246 Driebergen-Rijsenburg - De Nederlandse Middenstandsbank heeft plannen in Drieber gen het pand Hoofdstraat 156 te kopen, te slopen en op de lege plek een parkeerplaats aan te leggen. De Slichting Driebergen-Rij senburg 'Vroeger en nu' heeft hierop actie genomen en het college van B en W geschre ven dat het te betreuren zou zijn als dit waar devolle en beeldbepalende pand verdwijnt. Het bestuur van de Stichting wil hierover met het college van gedachten wisselen en hoopt in overleg tot goede alternatieven te kunnen komen. Het pand staat bij de Driebergenaren bekend als het voormalige hotel 'De Prins van Oranje' en dateert in de huidige staat uit het einde van de vorige eeuw. Oorspronkelijk is het een eind 17e-eeuws pand. Op de stoep staat deze naam nog te lezen. Het is geen rijksmonument, maar staat wel op de lijst van 200 monumentwaardige pan den in de gemeente. Deze lijst werd opge steld door ir. R. JSmorenburg ten behoeve van een werkgroep die, onder voorzitter schap van oud wethouder Steenbeek, was be last met het opstellen van een monumenten lijst en in 1984 tevens met het ontwerpen van een concept-verordening. De brief aan B en W ging vergezeld van een toelichting van de voorzitter van de Stich ting, prof. dr. ir. C. L. Temminck Grolt. Deze merkt onder meer op dat het voortbe staan van het pand een gemeentelijk belang is en waard er zorg aan te besteden. Wan neer geen koper opdaagt met voor de ge meenschap aanvaardbare verlangens, dient de gemeente mee te werken aan een wél ac ceptabele bestemming, waarbij de eigenaar naar gebruikswaarde van het object schade loos wordt gesteld, dan wel zich over het pand te ontfermen tot deze bestemming is gevonden, bij welk proces de Stichting uiter aard behulpzaam wil zijn, zo schrijft de voorzitter aan het college van B en W. De plannen met het pand zijn meegedeeld door de heer J. D. Heybroek van de Bond Heemschut, schrijft deze Stichting aan B en W. (De heer Heybroek is Technisch Advi seur van de Bond Heemschut in de provincie Utrecht - redactie). Amersfoort - De scheurvorming in de Onze Lieve Vrouwetoren en het bijbehorende trap torentje is niet verontrustend. De metingen van april 1986, twee jaar na de vorige metin gen met een nauwkeurigheid van 0,01 mm, hebben uitgewezen dat de werking van de scheuren zeer gering is en dus niet veront rustend. Dit meldt het 'Nieuwsblad Monu mentenzorg en Archeologie' van Gemeente werken te Amersfoort. In dit blad is een uit voerig overzicht opgenomen van de gevolg de meetmethode. In het blad staat ook de mededeling dat het strakke en sober gebouwde Slachthuis aan de Nijverheidsweg niet meer als zodanig zal functioneren omdat het niet voldoet aan de E.G.-richtlijnen en de kosten voor de ge meente te hoog zijn om het gebouw aan te passen. Wat er met het Slachthuis gaat ge beuren als particulieren het niet kunnen overnemen, is nog niet bekend. Ook meldt het blad dat de tredmolen in de Koppelpoort is gerestaureerd. Het geheel uit hout vervaardigde mechaniek werkt weer waardoor de stad een toeristische attractie rijker is geworden. Vroeger kon met deze installatie het opdringende water van de Zuiderzee worden tegengegaan en het water peil in de stad geregeld. In het kort maakt het, blad ook melding van de binnen afzienbare tijd nodige restauratie van het doksaal in de St.-Joriskerk. De ste nen koorafsluiting dreigt 'door de knieën' te gaan. Nederland heeft slechts twee doksa len: Rhenen en Amersfoort. Utrecht - De architect D. de Maar, die in 1977 de neogotische Martinuskerk aan de Oudegracht kocht, heeft voor deze ruimte 36 tot 40 premiekoopwóningen ontworpen. De eigenaar ziet geen andere mogelijkheden om het gebouw in stand te houden. De Utrechtse Welstandscommissie vraagt zich af of de kerk na de verbouwing nog wel een monument is. Dé Monumentencommis sie van de stad staat niet afwijzend tegenover de plannen van de architect, al heeft zij wel haar