Tweede leven voor Posthoorn JAAP KAMERLING Gevecht om behoud duurde ruim 15 jaar De restauratie van de Amsterdamse Posthoomkerkis in hoofdlijnen voltooid. Op zater dag 4 februari kon deze fraaie schepping van J.P.H. Cuypers, die ook het Rijksmuseum, het Centraal Station en talloze kerken, waaronder de Vondelkerk bouwde, feestelijk worden heropend door wethouder van Stadsvernieuwing Louis Genet. Een bekroning van meer dan 15 jaar strijd om behoud van dit gebouw dat het gezicht van de buurt zo sterk bepaalt. De Stichting De Posthoomkerk kocht het kerkgebouw in 1988 en startte direct met de restauratie o.l.v. André van Stigt. Het monumentale gebouw, dat al jaren niet meer in gebruik was voor de eredienst, kreeg een nieuwe bestemming, die een verantwoorde exploitatie garandeerde. Volgens ontwerp van de architect is nu meer dan 2000 vierkante meter ruimte ge realiseerd voor de huisvesting van instel lingen en bedrijven als een architectenbu reau en een computerbedrijf. Er is overi gens nog ruimte beschikbaar. Een groot deel van de begane grond zal een open baar karakter krijgen en worden verhuurd voor tentoonstellingen, voorstellingen, symposia, vergaderingen en dergelijke. Hechte eenheid oud en nieuw De restauratie en verbouw van de kerk is schitterend gelukt. Voor het nieuwe ge bruik was wel een aantal aanpassingen noodzakelijk. De nieuwe inwendige puien maar ook alle inbouwelementen, zoals toi letvoorzieningen, zijn visueel zoveel moge lijk los gehouden van de bestaande con structies, zelfstandig en herkenbaar. Nieuwe deuren en ramen kregen een ei gen vormgeving en een eigen kleur. Door dezelfde maatsystematiek toe te passen, die Cuypers destijds hanteerde, is er een hechte eenheid ontstaan tussen oud en nieuw. Architect van Stigt maakte verder veel gebruik van glas waardoor vrijwel niets aan ruimtelijkheid verloren ging. De bestaande galerijenstructuur bleef daar door ook zichtbaar. Net als bij de Vondel- kerk bleek ook hier weer, dat de krach tige en dominante architectuur van Cuy pers een heldere en eenduidige ingreep goed kan verdragen. De restauratie zal daarom zeker een belangrijke stimulans vormen voor de verdere ontwikkeling van hergebruik van bestaande gebouwen, zo als Heemschut al jaren bepleit, en dat nog wel op economisch verantwoorde wijze. De restauratie van de prachtige muur schilderingen die onder de oude stucla- gen in de koomissen te voorschijn kwa men, de kruiswegstaties en de apostelen moet overigens nog beginnen. Voor deze elementen en trouwens de hele ornamen tiek van de kerk is nu een restauratieplan gemaakt. De realisering hierval zal het nu al fraaie resultaat van de restauratie verder vervolmaken. Het was de voorzitter van het Stichtings bestuur mevrouw P.A. Hengeveld-Brand, die de openingsplechtigheid met veel mu ziek en diverse optredens verzorgde. Als dank voor haar persoonlijke inspanningen voor behoud en restauratie van de kerk en haar activiteiten voor Heemschut en later het Cuypers Genootschap ontving zij uit handen van wethouder Genet de zilveren medaille van de stad Amsterdam. Genet prees de prima samenwerking tussen ge meente en particulieren en was erg inge nomen met deze vorm van stadsver nieuwing, waarbij het bestaande bepalend is voor het nieuwe maar dat nieuwe toch niet historiserend is uitgewerkt. Stadsver nieuwing noemde hij een vorm van be schaving. Architect Van Stigt noemde de geres taureerde Posthoomkerk een belangrijke stedebouwkundige schakel tussen de nieuw in te richten IJ-oevers en de oude binnenstad. Hij waarschuwde voor een te grootschalige aanpak van de oevers. Am sterdam heeft met zijn historische binnen stad van zichzelf al allure genoeg. Moeizaam gevecht Behalve mevrouw Hengeveld kregen ook bestuurslid Guido Hogewoudt, André van Stigt en de vele actieve buurtbewoners, die zich inzetten voor het behoud van de kerk lof toegezwaaid. Wethouder Genet kreeg de brochure 'De Posthoorn, nieuw gebruik van een monument', uitgereikt. In dit fraai geïllustreerde boekje worden de reddingshistorie van de Posthoorn en de hobbels daarbij uitvoerig beschreven. Toen de kerk in 1963 een eeuw bestond leek haar geen lang leven meer bescho ren. Verminderd kerkbezoek bracht de RK Citykerk ertoe een aantal kerken af te stoten, waaronder de Posthoorn. In 1971 echter besloot de gemeente een werk groep in te stellen, die een plan moest op stellen voor herbestemming van de kerk en in 1973 volgde plaatsing van de Post hoorn op de Rijksmonumentenlijst. Op 18 september 1974 kondigde de Citykerk toch haar voornemen aan de Posthoorn te slopen en te vervangen door bejaarden woningen. De buurt verzette zich heftig en het jaar daarop besloot B en W dat van haar kant aan sloop geen medewerking zou worden verleend. Ook minister Van Doom van C.R.M. weigerde een sloopver gunning, waartegen de Citykerk in beroep ging. In 1976 werd de Stichting De Post hoorn opgericht, die voor de behandeling van dit beroep bij de Raad van State met een alternatief plan wilde komen. In 1980 besloot de gemeente het Posthoorn-com plex aan te kopen en in te richten als soci aal-cultureel centrum. B en W wilden ech ter de kerk 'om niet' overnemen, wat voor de Citykerk onaanvaardbaar was. Overi gens werd datzelfde jaar de kerk toch voor een bedrag van 58.300,- aan de ge meente overgedragen. Het standpunt van de gemeente om de kerk voor een gulden te willen aankopen bleek uiteindelijk voor de Raad van State aanleiding alsnog in be roep een sloopvergunning aan de City kerk te verstrekken. De strijd om het'behoud van de kerk ging echter door. Het bestemmingsplan schreef immers voor de kerk een sociaal- culturele bestemming voor. Een Stuur groep Posthoorn stelde zich vervolgens ten doel de kerk te doen 'overwinteren' door zoveel mogelijk aan achterstallig on derhoud te doen. Inmiddels had de City kerk, om aan aanschrijving door de ge meente te ontkomen, op het stadhuis een sloopvergunning aangevraagd, die echter werd geweigerd. Ook daartegen ging de Citykerk weer in beroep, waarop de be roepscommissie Bouwverordering van de gemeente in 1984 alsnog adviseerde sloop toe te staan. Op basis van het bestem mingsplan kon toen gelukkig sloop nog drie jaar worden uitgesteld en in die tijd ontwikkelde de Stuurgroep een financieel haalbaar plan, waartoe weer een stichting werd opgericht. In 1987 diende deze bij wethouder Genet een haalbaar plan in tot behoud van de kerk, waarop nog dat zelfde jaar B en W besloten hiermee ac- coord te gaan en de stichting de tijd te geven het plan verder uit te werken. Op 26 april werd de stichting formeel eigenaar van de Posthoorn en terstond startte de re- tauratie. Een met wel zeer veel moeite en inspanning bevochten onderneming, die terecht met lof werd overladen bij de offi ciële heropening van de kerk. Kantoorruimte in voorportaal en zijgalerijen (fotoJ.C. Warffemius). 34 Heemschut, maart-april 1989

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1989 | | pagina 34