22
Gemaal van de polder Vierambacht, voormalig stoomgemaal (1879), nu uitgerust met twee
electromotoren (Foto Prov. Waterstaat Zuid-Holland)
dat nu op wind of op stoom moest gebeuren.
Koning Willem die tijdens zijn balling
schap in Engeland persoonlijk had kunnen
kennismaken met verschillende toepassin
gen van stoomkracht, besliste in 1840 de
strijd in het voordeel van de stoomfanaten.
Het huidige Museum 'De Cruquius' was een
van de drie stoomgemalen die tussen 1849
en 1852 werden ingezet om de Haarlemmer
meer droog te malen.
VERNIEUWING
De laatste eeuw heeft de mechanische bema
ling een snelle ontwikkeling doorgemaakt.
'Vernieuwing betekende helaas vaak ook
vernieling', aldus mr. A. P. van den Berge,
voorzitter van de Zuidhollandse Water-
schapsbond. Toen stoomgemalen eenmaal
op grote schaal werden toegepast, werden
duizenden poldermolens gesloopt. Toen tij
dens de Eerste Wereldoorlog de kolentoe-
voer in gevaar kwam, werden stoommachi
nes weer vervangen door diesel- en electro
motoren. Mr. Van den Berge vervolgde: 'En
ook tegenwoordig snelt de techniek voort.
Maar nu zijn wij in staat om uit het verleden
lering te trekken en maatregelen te treffen,
zodat unieke objecten niet onnodig uit het
landschap verdwijnen'. Daar voegde hij wel
meteen aan toe: 'Maar aan de instandhou
ding of bescherming van waterstaatsmonu
menten zitten veel haken en ogen; en altijd
een prijskaartje'.
Een stoomgemaal dat nog in gebruik is en op
de Monumentenlijst staat, levert uiteraard
geen problemen op. Maar als een gemaal,
dat landschappelijk fraai gelegen is en ook in
architectonisch opzicht waard is om behou-
v
den te worden, desalniettemin zijn water
staatkundige functie gaat verliezen, wie gaat
dan zo'n voor weinig andere doeleinden ge
schikt, midden in de polder gelegen gebouw
beheren? Immers, de waterschappen zijn er
om de waterhuishouding te regelen en niet
om monumenten te beheren.
INVENTARISATIE
Wat moet er in deze tijd van automatisering,
reorganisatie en reconstructie gedaan wor
den orri het waterstaatkundig erfgoed veilig
te stellen? Over de stappen die daartoe geno
men moeten worden waren de sprekers het
volledig eens. In de eerste plaats moet er
geïnventariseerd worden.
Met inventarisatie is ondertussen al ervaring
opgedaan. Op initiatief van de Werkgroep
Historie en Landschap van de Midden-Delf
land Vereniging werden de waterstaatkundi
ge objecten in het reconstructiegebied Mid
den-Delfland geïnventariseerd. Het onder
zoek was breed van opzet. Het doel ervan
was, aldus dhr. G. Ottevanger, werkzaam
bij het bureau Molens en monumenten van
de Provinciale Waterstaat, 'inzicht te ver
krijgen in de historische, bouwkundige en
bedrijfsarcheologische en de visuele beteke
nis van molens, gemalen en andere water
staatkundige elementenom tot een gefun
deerde afweging te komen betreffende
sloop, verbouwing of behoud'.
Ook volgens Drs. P. Nijhof, voorzitter van
de Federatie Industrieel Erfgoed Nederland
(FIEN), moet inventariseren van 'oude ge
malen' niet beperkt blijven tot het beschrij
ven van de gebouwen. De bemalingsinstalla
ties en de relatie met de waterlopen en het
omringende landschap moeten eveneens op
genomen worden.
Zo'n veelzijdige inventarisatie vereist een
multidisciplinaire aanpak. Daarbij is het
raadzaam om gebruik te maken van de erva
ringen die eerder zijn opgedaan. Door de
Provinciale Waterstaat in Zuid-Holland is
ervaring opgedaan met de inventarisatie van
Midden-Delfland, inmiddels benut voor de
inventarisatie van alle 'oude gemalen' in de
Gemaal 'Reinier Blok', polder 'Den Hoek en Schuwagt', voormalig stoomgemaal (1878), nu uitgerust
met twee dieselmotoren (Foto Prov. Waterstaat Zuid-Holland)