'Houd het vuur heet,
de ketel onder druk'
21
STUDIEDAG 'OUDE GEMALEN':
JAC. HUYSMANS
Als geen andere monumenten van bedrijf en techniek staan 'oude gemalen de laatste tijd in
de belangstelling. In oktober 1985 werd in het Provinciehuis van Zuid-Holland het lijvige
rapport 'Molens, gemalen en andere waterstaatkundige elementen in Midden-Delfland'
gepresenteerd. Tijdens die presentatie werd voorgesteld om eens een gemalendag te organi
seren. Dit resulteerde in de Studiedag 'oude gemalen'die woensdag 26 november 1986
gehouden werd in de Statenzaal van het Provinciehuis.
Gemaal van polder Dirksland, Goeree-Overflakkee, Voormalige poldermolen, sinds 1915 in gebruik als
dieselgemaal. (Foto Prov. Waterstaat Zuid-Holland)
van de Schoolgeldregeling in 1839 nam het
aantal leerlingen ernorm toe, de klassen tel
den soms wel 70 leerlingen. Tussen 1839 en
1880 werden er in de provincie Groningen
dan ook 240 nieuwe scholen gebouwd! De
bemoeienis van de Overheid nam na 1850
enorm toe en het schoolgebouw kreeg ook
steeds meer aandacht. Men ziet voorbeelden
in allerlei stijlen van romaans tot neo-go-
thiek. Cuypers had bijvoorbeeld zitting in
een adviescommissie, die regels opstelde
voor bouw en inrichting van scholen. Ook
Victor de Stuers kan in deze context ge
noemd worden. De 19e eeuwse ideeën over
schoonheid, school en schoolgebouw, ont
wikkeling van smaak en gevoel voor
schoonheid bij leerlingen resulteerde in 1904
in de oprichting van de 'Nederlandsche Ver-
eeniging tot Bevordering van het Schoon
heidsbeginsel in het Onderwijs'. Deze ver:
eniging met een eigen bulletin bleef tot de
Tweede Wereldoorlog actief. De Leerplicht
wet van 1901 veroorzaakte werderom een
enorme toename van leerlingen. Vele
nieuwe schoolgebouwen kwamen tot stand,
vooral in de buitenwijken, waar de idealen
verwezenlijkt konden worden omdat er vol
doende ruimte was. Voor de 20e eeuwse
schoolbouw zijn het scholenbesluit van 1920
met gedetailleerde bouwvoorschriften en het
boek 'Schoolgebouw' door E. J. Rothuizen
e.a. uit 1924 van doorslaggevend belang ge
weest. Bepaalden in de 19e eeuw de hy
giënisten en de kosten het uiterlijk van een
schoolgebouw in de 20e eeuw waren dat de
pedagogen zoals Theo Thijssen, Ligthart en
Montessori. De omgeving waarin onderwe
zen werd moest uitnodigend zijn en het zon
licht gaat de ligging van het schoolgebouw
bepalen. Zo ontstond het zogenaamde Corri
dorsysteem, een gang met daarlangs klaslo
kalen met grote ramen op het zuiden. Ken
merkend worden de langgerekte schoolge
bouwen. In deze eeuw neemt het aandeel
van architecten toe. In de schoolboiiw is dan
ook de invloed van verschillende architecten
en stijlstromingen te bespeuren zoals bij
voorbeeld de Amsterdamse school (zij het in
de provincie enkele jaren later) Berlage, Du-
dok, de Nieuwe Zakelijkheid en tenslotte de
Delftse School in de jaren dertig. Ondanks
dat het boekje specifiek de provincie Gro
ningen behandelt geeft het veel algemene in
formatie. Tussen de tekst door worden vele
afbeeldingen van Groningse scholen, ont
werpen, plattegronden en ook ideaalvoor-
beelden opgenomen. Helaas ontbreekt de
naam van de ontwerper meestal bij de af
beelding, wellicht was deze niet altijd te
achterhalen. Scholen in Groningen is een in
formatief en helder geschreven publicatie.
Met het teruglopen van het aantal leerlingen
en alle onderwijsbezuinigingen van dit mo
ment is het zaak dat er interesse voor onze
oude schoolgebouwen gewekt wordt. Dit
boekje kan daar zeker een steen toe bij
dragen.
Een uitgave in de historische reeks 'Stad en
Lande'deel 5.
Stichting Matrijs, Utrecht, 1986.
ISBN 90.70482.40.1 Prijs slechts 18,50.
AMtC
De Studiedag werd geopend door mevr. drs.
I. Günther, lid van de Gedeputeerde Staten
van Zuid-Holland. Zij wees op het bijzonde
re karakter van deze dag: 'Een dag, die
uniek is te noemen, omdat in dit huis nim
mer een bijeenkomst is geweest, bestemd
voor vogels van zo verschillend pluimage'.
Na mevr. Günther spraken vertegenwoordi
gers van overheden en organisatie over 'ou
de gemalen' en de problemen die onlosma
kelijk aan het behoud daarvan verbonden
zijn.
BEMALING
Nederland wordt heden ten dage bemalen
door ongeveer 25 boezemgemalen, 1600
poldergemalen en 550 windmolens. Ir. E.
Schultz, werkzaam bij de Rijksdienst voor
de IJsselmeerpolders, wees op het belang
daarvan. Zeven tot acht miljoen mensen wo
nen in gebieden die zonder bemaling onbe
woonbaar zouden zijn. Daartoe wordt er ge
middeld 30 miljoen m3 water per etmaal uit-
gemalen.
Wat is eigenlijk een gemaal? Ir. Schultz ging
te rade bij Van Dale, werd daar niet veel
wijze van ('een inrichting voor het bemalen
van een polder') en probeerde het toen zelf
maar. Een gemaal is 'een gebouw voorzien
van een inrichting, bestaande uit een aan-
drijfwerktuig (stoommachine, diverse soor
ten motoren) en een opvoerwerktuig (schep
rad, vijzel, diverse soorten pompen) om een
polder of een boezemwater te ontlasten van
het overtollige water'.
Gemalen gingen voor 't eerst een grote rol
spelen bij het droogmaken van de Haarlem
mermeer. Deze onderneming werd vooraf
gegaan door een discussie over de vraag of