Het beeldkwaliteitsplan
Loppersum
WELSTANDSZOR
Galerij Waalkens te Finsterwolde laat zien hoe binnen een bestaand schema sommige beeld
eigenschappen overgenomen worden terwijl andere vrij geïnterpreteerd zijn.
MATH BERKERS
Naar een gemeentelijk beleid ten aanzien van de beeldkwaliteit:
Tal van gemeentelijke beleidsvelden hebben direct of indirect invloed op de kwaliteit
van de vormstructuur van de gebouwde omgeving. In de ruimtelijke ordening, op basis
van het bestemmingsplan, wordt vastgelegd waar precies gebouwd mag worden. Vanuit
het stads- en dorpsvemieuwingsbeleid wordt de keuze gemaakt wat er gebouwd, ge
sloopt of gerenoveerd wordt. De monumentenzorg verleent bepaalde panden of groepen
van panden een monumentenstatus en hoopt zo hun behoud te garanderen. Het uiterlijk
van een nieuw te bouwen of te verbouwen object valt onder de verantwoordelijkheid van
de welstandszorg. Zij stelt vast of een bouwplan voldoet aan 'redehjke eisen van wel
stand'.
In haar Beeldkwaliteitsplannen, waarvan
het plan Loppersum het eerste is, tracht
Welstandszorg Groningen deze verschil
lende beleidsterreinen, voorzover ze van
invloed zijn op het uiterlijk en de situering
van de bebouwing, te bundelen. Een
beeldkwaliteitsplan bestaat enerzijds uit
een verkenning en waardering van de
beeldkwaliteit van de gebouwde omge
ving, anderzijds uit beleidsvoornemens ten
aanzien van die kwaliteit.
In het plan wordt door Welstandszorg
allereerst een poging ondernomen om de
beeldkwaliteit van de bestaande bebou
wing te definiëren. Het plan spreekt zich
niet uit over de kwaliteit van een afzonder
lijk pand, maar waardeert de gebouwde
omgeving in haar onderlinge samenhang.
De beeldkwaliteit van een straat of een
deel van een straat wordt beschreven aan
de hand van de beeldeigenschappen van
de afzonderlijke panden: de plaatsing, de
grootte, de vorm en de uitdrukking. Bij de
plaatsingseigenschappen is de dichtheid
van de bebouwing en de richting en af
stand ten opzichte van de weg van de ver
schillende panden van belang. De grootte
en vorm worden uitgedrukt in de relatieve
grootte, de geleding van plattegrond en
opbouw en de dakvorm. De verhouding
tussen de open en dichte oppervlakten
Een belangrijk hulpmiddel bij deze ana
lyse is de bijbehorende nota 'Dorpsbebou
wing in Groningen'. In deze nota zijn voor
noord-Groningen vijf categorieën van be
bouwing onderscheiden: het krimpenhuis,
het dwarshuis, de villa, Amsterdamse en
Delftse school. Met behulp van tientallen
tekeningetjes worde de verschillende va
riaties binnen deze categorieën in beeld
gebracht. Bij de beschrijving van de
beeldkwaliteit wordt steeds naar deze in
deling verwezen.
Een groep huizen, een straat of een deel
van een straat, kan onder een 'thema' ge
bracht worden op grond van bijvoorbeeld
eenzelfde plaatsing en vorm van de afzon
derlijke panden, maar ook op grond van
een kenmerkende afwisseling daarin.
Bouwmassa's die zich door plaatsing,
vorm, grootte en uitdrukking onderschei
den van de omringende bebouwing, b.v.
een school, het gemeentehuis, de kerk,
worden apart als 'niet-thema' beschreven.
Geen voorschriften maar regie
aanwijzingen
In het plan staat omschreven welke eigen
schappen van belang zijn voor de beeld
kwaliteit van een thema. Van de niet-the-
ma's, de afzonderlijke gebouwen, worden
die eigenschappen gewaardeerd die van
invloed zijn op de beeldkwaliteit van de
omgeving. Deze waardering vormt het
vertrekpunt voor een gemeentelijk beleid
ten aanzien van de beschreven beeldkwa
liteit. In het plan is voor ieder thema vast
gelegd welke beeldeigenschappen voor
behoud in aanmerking komen of waarvan
behoud wenselijk is. Maar ook wordt aan
gegeven welke eigenschappen juist ver
anderd zouden moeten worden. Deze uit
spraken hebben nadrukkelijk niet de sta
tus van voorschrift maar zijn meer een
soort regie-aanwijzingen voor de beoorde
ling van toekomstige bouwplannen.
Bankgebouw te Sauwerd: vrije interpretatie van locale bouwkunst.
van de gevels, de breedte/hoogte-verhou
ding van de ramen, het voorkomen van
dakkapellen, geprononceerde ingangs
partijen etc. en het materiaal- en kleurge
bruik worden samengevat in de uitdruk
kingseigenschappen.
In het geval van Loppersum heeft het
plan de juridische status van een raads
besluit. Het is ook heel goed denkbaar dat
het plan als toelichting in het bestem
mingsplan wordt opgenomen.
Een beeldkwaliteitsplan is in eerste in-
18 Heemschut, januari-februari 1989