De molen weer terug in Amerongen De onthoofde Maallust vormt nu één geheel met twee reusachtige silo's, onderdeel van de voormalige meelfabriek 'De molen weer terug in AmerongenDat staat boven de foto van een markante stenen bovenkruier. De foto dateert uit de jaren '20 en vormt het bovenblad van een folder, uitgegeven door de Stichting De Amerongse Molen'. 'De molen weer terug in Ameron gen'is dan ook geen mededeling, maar een oproep, een cri de coeur. GERTRUDIS A. M. OFFENBERG Als men van Doom naar Rhenen rijdt, leidt de brede - door bomen omzoomde - Koningin Wilhelminaweg door Ameron gen. Parallel aan deze moderne autoweg loopt de veel smallere oude weg van Utrecht naar Arnhem, vroeger Achterweg geheten. De verbindingsstraat tussen bei de wegen heet Molenstraat, naar de hoge, stenen windmolen Maallust. Met het kasteel en de kerk vormde Maallust de skyline van het dorp. Nu niet meer; de onthoofde romp, ontdaan van kap en wieken, valt nauwelijks op, omdat hij nu een geheel vormt met twee reusach tige silo's, onderdeel van de voormalige meelfabriek. Dat moet veranderen, vindt een aantal mensen in Amerongen. Daartoe werd vo rig jaar een stichting in het leven geroepen met als doel de restauratie, het in stand houden en het exploiteren van de Maallust. Dat is geen sinecure, want de windmolen staat zelfs niet op een monumentenlijst. In een brief aan Burgemeester en Wethou ders van de gemeente Amerongen dringt stichtingsvoorzitter H. van Leeuwen dan ook aan op herziening van de gemeentelij ke monumentenlijst. 'Dit laatste voorstel wordt gesteund door authentieke gegevens waarin is komen vast te staan dat de Amerongse molen reeds dateert uit het jaar 1603 en steeds heeft gestaan op de huidige plaats, nl. op de toenmalige Achterweg thans geheten de Burg. Jhr. H. van den Boschstraat. Gedu rende vele eeuwen is de molen, samen met de Andrieskerk en het Kasteel beeld bepalend geweest voor het aanzien van Amerongen. Daarom kan men met recht spreken van een belangrijk monument in ons dorp, terwijl daarnaast erkend wordt dat molens nationale monumenten zijn'. Geschiedenis Door de penningmeester van de stichting E. Stolk zijn zestien archiefstukken ge vonden in het huisarchief van Kasteel Amerongen, die betrekking hebben op molens in Leersum en Amerongen. Daaruit blijkt dat in 1603 ene Gijsbert Joostzn, molenaer tot Amerongen, de helft van de wind en de molens te Amerongen ende te Leersum in erfpacht heeft. 'De helft van de wind' slaat op het windrecht dat de heer van Amerongen bezat. Gijsbert Joostzn moest voor dat wind recht ieder jaar met Kerstmis betalen: 'jaerlijks telken Corstmis ten comptoir van de rentmeester van dezelve Domeijnen in ider tijt betalen sal tot een erfpacht der regte, de helft van acht pond tien schillin gen De molen waarover dit stuk gaat, is een voorganger van de Maallust, een houten standerdmolen, die het tot 1830 uithield. De inwoners van Amerongen, gelegen in het Overkwartier van de provincie Utrecht, vonden hun bestaan destijds in de tabaksteelt, de veehouderij en de koren- bouw. De korenmolens, die het koren tot meel moesten vermalen, waren oorspron kelijk allemaal standerdmolens. Een stan derdmolen bestaat uit een grote vierkante kast, die om een zware houten spil - de standaard of standerd - kan draaien. Het draaien is nodig om bij elke windrichting de wieken recht op de wind te kunnen zetten. In de inleiding van Molens in Utrecht in oude ansichten staat dat bij de ontwikke ling van de molens de standerdmolens in het gebied ten westen van de lijn Hilver- sum-Utrecht-Vreeswijk na de 16e eeuw in de meeste gevallen door wipkorenmolens werden vervangen. In het oostelijk deel van de provincie handhaafden de stan derdmolens zich veel langer. Hier werden ze pas in de 18e, maar meestal pas in de 19e eeuw vrijwel alle door achtkantige of ronde, stenen molens vervangen. Dit om dat was gebleken dat ze beter voldeden dan wipkorenmolens. Ook de oude bouwvallige Amerongse standerdmolen aan de Achterweg werd in 1830 afgebroken en een hoge, ronde ste nen beltmolen kwam ervoor in de plaats, de Maallust. Het is een bovenkruier, dat wil zeggen dat de kap met wieken draait boven de stenen romp en zo naar de wind gezet kan worden. Dat op de wind zetten wordt kruien genoemd. De Maallust is bo vendien een beltmolen en die komt in Utrecht weinig voor, meer in het oosten en zuiden van ons land. Een berg- of beltmo len staat op een aarden verhoging om zo doende meer wind te vangen. Bij de Maal lust was dat nodig, omdat de molen dicht tegen de Utrechtse heuvelrug is aange bouwd. F. Stokhuyzen zegt in zijn boek Molens: 'De molen is gewoon op het maai veld opgericht en wordt meestal tot de eerste zolder (c.3.00 m) aangevuld met een met gras begroeide aarden omwalling. De molenberg die dan is ontstaan, is voorzien van een inrit, met gewelf overkluisd. Soms heeft de berg aan de overkant van de inrit een zelfde constructie als uitrit. Hierdoor kan met paard en wagen worden binnen gereden, waarna onder de luiluiken de aangevoerde zakken graan worden opge pikt en men de lege wagen aan de andere kant de berg uitrijdt. Het voordeel van een molenberg is nog dat zij minder on derhoud vergt dan de houten stelling. In de 20e eeuw kwam het wel voor dat de De Maallust in haar oude glorie Heemschut.juni 1987

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1987 | | pagina 14