slecht idee zijn. De gemeente ziet meer in
de twee andere benaderingen. Zij wil met
de winkels bij de Oostertoegang, die daar
voor gedempt zou moeten worden, een
nieuwe winkel- en looproute tussen bin
nenstad en IJ creëren, die niet ten koste
mag gaan van de bestaande middendoor
gang van het station, waar al winkels zijn.
Beide doorgangen kunnen met elkaar
worden verbonden door een winkellint
langs het IJ. Oud-Rijksbouwmeester prof.
Tjeerd Dijkstra en nu supervisor vari het
hele project, ziet wel wat in het winkelcen
trum. De entree ervan moet opvallend
worden van architectuur en een flink volu
me krijgen zonder echter in een soort
Hoog Catharijne te ontaarden. Hij had alle
vertrouwen in de internationaal bekende
architect Helmuth Jahn, die voor de hotel
keten Hyatten de MAB samen een plan
ontwierp op deze plaats. Ook de gemeen
te heeft een voorkeur voor Jahn die zijn
plan voor een hotel, kantoren en een win
kelcentrum verder mag uitwerken.
Het Hyatt-plan van architect Helmuth Jahn.
Dichtheid niet te hoog maken
Bezorgd was Dijkstra over het gevaar, dat
de bebouwing langs de IJ-oevers veel te
intensief wordt, wat ten koste zou gaan van
de openbare ruimte. We moeten ons niet
laten ondersneeuwen door de projectont
wikkelaars, stelde hij. De gemeente is lijkt
zich van dit risico wel enigzins bewust blij
kens haar afwijzing van de oorspronkelij
ke bouwplannen van MAB-architect R.
Smook die van een veel te hoge bebou
wingsdichtheid uitging en haar herhaalde
lijk geuite bezwering, dat de privé-ruimte
niet ten koste mag gaan van de openbare
ruimte. Niettemin is de enorme vergroting
van het bouwvolume in de bijgestelde ge
meentelijke plannen niet erg vertrouwen
wekkend.
Kritiek was er van de kant van de Raad
voor de Stedebouw ook op het feit, dat de
gemeente in zijn masterplan de westzijde
van het station heeft vergeten. En dat ter
wijl er nota bene aan die kant al wel - maar
dan zonder totaalplan - gebouwd wordt.
De gemeente had de bouwontwikkeling
daar beter onder controle moeten houden.
Het gaat nu te incidenteel. Projectleider
Van Hattum van de gemeente moest dit
wel toegeven. De bouwplannen daar wa
ren er echter eerder dan het masterplan
en de gemeente wilde de geboden kansen
- verzekeringskantoor NOG bouwt hier en
de Kamer van Koophandel gaat er bouwen
- niet missen. Er is nu tenminste een aller
eerste begin van bebouwing van de IJ-
boulevard. Trouwens de projecten daar
passen goed bij het masterplan voor de
oostzijde. Van Hattum wist bovendien te
melden, dat er wel degelijk plannen in de
pijplijn zijn voor deze kant van het station.
Zo komt er een hotel van Wagon Lits en
zijn er plannen voor bebouwing van het
Stenen Hoofd.
Bouwhoogte
Weinig kritiek was er deze avond te be
luisteren op de door de gemeente accep
tabel geachte maximale bebouwingshoog
te van 75 meter. Het Hyatt-plan van Jahn zal
deze grens nauwelijks overschrijden (80
meter). De geplande woontorens aan het
Oosterdok mogen niet hoger worden dan
40 meter. Ter vergelijking: het nabij gele
gen PTTkantoor en het Havengebouw zijn
beide 45 meter hoog, het Shell-kantoor een
de overzijde van het IJ is bijna 70 meter
hoog, de Nederlandse Bank is 65 meter en
de Westertoren 80 meter.
Als criterium voor de hoogte stelt de ge
meente inpasbaarheid in het ruimtelijk
concept van een reeks in hoogte oplopen
de gebouwen van binnenstad naar 'buiten',
het zichtbaar maken van de IJ-oevers naar
de binnenstad toe, de betekenis van de
functie en milieuaspecten.
Als oriënterend 'landmark' voldoet de
geplande Hyatt-toren van Jahn redelijk aan
deze criteria als je het oplopen van laag
naar hoog in het noord-zuid perspectief
plaatst. In oost-westelijke richting komen
kantoortorens aan het Stenen Hoofd en de
kop van de Oostelijke Handelskade ook
tegemoet aan de eisen van de gemeente.
