Bezoekerscentra in steden? L i Bond Heemschut Antwoordnr. 3808 1000 PB Amsterdam gade toelieten. Kelder en rechter-zijgevel werden be houden en de overige delen herbouwd. De achterentree en binnenzijde zouden niet vanuit de historische invalshoek behan deld worden. De reactie van gemeente en met name de heemkundige kring waren enthousiast. De benodigde vergunningen werden vlot afgegeven. Twee werelden Het resultaat analyserend zijn twee werel den zichtbaar geworden. Enerzijds de bui tenzijde aan het openbaar gebied, histo risch van uitdrukking en zeer aanspreek baar voor velen. Anderzijds geven achter entree en binnenzijde het spanningsveld weer tussen historisch geïnspireerde en actuele werkelijkheid. De buitenzijde is herbouwd met van el ders komende oude stenen, de ramen hebben een symmetrische plaatsing ge kregen in het voorgevelvlak, bepaald van uit het programma van eisen. De midden stijl van de Empire-ramen is wat smal, de voegkleur, en -breedte is niet historisch juist. Maar de jaartalankers, de pannen, de morfologie en de gedetailleerdheid van diverse onderdelen zijn authentiek en roe pen de sfeer van de oude plek weer op. Zo kunnen details onderhevig zijn aan kritiek want echt ambachtelijke details, au thentiek vakmanschap en deskundig da gelijks toezicht is (te) kostbaar. Interieur en programma van eisen lieten zich niet in een historisch keurslijf dwin gen. Het interieur spreekt de taal van nu en draagt dus ook het beeld van nu. De voorzijde van het gebouw functio neert als wand in een stedelijke setting en heeft het uiterlijk meer ontleend aan de stedelijke context dan aan het interieure programma van eisen. Mixture geeft spanning Het beeld aan de voorzijde weerspiegelt niet meer de functie die het gebouw nu bezit. De vraag kan zijn of dit niet het lot is van alle monumenten, waarvoor nieuwe gebruiksmogelijkheden worden gezocht en die toch op een zo puur mogelijke ma nier worden herbouwd c.q. gerestaureerd. De gekozen ontwerpbenadering aan de achterzijde en binnenzijde is m.i. bruik baarder dan een benadering die alleen historische waarden centraal stelt. In de benadering die een mixture mogelijk maakt van oude en hedendaagse stijlmid delen zit een spanning die het voor een architect mogelijk maakt vanuit zijn eigen vorm- en waardegevoel te reageren op het historische gegeven. Het zichtbaar maken van zo'n spanningsveld levert verrassin gen en nieuwe realiteiten op. Uit het voorafgaande blijkt dat dit pro ject in een aantal opzichten exemplarisch is voor de wijze waarop op zichzelf goed bedoelde initiatieven, regelingen en subsi dies, binnen het monumentenbeleid toch een ad-hoc achtige uitwerking krijgen. Het ware wenselijk dat procedures kor ter maar inhoudelijk meer uitgediept zou den worden. Dit zou een verhoging van de slagvaardigheid tot gevolg kunnen heb ben die ook leidt tot financiële winst t.o.v. langlopende processen en vaak hieraan gekoppeld een verhes aan enthousiasme van partijen. In dit geval heeft het gebouw een schoonheidsbehandeling ondergaan; face-lifting op zich is een moderne aktivi- teit, maar het verhult de ware aard en sta tus van de bouwkundige grijsaard. J. T. M. van Griensven is architect BI en BNA en werkt bij architectenbureau Sleen- holen Van Griensven te Sint-Oedenrode. Hij schreef dit artikel geheel op persoon- lijke titel. BERTFRANSSEN Den Bosch enthousiast over plan historie 'in één oogopslag' te presenteren. Mensen komen in een stad die ze niet kennen en denken: wat is hier te beleven? Monumentenliefhebbers kunnen bij de VW terecht, maar komen daar maar al te vaak niet aan hun trekken. Dat is de reden dan de Nationale Contactcommissie Monumenten- j bescherming bij gemeenten is gaan pleiten voor het oprichten van bezoekerscentra met informatie over de stad. Directeur Van Brederode van de NCM legt uit: 'Het idee is als volgt. Als je in een stad komt kun je natuurlijk naar de VW stap pen om folders te halen en te vragen wat er te beleven is. Maar dan hangt het heel sterk van de mensen achter de balie af of zij een verhaal over de stad kunnen vertel len. Je moet het wel net treffen of ze er iets van af weten of er interesse voor hebben. Bovendien komt het allemaal wat abstract over. Ons idee is dat een gemeente een kleine expositie maakt waarbij je in een kwartiertje een overzicht krijgt van wat er in de stad te beleven is, welke monumen ten open zijn, welke wandelingen je kunt maken, welke musea er zijn en waar je nog meer informatie kunt halen. Een wervende Heemschut Vereniging tot bescherming van cultuurmonumenten in Nederland bon uitknippen en in enveloppe zonder postzegel opsturen naar; presentatie van de historie van een stad, dorp of streek, zoals je in Engeland wel ziet, maar niet in Nederland. Wel kennen we bezoekerscentra van Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten die een soort start punt zijn voor een bezoek aan een bepaald landgoed of bosgebied en waar je ook in een nutshell een overzicht krijgt van wat er in dat gebied te beleven is, hoe het is ont staan, hoe oud het is, wat er aan cultuur historische zaken is, waar leuke wandel routes lopen, welke literatuur er bestaat, en welke wandelkaarten je kunt krijgen. Zoiets zou ook aardig zijn voor stedelijke centra. Voor mensen die in een stad ko men die ze niet kennen en denken: wat is hier te beleven?' Het idee van een bezoekerscentrum is in eerste instantie gelanceerd door Quirine den Oudsten. Zij liep in het kader van haar opleiding een stage bij de NCM, schreef uiteindelijk een rapport over het fenomeen bezoekerscentra. De NCM benaderde verschillende ge meenten met het nieuwe idee. Onder an dere Deventer en Den Bosch. De laatste I stad reageerde nogal enthousiast, men was toevallig met een promotiecampagne; bezig. Den Bosch studeert nog steeds, zo als zo vaak vormen de financiën een voor-j lopig struikelblok. De NCM echter gaat onverdroten door met initiatieven. Ze is j van plan een samenvatting van het rapport van Quirine Den Oudsten naar alle ge meenten in Nederland toe te sturen. In welke organisatorische vorm zo'n informa tiecentrum gegoten wordt zal afhangen f van de locale situatie. Van Brederode: 'De gene die zoiets opzet zou heel goed de I VW kunnen zijn. Het is zelfs mogelijk dat een VW bij de balie nog ruimte heeft voor het inrichten van een tentoonstelling met foto's en tekst en dergelijke.' Secretariaat: Korenmetershuis Nieuwezijds Kolk 28 tel. 020-225292 ledenadm.: 230994 Het aan ommezijde vermeld nieuw lid wordt opgegeven door: Naam: Adres: Postcode: Woonplaats: Geeft u dit lidmaatschap kado? Ja/Nee* s Omcirkelen wat u wenst. Postzegel niet nodig

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1989 | | pagina 18