hoofdgebouw van het museum) door de bezuinigingsmaatregelen van de overheid stagneert en nog een oud gebouw, dat el ders is afgebroken, in de vorm van een puinhoop op het museumterrein ligt te wachten op wederopbouw en nog niet alle panden binnen de vier begrenzende stra ten zijn verworven, geeft het complex toch reeds een goede indruk van een stuk oud wierdedorp met de uit drie eeuwen stam mende bebouwing. Het beheer en de ver volmaking van het geheel plaatst het be stuur reeds vanaf de oprichting van het museum voor schier onoplosbare proble men op het financiële vlak. Personeelskos ten worden gedeeltelijk betaald uit een door de overheid ingestelde geldelijke sti muleringsregeling; de rest moet worden betaald uit een zeer beperkt budget, even als de niet geringe energiekosten. Belas tingen op onroerend goed, verzekerings kosten en het noodzakelijke onderhoud zijn verder een waarborg voor een blij vend moeilijke financiële positie. Collectie De verzameling gebouwen bestaat uit: De voormalige openbare lagere school van Warffum, gebouwd in het midden van de 19e eeuw en verder uitgebreid tot het in 1887 de huidige grootte kreeg. Dit ge bouw zal in de toekomst het hoofdgebouw worden. Nu worden in het deel dat geres taureerd is wisseltentoonstellingen gehou den, terwijl een ingericht klaslokaal herin nert aan de vroegere functie van het ge bouw. Ook de collectie Mensonides, een verzameling terpvondsten van de eerste voorzitter en mede-oprichter van het mu- seum, is permanent in dit gebouw geëxpo seerd. De kosterij. Vanaf de middeleeuwen was dit huis de woning van de koster/ schoolmeester, terwijl ook de school in het pand gevestigd was. Het zéér oude ge bouw dat in de loop der tijd veel verbou wingen onderging, kreeg in 1884 de hui dige vorm: een deftig huis. Als museale inrichting heeft het huis ook een deftige inrichting gekregen. Een kamer in de Wil lem III - stijl uit 1880 en een andere kamer in Groninger Biedermeier uit 1830. Het achterhuis met een 16e eeuwse schouw toont een keuken uit de 19e eeuw. Het Vrouw Fransens Gasthuis stond in de stad Groningen maar moest wijken voor nieuwbouw. Het herrees op een opengevallen plek op het museumterrein. Het oorspronkelijk in 1668 gebouwde huis werd in 1768 gerenoveerd, bij welke gele genheid een fraaie gevelsteen boven de voordeur werd geplaatst. De inrichting van het gasthuis is uit de 2e helft van de 18e eeuw. De verplaatsing werd mogelijk ge maakt door een Groninger tabaksfabriek. Ook Het Schippershoes stond oorspron kelijk op een andere plaats en wel onder aan de zeedijk te Termunterzijl. Het is een dubbelkops-woning uit het midden van de 19e eeuw. De ene helft van het huis is inge richt als een zeemanswoning uit 1850, toen de kleine zeevaart in deze provincie op haar hoogtepunt was, terwijl de andere helft van de woning de geschiedenis ver haalt van de voogden van het eiland Rottu- meroog. 't Voorhoes Het Venhoes werd gebouwd rond 1790 en was oorspronkelijk een éénkamerwo ning, later werd er een voorhuis tegenaan gebouwd. Het voorhuis wordt particulier bewoond en het oude huis verbeeldt een daglonerswoning van rond 179Ó met als opvallende elementen een betegelde schouw en een weefgetouw. Het huis Markus. In 1834 liet de Joodse koopman Abraham Markus een bestaand huis verbouwen tot een dubbele woning met winkel. Als herinnering aan het Joodse leven op het Groninger platteland is het Herbouw van Casthuis op open plek van het museumterrein huis ingericht als een Joodse woning en slagerij uit omstreeks 1834. Naast Duitse en Groninger Biedermeier stijlelementen zijn typisch Joodse voorwerpen in het inte rieur aanwezig. 't Hömhoes is een eenvoudige dubbele woning uit 1909 met een inrichting in Ju gendstil en Art Deco. Bie Koboa is een arbeiderskroeg annex winkel uit het midden van de vorige eeuw. Het woongedeelte laat een eenvoudig volksinterieur zien uit omstreeks 1900. Op het terrein staan verder nog stookhut- ten en schuren. Het heeft veel moeite gekost om vooral voor de eenvoudige interieurs de meubel stukken bijeen te krijgen. Op grote schaal zijn weinig kostbare, vaak van vurehout vervaardigde, 18e en 19e eeuwse meubels vernietigd. De landbouwverzameling van het museum is een waardevolle. Het be treft werktuigen waarvan de handzame van vóór de landbouwmechanisatie een plaats zullen krijgen in de school, alsmede dat deel van de verzameling dat zicht biedt op de geschiedenis van landbouworgani satie, onderwijs en onderzoek. Kortom, het museum Het Hoogeland biedt de bezoeker een uitstekende indruk van het leven op het Groninger platteland van 1750 tot 1920. Niet minder belangrijk is dat een deel van het fraaie wierdedorp Warffum daarbij blijvend geconserveerd is. De auteur R. Wobberis secretaris van het museumbestuur van Het Hoogeland en te venslid van de provinciale commissie Groningen van Heemschut. Zijn adres: To renstraat 10 9992 TZ Huizinge. Heemschut, maart-april 1988 27

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1988 | | pagina 27