijst. Vrij spoedig daarna zijn de gesprekken tussen de Nederlandse Spoorwegen en ons college op gang gekomen. Deze zou den leiden tot de plannen en een nieuw gebruiksprogramma voor het Amers foortse hoofdstation, het busstation en het stationsplein. Bindende afspraken waren daarvan het gevolg. Hoezeer de monu mentale waarde van het complex thans ook wordt onderschreven, de gemeente is niet meer in de positie om de plannen te doen herzien. De situatie van het hoekpand Stations- straat/Regentesselaan zal niet als voor vorm van winkels en gemeenschappelijke voorzieningen, cultuur en dienstverlening. Met de uitvoering van het plan is inder daad naar schatting een bedrag van 1,6 miljard gulden gemoeid. Daarbij moet evenwel worden bedacht dat deze uitgave een totale omzet inhoudt van voorberei- den, bouwen, inrichten en afwerken, geza menlijk te financieren door de overheid en het bedrijfsleven en dan nog over een pe riode van twaalf a vijftien jaar! Het is duidelijk dat voor het bijeenbrengen van de benodigde gelden een beroep op de rijksoverheid wordt gedaan, een ge bruikelijke gang van zaken waarvan de noodzaak door het rijk wordt erkend. De gesprekken hierover, gebaseerd op prin cipetoezeggingen, vorderen. Geen tweede stadshart Dat Amersfoort een tweede stadshart zal krijgen is onjuist. De aanvullende functies waarover hierboven al werd gesproken, zullen echter worden gerealiseerd buiten het historisch belangrijke gedeelte van het! centrum, zonder het échte stadshart one venwichtig te belasten. Dit oude stadsdeel zal, als vast en niet weg te cijferen onder deel van de groeistadontwikkelingen, vooral in kwalitatieve zin groeien. Met het specifiek aanpassen, maar vooral met de herstellingen, restauraties en de verbete ringen van het openbare gebied zal dan Mooi voorbeeld van nieuwbouw in de jaren '50 die goed aansluit op de historische omgeving. beeld gelden voor de uitgangspunten en de aanpak van het ontwikkelingsgebied. Dit pand vormt zelfs geen onderdeel van de OCA-plannen. De mededeling over dit pand berust op een kennelijke vergissing. Het ligt niet in de bedoeling bestaande his torisch waardevolle bebouwing te bruske- ren met een reeks van stedebouwkundige conflicten. De cijfers rond het onderwerp groeistad zijn juist. Zij geven ook een beeld van de omvang van de inspanningen om dit pro ces op een evenwichtige manier te ver werkelijken. Dit houdt in, dat niet kan wor den volstaan met het alleen maar bouwen van woningen in de buitengebieden, maar dat ook moet worden gezorgd voor een versterking van de werkgelegenheid en een typische centrumfunctie. Deze in de ook onverminderd worden doorgegaan. Terugkerend naar het plangebied, de mo numenten-inventarisatie van de jongere bouwkunst heeft duidelijk gemaakt dat, voordat ook maar de eerste tekenen van het ontwikkelingsplan naar voren kwa men, de werkelijke monumentale waarden j van bescheiden aard zijn. Niettemin voor ziet het plan in het laten voortbestaan van de monumentale gebouwen en ensembles.1 In tegenstelling tot wat in het artikel wordt beweerd, blijven zowel het historische stratenpatroon als de niveauverschillen gehandhaafd. De voorgestelde situatie rond de Eem- haven is anders dan in het artikel is be schreven. Aan de historische waarden van de op ons initiatief in 1982 gerestaureerde korenschuur op de kade zal op een pas- 38 Heemschut, sept.-okt. 1989

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1989 | | pagina 38