Vnenden van de Gelderse
Molen al bijna 25 jaar actief
Monumentencampagne
ontkend moeten worden. Met name park-
aanleg op wallen en bebouwing.'
Telde Gelderland in vroeger eeuwen honderden molens, thans is dit aantal geslonken
tot 138 wind-, waterrad- en turbinemolens, waarvan er 107 regelmatig kunnen draaien
en malen. Voorts telt de provincie nog 56 rompen van windmolens en 42 restanten van
waterradmolens, die hopelijk ooit nog eens tot leven gebracht zullen worden.
De meer dan honderd functionerende molens, die de provincie dus nu nog telt, zullen
tot elke prijs behouden moeten blijven. Hierop is het beleid van het provinciaal
bestuur gebaseerd, daarbij ondersteund door de adviezen van de Gelderse Molen
commissie en in de particuliere sfeer door de Provinciale Stichting tesamen met
regionale of plaatselijke stichtingen. Vermeld dient overigens te worden, dat ook het
rijk een actief molenbeleid kent, met o.a. een subsidieregeling voor het onderhoud
van molens.
'Abstracte' reconstructie
Toch is Abele Reitsma in de loop van zijn
onderzoek geen tegenstander van recon
structie geworden. Alleen, die zou wat be
scheidener van opzet moeten zijn: 'Gedeel
telijke reconstructie is goed als het toeris
tische betekenis heeft, maar je moet niet
gaan pretenderen, dat je de waarheid in
pacht hebt en je concentreren op een punt
waar je zo weinig mogelijk belemmerin
gen hebt van latere ontwikkelingen.' Een
reconstructie kan volgens hem een vrij
'abstract' karakter hebben. 'Je kunt de be
grenzingen van de vesting terugbrengen
met moderne middelen. Niet noodzakelijk
door middel van een wal, maar in de vorm
van beplanting, padenaanleg, lantaarnpa
len, figuren of kleurcontrasten in de be
strating, afknellen van straten.' Kortom, je
kunt zulke wijzingen in het stedelijk land
schap aanbrengen, dat je bij nadering van
Bredevoort weer een beetje het idee
krijgt, dat je een vesting binnenkomt.
Of de ambitieuze plannen van Brede-
voorts Belang ooit gestalte krijgen is de
vraag. Niet alleen vanwege bovengenoem
de beperkingen, maar ook omdat niet
iedereen er enthousiast over is. De heer
L. J. Bijsterbos, hoofd van de bouwkundige
afdeling van de gemeente Aalten bijvoor
beeld, heeft de volgende mening: 'Ik zie
het nut van reconcstructie niet zo. Maar dat
is een heel persoonlijke overweging, hoor.
Bredevoort is geworden zoals het nu is. En
dat mag je best zien. Je kunt er nog van alle
kanten aan aflezen dat het een geschiede
nis gehad heeft en wat voor een ge
schiedenis. Als je wilt zien hoe het vroeger
geweest is ga je naar Boertange of zo. Dag
je uit! Daar hebben we met zijn allen een
hoop geld ingestopt.'
Nunspeet - Heemkundige vereniging Nu-
wenspete te Nunspeet wil meer aandacht
geven aan monumenten. Dit gebeurt onder
het motto 'Nunspeet: variatie in historisch
karakter'. De vereniging heeft verschillende
aktiviteiten in voorbereiding voor een
lange-termijncampagne, die zowel op de
overheid is gericht als op het publiek.
In een brief aan de Nunspeetse gemeente
raad vraagt Nuwenspete om het formuleren
van een aktief beleid voor de 'instandhou
ding van waardevolle zaken'. Daarbij wordt
gevraagd om het streven naar behoud op te
nemen in een algemeen beleid, dat zich uit
strekt tot verschillende sectoren en dat ge
bruik maakt van verschillende middelen.
Op dit moment spant de vereniging zich in
voor het behoud van boerderijcomplex 'De
Hagen' te Nunspeet.
