Postbus Heemschut opgeheven Heemschutagenda ook de door de Stichting samengestelde expositie Jan Cerko Wiebenga, apostel van het Nieuwe Bouwen'door de minister geopend in het voormalige hotelgedeelte van Gooiland. Daarbij werd het eerste exemplaar van het gelijknamige boek over J. G. Wiebenga aangeboden. Raadhuis Hilversum Drs. Ben de Haan, hoofd afdeling Stadsont wikkeling van de gemeente Hilversum, lichtte toe welke problemen Hilversum heeft bij haar pogingen jonge monumenten te bewaren. Hij benadrukte de faam die Hilversum bezit op het gebied van de jon ge bouwkunst. Niet alleen het genoemde Zonnestraal, maar ook diverse omroepstu- dio's, hotel Gooiland en het beroemde raadhuis van Dudok behoren hiertoe. Voor dit laatste gebouw is een volledig restaura tieplan ingediend a raison van 33.000.000.-. Dit enorme bedrag is nodig voor de in grijpende maatregelen die moeten wor den getroffen: de stenen mantel van het gebouw wordt opnieuw opgemetseld, de ramen moeten allemaal vervangen worden en de toren dient boven de 35 meter ge heel gesloopt en herbouwd te worden. Als de benodigde gelden niet loskomen, dreigt een pragmatische aanpak als tussenoplossing. En niet alleen van het raadhuis: ook Gooiland dreigt van de bezuinigingsmaat regelen de dupe te worden. Dit gebouw van Duiker en Bijvoet, ontworpen als hotel annex schouwburg, verkeert eveneens in een weinig florissante staat. Dat konden de vele symposiumbezoekers met eigen ogen zien. Bijzonder wrang was wel, dat minis ter Brinkman voor de opening van de Wiebenga-tentoonstelling in dit gebouw, eerst overleg met de Hilversumse ge meenteraad had gepleegd inzake de om streden verkoop van het Mondriaanschil- derij. Dit overleg pakte negatief uit voor de stad. Brinkman wil het gemeenteraadsbe sluit voordragen voor vernietiging. De Haan: 'Omdat de verkoop van dat schilderij door de gemeenteraad afhankelijk is gesteld van de uitkomst van overleg met de minis ter over rijksbijdragen voor herstel van Gooiland, zijn we weer terug bij de kem van de problematiek'. De Haan pleit voor een prioriteitsbepa ling naar categorie: hij vindt dat de tijd is aangebroken om het roer ook in financiële zin om te gooien van de oude naar de jon ge bouwkunst. Jongere bouwkunst niet voor eeuwigheid gebouwd Ir. Rob Apèll, hoofdarchitect van de RDMZ legde het verschil uit tussen het restaure ren van jongere en oudere bouwkunst. Hij benadrukte dat de producten van het Nieuwe Bouwen vaak bedoeld waren als tijdelijk onderdak voor een tijdelijke func tie. Zodra de ontwikkeling in de maat schappij daar om vroeg, zou die functie veranderen en daarmee ook de huisves ting van die functie. De ontwerpfilosofie verschilt dus hemelsbreed met die van ou dere bouwkunst, die meestal 'voor de eeu wigheid' werd gebouwd. Apèll: 'Bij de jongere bouwkunst komt een aspect om de hoek kijken dat bij de oudere bouwkunst minder nadruk krijgt: de waarde van het architectonisch con cept. Hierdoor ontstaat de steeds meer merkbare tendens bij de restauratie van jongere monumenten eerder tot recon structie over te gaan dan bij de oudere, versterkt door het feit, dat de construc tieve toestand meestal zodanig is, dat aan herstel niet meer kan worden gedacht'. Hij pleit voor her-ijking van de huidige réstau- ratie-ideeën aan de specifieke problema tiek van de jongere bouwkunst, waartoe het onderzoek van de beide TU's een eer ste aanzet is. Drie restauratie-mogelijkheden Prof. ir. Hubert Jan Henket, hoogleraar af- bouwtechniek aan de TU Eindhoven, pre senteerde het door Delft en zijn universiteit samengestelde onderzoeksrapport. Wel ke gebouwen moeten worden beschermd en hoe? In principe zijn er, volgens Hen ket, drie restauratiemogelijkheden. Terug- restaureren naar de oorspronkelijke toe stand: dit kan sloop inhouden met nieuwbouw daama in oorspronkelijke toe stand. Vervolgens kan men de evolutie die een gebouw in de loop der tijd heeft door gemaakt als uitgangspunt kiezen. Daarbij worden de historische ontwikkelingen