Heemschut Gelderland voor
nieuwe taak
VERENIGING
Heemschut Gelderland vraagt aandacht voor
gemeentelijk monumentenbeleid
Drie feiten bepalen het tot stand komen van dit Heemschutnummer dat geheel is gericht
op de provincie Gelderland. Het eerste is, niet toevallig in deze context, ook het meest
concrete: aan een markant voorbeeld van jongere architectuur in Nederland, het Huis
Wylerberg te Beek-Ubbergen, wordt de komende maanden in het Nijmeegs Museum
Commanderie van St. Jan een tentoonstelling gewijd. Op deze expositie staat de architec
tuur van de villa, in 1920 ontworpen door de Duitse architect Otto Bartning (1883-1959),
centraal.
Mevr. N.H. van den Broek-Laman Trip.
teleurstellend te moeten vaststellen dat er
in het ontwen) van de nieuwe Monumen
tenwet nauwelijks een taak voor de pro
vincies is weggelegd. De inspanningen die
Gelderland en andere provincies zich ge
troost hebben hadden naar mijn oordeel
op een positivere benadering van de rol
van de provincies in het ontwerp van wet
mogen rekenen.
Niettemin hoop ik dat de problemen die
zich thans voordoen bij toepassing van de
nieuwe rijksregelingen door provincies,
Rijk en gemeenten gezamenlijk worden
opgelost.
Ik noem hier ook bewust de belangrijke
rol van de gemeente.
Bij de decentralisatie van de stads- en
dorpsvemieuwing(sgelden) is gebleken
dat provincie en gemeenten in goed sa
menspel een verantwoord en zorgvuldig
beleid kunnen ontwikkelen. Eenzelfde
soort constructie op het terrein van de mo
numenten acht ik heel goed mogelijk.
Een goede zorg voor de instandhouding
van ons waardevolle erfgoed is gebaat bij
een optimale betrokkenheid van alle over
heidslagen.
Mevrouw N. H. van den Broek-Laman Trip
is Gedeputeerde voor Welzijn, w.o., Cul
tuur en Monumenten, alsmede Volkshuis
vesting en Stads- en Dorpsvernieuwing in
de provincie Gelderland.
Dit speciale Gelderland-nummer zal op
22 december om 4 uur officieel worden
aangeboden aan Gedeputeerde N.H.
van den Broek-Laman Trip. De aan
bieding vindt plaats in de koffiekamer
van het Provinciehuis te Arnhem.
Vervolgens kan worden gemeld - en de
relatie tot genoemde tentoonstelling ligt
voor de hand - dat de Provinciale Com
missie van Heemschut in Gelderland, in sa
menspraak met het Provinciebestuur, de
Gelderse Monumentenraad, de Rijksdienst
voor de Monumentenzorg en de Stichting
Nationale Contactcommissie Monumen
tenbescherming (N.C.M.), een symposium
organiseert met als thema: hoe om te gaan
in Gelderland met de jonge(re) bouw
kunst? Deze studiedag wordt gehouden op
vrijdag 4 maart 1988 in het monumentale
vroeg twintigste-eeuwse complex 'De Ref
terte Ubbergen. Een beknopte expositie
over jonge bouwkunst in Nederland: 1850-
1940, aangevuld met Gelderse voorbeel
den, maakt het programma compleet.
Symposium
Vanuit Heemschuts visie op de monu
mentenzorg ligt het voor de hand dat dit
symposium niet alleen is gericht op de
particuliere organisaties in onze provincie
die zich inzetten voor de bescherming van
het culturele erfgoed, maar dat ook ge
meentebestuurders in het algemeen en le
den van gemeentelijke monumentencom
missies in het bijzonder van harte welkom
zijn. Zij juist, omdat de inventarisatie van
de jongere bouwkunst in Gelderland, het
zogenaamde M.I.P., ook hier ter hand zal
worden genomen op termijn.
