'Breda, vooruit...' ■1 MONUMENTENBELEID Cultuur legde het loodje bij sterke nadruk op economisch belang maar kentering op komst D.J. MERHOTTEIN Breda is, volgens het refrein van haar volkshed, de parel van het zuiden, een stad met vele schitterende monumenten. Maar aldus datzelfde refrein wil Breda ook vooruit, waar door met name een aantal monumenten in de verdrukking komt. Breda is evenwel Breda niet, a/s zij zelf niet de - nood - klokken luidt en tot een oplossing van de problematiek tracht te komen. Breda ontstond in de vroege middeleeu wen als vissers- en handels(?)stad, ge sticht wellicht in de negende eeuw door Vikingen bij de samenstroming van Mark en Aa, op de hoogte van het huidige monu ment, het Spanjaardsgat. Toentertijd zou in deze omgeving reeds een kasteelachtige versterking zijn opgericht. Vanuit deze nederzetting groeit in de loop van de eeuwen een economisch steeds belangrijker centrum, met als uiteindelijke vorm in de late middeleeuwen het 'eitje', een bij oude brabantse steden veelvuldig voorkomende ronde vorm van een stad rond markt en kerk. Recent archeologisch onderzoek heeft reeds vroeg grote bedrij vigheid aangetoond, als leerlooierijen, naast ook boerderijen. In de dertiende eeuw krijgt Breda stads rechten en in 1351 verkoopt de Hertog van Brabant Breda aan het hollandse adellijke geslacht Van Polanen. De heren Van Pola- nen ommuren met een drietal poorten het eitje, dat wellicht tevoren reeds omgeven was met enige omwalling. Vanuit deze drie poorten groeien vervolgens een drietal voorsteden, buitensteden, de huidige Gin- nekenstraat, de Haagdijken de Bosch straat. Nadat Breda door vererving in bezit is gekomen van de Nassau's wordt Breda met name onder leiding van Graaf Hendrik III van Nassau verfraaid, terwijl ook het be lang van de stad in Brabant en Nederland toeneemt. De Grote Kerk, rijksmonument - afge bouwd half vijftiende eeuw, met uitzonde ring van de toren, die rond 1500 naar een ontwerp van de bouwmeester Keldermans was ontworpen, goeddeels gereed komt - wordt eind van de middeleeuwen een be langrijke bedevaartsplaats, waardoor de centrum functie van Breda nog meer wordt verstevigd. Het middeleeuwse kasteel, woonplaats van de heren van Breda, waar thans de KMA is gevestigd, wordt omgebouwd tot voor Nederland een uniek renaissance kasteel. Door de Nassau's wordt vervol gens rondom het 'eitje', kasteel en de drie buitensteden een nieuwe omwalling aan gelegd. Met name binnen het 'eitje' verrij zen in de loop der eeuwen voorts nog vele stadspaleizen, waarvan enige overgeble ven paleizen nog heden ten dage het beeld van verschillende straten bepalen, zoals onder meer het HuisBrecht. Vestingstad Als gevolg van de Tachtigjarige Oorlog wordt Breda van groot militair belang aan de grens van de republiek. Onder leiding van Prins Maurits en zijn adviseurs, waar onder Menno van Coehoom, wordt Breda omgevormd tot een practisch onneembare vesting met een uitgebreid stelsel van lu netten en grachten, met een oppervlakte, welke de huidige binnenstad ruim omvat. Door dit verdedigingsstelsel is het voor Breda echter lang niet meer mogelijk ge weest buiten de vesten uit te breiden. Tot 1870, toen Breda ophield officieel vesting stad te zijn, was het verboden binnen een straal van vele kilometers van de vesting werken stenen gebouwen op te richten. Sloop vestingwerken Na 1870 is al snel met de sloop van alle vestingwerken begonnen, inclusief de vier poorten, waardoor thans niets meer in Breda aan deze vestingwerken herinnert behalve enkele straatnamen. Rond de cenhage aan Breda toegevoegd, waarna in 1941 de beide kernen van deze gemeentes goeddeels opgaan in Breda. In het kader van dit artikel kan helaas verder geen aan dacht aan deze kernen besteed worden, hoewel mutatis mutandis hetzelfde geldt voor deze kemen als voor de binnenstad ten aanzien van het monumenten beleid. Na de Tweede Wereldoorlog wordt Breda nadrukkelijk het economisch centrum van zuid-west Nederland. Breda moet in de ja ren vijftig dan ook uiterlijk opgestoten worden in de vaart der volkeren. Zo be stonden er op bestuurlijk niveau zelfs plan nen tot ondertunnelling van de gehele bin nenstad voor het verkeer van Tilburg naar Rotterdam. Haven dichtgegooid Deze plannen worden echter wel in afge slankte vorm gerealiseerd. Een grote doorbraak vindt plaats op het 0 van Coothplein, in het zuiden van de stad, terwijl de Haven, het voor oude Bredana- ren meest schilderachtige gedeelte van de binnenstad, met vele monumenten langs de kade, wordt dichtgegooid, evenals de oude loop van de Mark, de huidige Mar- kendaalseweg. Ook het kerkelijk monu mentale gezicht is met name na de Tweede Wereldoorlog zeer snel veran- De Haven voor de demping. oude stad wordt dan vervolgens een sin gel gegraven, welke thans nog de grens van de binnenstad bepaalt. De economi sche groei, die ernstig gestagneerd was na de tachtigjarige oorlog, krijgt Breda in zijn greep en Breda groeit van inwonertal van ongeveer 10.000 inwoners in 1870 tot ongeveer 40.000 in de dertiger jaren en tot ruim 120.000 thans. Eind vorige eeuw wordt in het zuiden van de stad op de oude vestingwerken onder leiding van de Haarlemse tuinarchitect Zo- cher het Wilhelminapark aangelegd. Dan wordt ook begonnen met de uitbouw van de oude stad, met onder meer de aanleg van de - over toen nog het grondgebied van vier gemeentes lopende - Baronie laan, de monumentale laan van de stad naar het Mastbos. In het begin van deze eeuw worden al de len van de gemeentes Ginneken en Prin- derd. Beeldbepalende kerken, zoals de - bouwvallige - kathedraal aan de Haven, de Ginnekenstraatkerk, de Kerk aan de Terheijdenseweg zijn gesloopt. Veel gesloopt De kerk aan de Baronielaan, beeldbepa lend voor deze laan en monumentwaardig volgens de MAR, dreigt door het bisdom verkocht te worden om vervolgens ook weer gesloopt te worden om economische redenen. Veel monumenten zijn met name de afgelopen eeuw in Breda, soms met grote voortvarendheid, gesloopt en zijn middeleeuwse straatlopen in de binnen stad verdwenen, uit enkel economisch be lang. Zo zijn de afgelopen jaren ook een aanal monumenten gesloopt, als hotel 'La Cou- ronne', de Kroon, een rijksmonument, de zestiende eeuwse herberg 'de Prins-Car- 28 Heemschut, sept.-okt. 1989

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1989 | | pagina 28