i Beeldplaitnen nodig de vormenrijkdom en de belevingswaarde die een historisch gegroeide stad kenmer ken. De bijgaande foto's geven enkele voorbeelden die naar onze mening daar aan voldoen, hetgeen niet wil zeggen dat ze dan ook geen stof hebben doen op waaien. Dictatuur van het pannen-dak Misschien hebben juist de ontwikkelingen in de tweede helft van onze eeuw bijge dragen aan de mildere verhouding tussen oud en 'eigentijds'. De eerste helft van de twintigste eeuw, de tijd waarin allerlei vor men van het Nieuwe Bouwen in opkomst waren, was wellicht teveel doortrokken van de kruitdamp die nu eenmaal gepaard gaat met revolutie. Het dogmatisme van die tijd heeft plaats gemaakt voor interpre taties van de nieuwe uitgangspunten van toen die ruimere toepassingsmogelijkhe den bieden. Zo kon men in een vrij recent verleden nog de kreet 'de dictatuur van het pannen-dak' hier en daar horen. Maar naast alle kneuterigheid die de lucht in de jaren zeventig heeft doen be trekken, is in die tijd het besef ontstaan dat een kap niet alleen geschikt is om hooi in op te slaan, maar aanleiding kan zijn tot interessante ruimtevormen. Waar een stads- of dorpsbeeld sterk wordt bepaald door kappen, is het daarom niet meer no dig om te kiezen voor traditionalistisch bouwen. Waar de omgeving vraagt om toepassing van een kap voor een invulling, heeft ook de huidige architectuur antwoor den. En het landschap dat in de jaren zes tig werd vlak geschoven onder de bulldo zers om het aan te passen aan het teken bord waarop het stedebouwkundig plan werd getekend, omdat het 'plan' niet was ingesteld op bestaande strukturen, bleek tien jaar later uitgangspunt te kunnen wor den voor de eigen identiteit van een buurt. Dat die identiteit nadien weer werd ver borgen onder spoorbielzen en verkeers drempels, en dat de structuur van het land schap weer teniet werd gedaan door een wirwar van kronkelstraatjes, is niet de fout van het uitgangspunt maar het gevolg van Invulling van de wand in de Molenstraat in Den Bosch (architect J. Huijbregts). een wat onmatige reactie op de dominante steriliteit van de jaren zestig. Waar de verscheidenheid van vormen zo kenmerkend is voor gebieden die hun rijkdom ontlenen aan de invloed van de geschiedenis, is de inbreng van vakkennis bij alle betrokkenen belangrijker dan waar ook. Die betrokkenen zijn op de eerste plaats de gemeentebesturen, die aan de hand van beeldplannen een samenhangend be leid zullen moeten voeren dat bijdraagt aan de verscheidenheid in de eenheid en daarbij ruimte biedt aan nieuwe ontwikke lingen in de architectuur. Aan het tot stand komen van die beeldplannen zullen daarom, behalve deskundigen op het ter rein van de historische disciplines, ont werpers hun bijdragen moeten leveren. Ontwerpers met hun opdrachtgevers en de welstandscommissies die de plannen van een zorgwekkende tegenstelling van meningen - een tegenstelling die ook tot uiting komt binnen Heemschut - veel aan dacht moeten worden besteed aan het we derzijds elkaar verstaan van al degenen die geloven in de culturele betekenis van de gebouwde omgeving. Welstandscommissies En de welstandscommissies moeten niet worden opgeheven, zoals sommigen in een recent verleden verkondigden, maar moeten krijgen de kans om, zoals ze zelf ook willen, te functioneren zoals dat be hoort: - adviserend ten aanzien van de gehele gebouwde omgeving, met inbegrip van monumenten en beschermde gezichten, van niet-beschermde maar wel bescher- menswaardige gebouwen als woonhuizen of boerderijen; - daartoe voldoende geëquipeerd door dat de juiste deskundigheid binnen de be- slr^ Venbroek te Hapert: omdat het Kempisch dorp Hapert is gekarakteriseerd door grote kappen is ook voor dit wijkje daarvoor gekozen. De kappen werden ook aanleiding voor de ruimtelijke ontwikkeling in de woning. Aanwezige landschappelijke elementen (niveau-verschillen, wa terloop) bepaalden voor groot deel de vorm van de buurt. (1973, architect H. Strijbos, landschapsarchitect A. van den Eerenbeemt, uitvoerend architect S. Maas). moeten toetsen, kunnen daarmee hun bij dragen leveren om de specifieke waarden van een gebied te beschermen. Maar doordat die beeldplannen helaas nog bijna overal ontbreken, kan het gebeuren dat gemeentebesturen geschokt reageren op het bericht van een zorgvuldig en gewe tensvol opererende welstandscommissie, die vanuit haar vakkennis en eigen verant woordelijkheid, een positief advies uit brengt over een plan dat men te 'modem' vindt voor een bepaalde omgeving. In principe kan het te 'modem'zijn, dus het tijdsbeeld dat er uit spreekt, niet de oor zaak zijn van het niet-passen. En boven dien zullen, daar waar een samenhangend beleid wordt gevoerd, verrassingen be spreekbaar zijn. Juist omdat de vakwereld in de huidige situatie zo'n grote inbreng heeft, zal ener zijds die vakwereld in de opleiding van architecten veel aandacht moeten beste den aan het samenspel tussen bestaande omgeving en nieuwe initiatieven en ander zijds zal, waar tussen betrokken leken en de vakwereld in dit opzicht vaak sprake is oordelende commissies is verzekerd; - op basis van een doordacht beeldplan, waarvan niet wordt afgeweken zolang niet blijkt dat het niet deugt; - als open instituten waarnaar wordt ge luisterd omdat ze een belangrijke maat schappelijke rol te vervullen hebben, in samenspraak met de maatschappij die ze proberen te dienen en waarvan ze zelf deel uitmaken. Instituten die zich inzetten voor het be schermen van het culturele erfgoed in de gebouwde omgeving, waaronder Heem schut, kunnen, behalve dat ze zoals nu het overheidsbeleid kritisch volgen, hun bij drage leveren in de werkgroepen die beeldplannen voorbereiden en misschien ook in de welstandscommissies, zonder daarnaast nog eigen beoordelingsinstitu ten te koesteren, die immers versnippe ring van de zorg voor de gebouwde omge ving teweegbrengen. Heiman Strijbos is technisch adviseur van de Provinciale Commissie van Heemschut in Noord-Brabant Heemschut, sept.-okt. 1989 21

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1989 | | pagina 21