Gelderland presenteert zich met deze
aflevering van ons tijdschrift aan een naar
verwachting grote groep geïnteresseer
den in de monumentenzorg van dit gewest.
Een provincie met de omvang van Gel
derland en zijn qua indeling drie kwartie
ren, ieder met hun eigen identiteit (Velu-
we, Rivierengebied en Achterhoek-
Liemers) vormt voor onze provinciale
commissie een arbeidsintensief gebied.
Lag daarbij in het achter ons liggende de
cennium de nadruk vooral op de brand
wachtfunctie die Heemschut per traditie
vervult: het attenderen van overheid en
burgerij op ontwikkelingen in negatieve
zin als het gaat om de monumentale en
landschappelijke waarden van dit gewest,
de komende jaren willen wij ons nadruk
kelijker dan voorheen gaan richten op een
nieuwe taak. Dit met het oog op de voor de
deur staande of reeds in uitvoering geno
men decentralisatie van de monumenten
zorg van het rijk naar de gemeenten toe.
Jonge bouwkunst
Hiermee wordt bedoeld het stimuleren
van het gemeentelijke monumentenbeleid,
ook daar waar het om de jonge bouwkunst
gaat. Heemschut weet zich gesteund door
zijn leden in Gelderland. Juist op hen wil
len we een beroep doen zich beschikbaar
te stellen voor activiteiten op gemeentelijk
niveau zoals het zitting nemen in een mo
numentencommissie, waarmee de integra
tie van dè monumentenzorg in het totale
gemeentelijke beleid weer een stap dich
terbij komt.
Er is op dit terrein de afgelopen jaren
winst geboekt, dankzij vooral de inspan
ningen van het provinciebestuur en de
voormalige Gelderse Monumentencom
missie. Ere wie ere toekomt. Veel ge
meentebesturen hebben hun monumen
tenbeleid gestalte gegeven, andere wach
ten echter af of aarzelen welke richting in
te slaan. Juist op deze laatste groep Gel
derse gemeenten doet Heemschut in het
kader van deze uitgave een dringend be
roep hun verantwoordelijkheid niet langer
te schuwen.
Deze mooie provincie, zo rijk aan land-
schapsschoon en historisch gegroeide be
bouwing, vraagt om een geïntegreerd mo
numentenbeleid.
Wie bij het bepalen daarvan ook op
Heemschut een beroep wil doen vindt de
Provinciale Commissie in dit gewest aan
zijn of haar zijde. Wij schuwen het overleg
bepaald niet. Integendeel!
mr. W. W. Hopperus Buma
voorzitter provinciale commissie Heem
schut Gelderland
A.A.E.M. Gijsbers,
secretaris van de commissie
De in mei 1987 verschenen brochure van
de Vereniging Nederlandse Gemeenten
'Gemeentelijke monumentencommissies
aan het werk' is voor de Provinciale Com
missie Gelderland van Heemschut aanlei
ding geweest zich (opnieuw) tot verschil
lende gemeentebesturen in Gelderland te
wenden die nog geen (gemeentelijk) mo
numentenbeleid voeren.
In haar brief dringt de commissie aan op
een integraal monumentenbeleid. Daar
naast biedt zij aan - voor zover het binnen
haar mogelijkheden ligt - te assisteren in
zaken als het inventariseren, het in kaart
brengen en het beschrijven van objecten
die in aanmerking komen om geplaatst te
worden op de gemeentelijke monumen
tenlijst.
Voorts stelt de P.C. Gelderland de be
treffende Colleges van B en W en de ge
meenteraden voor te komen tot een ge-
dachtenwisseling over deze materie.
Inmiddels heeft een aantal gemeente
besturen positief gereageerd op het aan
bod van Heemschut. Datzelfde geldt voor
een Heemschut-vertegenwoordiging in
gemeentelijke monumentencommissies.
J.K.
4 Heemschut, november-december 1987