Daar komen in de toekomst waarschijnlijk
ook flinke torens. De toekomstige winkel
centrumfunctie van de Oostertoegang
vraagt om een duidelijk 'baken'. Een ba
ken, dat een aardig antwoord kan vormen
op de toren van het Shell-laboratorium aan
de overkant van het IJ. Bij de beoordeling
van de torens zal overigens veel afhangen
van de architectonische kwaliteit ervan. Ze
zullen zeker niet massief mogen zijn maar
veeleer rank en transparant. Op die ma
nier kunnen ze een boeiend oriëntatiepunt
opleveren voor het nieuwe centrum. De
Amsterdamse Raad voor de Stedenbouw
zou liever geen toegestane bouwhoogte
willen noemen. De ARS vindt bijvoorbeeld
75 meter een ongenuanceerde limiet.
Voorstel van H. de Boer voor woontorens en
hotels langs het Oosterdok.
Bouwhoogte krijgt zijn betekenis pas in
zijn context. Het Havengebouw vormt bij
voorbeeld vanaf de IJ-oevers qua hoogte
geen probleem maar vanuit de westelijke
grachtengordel torent het gebouw boven
de Brouwersgracht uit in een maat en
schaal die daar niet bij past. Toegepaste
bouwhoogten zullen daarom nauwkeurig
steeds op maquette moeten worden beke
ken. De raad adviseert om een aantal be
staande vista's vanuit de binnenstad en
Noord te bezien en aan de hand daarvan te
bepalen, welke hoogte waar op zijn plaats
is.
Een goed idee, het is zaak zorgvuldig om
te springen met bouwhoogten in een stad,
waar ranke kerktorens in sterke mate het
silhouet van de stad bepalen. Een wijds
water als het IJ, waaraan altijd flinke kra
nen en silo's hebben gestaan, kan waar
schijnlijk wel wat hoogte verdragen. Dat
kan het nieuwe stadscentrum, mits er zorg
vuldig mee wordt omgesprongen, herken
baarheid en allure geven. Intussen is er bij
o.m. Heemschut het verzoek van Frans
Amende binnengekomen toegestane
bouwhoogtes in de hoofdstad eens kritisch
te analyseren. Hij maakt zich er nogal zor
gen over. Vergelijkingen met steden als
New York en Baltimore vindt hij dwaas.
Brandweer gebouw
De Amsterdamse Raad voor de Monumen
ten stelt zich bij zijn beoordeling van de
plannen voorzichtig op. De raad vraagt om
respect voor de bestaande stedebouw-
kundige structuur maar wijst op zich zelf
nieuwe ontwikkelingen in dit gebied niet
af. De marges noemt zij echter gering. De
raad stelt terecht voor het brandweerge
bouw van W. Springer en de bebouwing
van de steigers 7 en 10 van C. F. Lacroixen
J. de Meijer op de gemeentelijke monu
mentenlijst te plaatsen. Verder moet er
naar een zodanige nieuwe harmonie wor
den gezocht in de verhouding water-land
en bebouwing, dat het bestaande aspect
van wijd water behouden blijft.
Daarom is een zeer kritische stedebouw-
kundige benadering gewenst. Supervisor
Dijkstra vindt de raad wat dat betreft aan
zijn zijde. Die meent terecht, dat de ge
meente moet zorgen voor een uitstekende
stedebouwkundige totaalvisie op alle plan
nen. Het in kleine partjes aan projectont
wikkelaars aanbieden van bebouwings
mogelijkheden, zoals de gemeente heeft
gedaan, biedt bepaald geen garantie voor
een goede stedebouwkundige samen
hang. De gemeente zou sturender moeten
optreden wil er een fraai geheel onstaan.
Ook zou zij nog eens kritisch moeten kij
ken naar het enorme bouwvolume dat zij
aanbiedt en nog scherper moeten letten
op een evenwichtige ruimteverdeling tus
sen openbaar en privé terrein. Tenslotte zij
opgemerkt dat, de door de gemeente be
oogde versterking van de relatie tussen IJ-
oevers en binnenstad in de bijgestelde
plannen nog steeds ver te zoeken is. Als
men de as 'CS-Damrak-centrum' bij de
Oostertoegang wil verdubbelen moet dat
wel meer doordacht gebeuren dan nu
wordt voorgesteld. De nieuwe as loopt nu
dood op de Prins Hendrikkade.
Dit artikel is bedoeld als bijdrage tot de
discussie. Het op de discussieavond aan
wezige Heemschutkader dacht verschil
lend over de plannen. Bestuurslid E.
Dienaarvond de plannen 'heilloos', redac
tieraadslid H. Knijtijzer zag echter ook leu
ke kanten aan de plannen. De Hyatt-toren
zou een aardig antwoord kunnen worden
op de Shell-toren aan de overkant van het
IJ, meent hij. De bond heeft intussen de
plannen van de gemeente als 'geval' in be
handeling genomen. De verwachting is,
dat hier een nogal kritische stellingname
uit zal rollen.
Heemschut, juli/augustus 1987 19