Met de nieuwe campagne wil de vereniging
een monumentvriendelijk klimaat in de ge
meente kweken.
In gevallen waar sloop dreigt, wil de vereni
ging bijdragen tot 'positieve oplossingen',
die leiden tot instandhouding. Op haar beurt
wordt Nuwenspete graag op de hoogte ge
steld van 'bedreigende ontwikkelingen'.
Contactpersoon: Abele Reitsma, Ds. de Bou
terlaan 2,8071GX Nunspeet, tel. 03412-
51212.
Vele molens zijn in de loop der jaren uit
het stadsbeeld of het landschap verdwe
nen. Om deze voortgaande verarming een
halt toe te roepen, althans een bijdrage
hiertoe te leveren vanuit de particuliere
sfeer, werd in 1964 de Stichting Vrienden
van de Gelderse Molen opgericht. Artikel
2 van de Statuten luidt: 'De Stichting stelt
zich ten doel de bevordering van het be
houd en in werking houden van de in de
provincie Gelderland aanwezige wind-,
ros- en waterradmolens, één en ander in
de meest uitgebreide zin'. Dit laatste is dus
ruim bemeten en kan variëren van het in
eigendom verwerven en restaureren van
molens tot het opleiden van vrijwillige mo
lenaars en het maken van propaganda
voor molenbehoud. Genoeg werk aan de
winkel dus.
Vrijwilligers
De doelstelling van de stichting is ambi
tieus en gezien het feit, dat het aantal be
schikbare vrijwilligers beperkt is, is het al
tijd weer moeilijk alle wensen te realise
ren. Ook de beperkte financiële middelen
spelen hierbij een rol. Toch is in de afgelo
pen jaren veel bereikt, ondanks het feit,
dat niet op een 'apparaat' kan worden te
ruggevallen. Bijna alle zaken moeten in de
avonduren, in de weekends of op een
snipperdag worden afgewerkt, hetgeen
wel eens vertragend werkt. Maar het en
thousiasme, waarmee dit gebeurt, maakt
veel goed.
Molen 'De Kroon'
Hoogtepunt in het nog korte bestaan der
stichting mag wel worden genoemd, na ja
ren van touwtrekken, de verwerving in
1974 en de restauratie in de daaropvolgen
de jaren van de korenmolen 'De Kroon' te
Arnhem, een ronde stenen molen met stel
ling, daterend uit 1870 en staande op een
heuvel in de wijk Klarendal. Iedere zater
dag kan men hem zien draaien, door vaar
dige vrijwilligershanden bestuurd.
En dan wordt er niet 'voor de prins' gema
len, maar voor enkele warme bakkers in
Arnhem en voor zelfbakkende particulie
ren, die daarvoor zelfs van buiten de stad
komen.
Direct na de verwerving in 1974 bleek
de molen in zo'n slechte toestand te verke-
Molen 'De Kroon' te Arnhem. Onder de stel
ling zijn onderhoudswerkzaamheden gaande,
(foto C. J. de Maret Tak)
ren, dat onmiddellijk de romp van een cor-
set moest worden voorzien om instorting te
voorkomen. Vervolgens werd een nieuwe
fundering aangebracht. Einde 1975 werd
na toezegging van de benodigde subsidies
met de restauratie begonnen. Via een fi
nanciële actie werd het niet door subsidie
gedekte deel veiliggesteld. Een plaatselij
ke krant speelde hierbij een grote rol. En
kele grote particuliere giften maakten het
benodigde bedrag rond. Op 2 april 1977
was het zo ver, dat de vang kon worden
gelicht door dr. H.J. van Eek, oud-voorzit
ter van de Gelderse Molencommissie. De
gehele wijk Klarendal vierde het ope
ningsfeest mee, onder andere met een
braderie en demonstraties van oude am
bachten.
Vermeld moet worden, dat de afwer
king van de molen, het lijnoliën van vloe
ren en molenonderdelen, het schilderen
van het houtwerk en de uiteindelijke
Heemschut, november-december 1987 39