en veranderingen gerestaureerd. Deze mo gelijkheid is bij jongere bouwkunst archi tectuurhistorisch niet interessant. En ten slotte is er de pragmatische aanpak, waar bij het gebouw op eigentijdse wijze wordt aangepast, met zorg voor de oorspronke lijke gegevens. Henket: 'Naast deze drie verschillende restauratiemogelijkheden heeft men ook nog de keuze om juist niet te restaureren, maar om louter over te gaan tot renovatie of herbestemming van het gebouw, dus zonder specifieke aan dacht voor architectuurhistorische waar den of beeldvorming'. Hij benadrukt dat bij een gebouw niet alleen het visuele be langrijk is, maar ook het hoe, waarvan en waarom het gebouwd is. Daaruit volgt dat het bewaren van de opvattingen van de oorspronkelijke ontwerpers tenminste even belangrijk is als het conserveren van de omhullende vorm. Zonnestraal Ir. Wessel de Jonge, onderzoeker aan de TU Delft, demonstreerde de ontwikkelde werkwijze aan de hand van het Dressel- huys Paviljoen van het voormalige sanato rium Zonnestraal te Hilversum. Zonnestraal bestond oorspronkelijk uit een hoofdge bouw en twee patiëntenpaviljoens. Bij de Methode voor Restauratiekeuze maakt men onderscheid tussen het verzamelen van feiten en de analyse daarvan. De toe stand van het gebouw wordt opgemeten, beschreven en getekend: er volgt onder zoek naar o.a. cement gehalte, pleister- en verflagen, men bekijkt de technische con ditie en tenslotte analyseert men deze ge gevens. Gebruiksprestaties en architec tuurhistorische waarde bepalen de ver schillende restauratiemogelijkheden. De Jonge: 'Als we de functie primair stel len moeten we misschien pragmatisch res taureren. We kennen dan een groter ge wicht toe aan het comfort. Sluit dit comfort niet aan bij de gekozen functie, dan moe ten we gaan afwijken van de oorspronke lijke toestand. Niet alleen doen we dan af breuk aan de architectuurhistorische waarde, ook de jaarlijkse exploitatielast blijkt dan flink op te lopen. Als we kiezen voor restauratie met het accent op de ar chitectuurhistorische waarde en het om laag brengen van de jaarlijkse exploita tielast, dan blijkt het gunstig om de oor spronkelijke toestand vrijwel geheel te handhaven. Omdat het comfort hiervan niet zo heel hoog is, moet je een geschikte functie erbij zoeken. De karakteristiek van het gebouw is het uitgangspunt. Overigens is het comfort eenvoudig op te schroeven door wat extra installatie-voorzieningen'. Omdat elk gebouw zijn eigen specifieke oorspronkelijke toestand, huidige toestand en huidige conditie heeft, pleit De Jonge voor toepassing van de Methode voor Res tauratiekeuze. Eerst dan is een gefundeer de uitspraak over de restauratie mogelijk. Drs. Certrudis A. M. Offenberg is architec tuurhistorica en redactrice van 'Spiegel Historiael' In verband met de opheffing van onze postbus wordt u verzocht post voortaan uitsluitend te sturen naar Nieuwezijds Kolk 28, 1012 PV Amsterdam. Op 12 september Open Monumenten dag. Korenmetershuis, zetel van Heem schut ook open. Op 26 september Heemschut-dag 1987 in Rotterdam e.o. (zie pag. 4). Tot en met 26 september Expositie over Betondorp in Watergraafsmeer, Leidsestraat 5, Amsterdam. Open ma. t m vr. van 9-5 uur, zat. van 1-5 uur. Op 3 oktober Provinciale Heemschu texcursie Overijssel. Nadere gegevens in septembernummer. Schependag Enkhmzen Zaterdag 5 september is het zover: een fantastische vloot in de 'baai' van het Buitenmuseum te Enkhui zen. Aan dekschuiten afgemeerd zullen er zo'n tweehonderd schepen te zien zijn. Het aanbod van schepen is gevarieerd: botters, klippers, tjal ken en ook klassieke scherpe boten en jachten en ruim dertig (stoom) sleepboten. Naast museumschepen zijn er prachtige, door particulieren gerestaureerde, schepen en jach ten. Zo komt er o.m. de stoomsleep- boot 'Christiaan Brunings', gebouwd in 1900, en de hasselteraak Annigje, geladen met turf. Heemschut, juli/augustus 1987 25

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1987 | | pagina 25