bedenkingen. Zó verwacht zij dat na de verbouwing de karakteristieke glas-in-lood- ramen in ere zullen worden hersteld en dat de typisch neogotische raamtraceringen be houden zullen blijven, zeker aan de zijde van de Oudegracht en de Pelmolenweg. De eigenaar acht dit een onmogelijke opgave, aangezien de traceringen ineen zullen storten zodra de verroeste brugstaven, die niet meer te restaureren zijn, Worden verwijderd. Hij vreest overigens dat, wanneer zijn plannen niet kunnen worden 'verwezenlijkt, de bank zijn eigendom zal opeisen en een nieuwe ei genaar moet zoeken. Als dat een projectont wikkelaar wordt, is de Martinuskerk opge geven. De Rijksdienst voor de Monumentenzorg moet nog advies uitbrengen en heeft de Mo- numentenraad ingeschakeld. Utrecht - Het Utrechts Nieuwsblad van 25 juni 1986 liet ir. C. Douma, hoofdarchitect afdeling Gebouwen, Stedebouw en Vormge ving van de Nederlandse Spoorwegen, aan het woord. Het artikel geeft een overzicht van de problematiek waarmee een dyna misch bedrijf als de Spoorwegen worstelt. Ir. Douma spreekt over een herbezinning bij NS, 'je zou misschien wel van bekering kun nen spreken', maar hij verheelt niet dat er meer belangen in het'spel zijn, dan alleen die naar behoud van bestaande gebouwen: be drijfspresentatie, vervoersomvang, ge bruikswaarde, huisvesting personeel en fi- nancieel-economische overwegingen. Vier grote gebouwen van NS in Utrecht wor den door de Monumentenwet beschermd: de drie hoofdkantoren bij het Moreelsepark en het station Maliebaan, thans Spoorwegmu seum. Monumentenzorg kwam in 1972 met een lijst van ruim honderd behoudenswaar- dig geachte stations,!maar NS voelde er wei nig voor een derde van haar publieke gebou wen in één klap tot beschermd openluchtmu seum te laten verklaren. Het werd tenslotte een lijst van twintig en de strijd daarover heeft bij NS tot herbezinning geleid, zet ir. Douma uiteen. Een apart probleem vormen de in onbruik geraakte seinhuisjes, waaronder zeer fraaie. De beslissing is genomen in elk geval het seinhuis in Maastricht te behouden, al staat het eigenlijk in de weg. De overkapping van het Centraal Station in Utrecht zal voor wat het hoge deel betreft moeten verdwijnen ten behoeve van de ver groting van de stationshal. De lastige knik in de stationstraverse aan de Jaarbeurszijde zal dan verdwijnen, reizigers kunnen de hal ge makkelijker bereiken en de kassa's komen boven de sporen. Op die manier krijgt Utrecht CS meer allure, vindt ir. Douma. Nu is het een onopvallend en saai stuk van Hoog Catharijne en dat kan eigenlijk niet. Utrecht is een spoorwegknooppunt en NS heeft hier haar hoofdkantoren, voegt hij eraan toe. De Spoorwegen denken ook over een vierde hoofdgebouw, dat is gedacht tegenover de twee oudste andere hoofdgebouwen, waar nu nog het voormalige stationspostkantoor staat. Het wordt hoogbouw en zal een mar kant beeld opleveren, als het aan NS ligt. Eerst is nog gedacht aan sloop van het oud ste van de drie hoofdgebouwen aan het Mo reelsepark. Het was direct na het gereedko men in 1874 al onpraktisch. Nu mag het wat NS betreft blijven staan, als zij maar mag bouwen op de plek waar nu nog het stations postkantoor uit 1938 staat. De vergunning voor de bouw van het nieuwe hoofdgebouw is al aangevraagd. Als dit doorgaat, kan de herinnering aan de eerste generatie inge nieurs van de Spoorwegen blijven voortbe staan, de mannen die in het land de spoorwe gen aanlegden, Zo besluit het artikel. De heer M. Sonnenberg nam deze maand afscheid als financieel administrateur van Heemschut. Bijna 12 jaar (vanaf 10 maart 1975) verzorgde hij enthousiast en heel accuraat de boekhouding van Heemschut. Wij danken hem voor zijn grote inzet en wensen de nu 72-jarige Sonnenberg na alle drukte van het jubileumjaar een fijne tijd toe. Intussen is de heer Leffert Klein hem opgevolgd.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1986 | | pagina 32