Het waterleiding museum in de eerste watertoren van Utrecht pati £T 411111 242 JAC. HUYSMANS In het Waterleidingmuseum te Utrecht kan men aan de balie een poster kopen waarop alle watertorens van Nederland zijn afgebeeld. Dat zijn er welgeteld 189. Bij het zien ervan wordt meteen duidelijk dat, hoewel het hier gaat om puur functionele bouwwerken, aan veel van die torens de grootste zorg is besteed. Toch staan er slechts tweeman op de Rijksmonu mentenlijst: de eerste van de twee van Breda, die dateert van 1894, en de watertoren van Goes uit 1912. Als die met de overige watertorens worden vergeleken, dan rijst toch onmid dellijk de vraag waarom juist die twee en waarom andere niet voor bescherming in aanmer king komen. Watertorens genieten dus nog maar weinig erkenning'als monument. Maar behalve miskend worden ze voortdurend bedreigd. Nederland leende vroeger meer watertorens dan er op de poster zijn afgebeeld. Dat bete kent dat er reeds zijn verdwenen. Door nieuwe technologische ontwikkelingen in de drinkwatervoorziening werden en worden watertorens in toenemende mate overbodig. Hier doet zich hetzelfde probleem voor als met spoorwegmonumenten het geval is. Evenmin als de Spoorwegen zijn waterlei dingsbedrijven verplicht om markante maar onrendabele gebouwen langer dan noodza kelijk in stand te houden. Als voor zo'n mo nument van bedrijf en techniek niet tijdig een zinvolle herbestemming wordt gevon den, dreigt het definitief voor het nageslacht verloren te gaan. Gelukkig zijn er gunstige uitzonderingen op deze regel. Het Waterlei dingmuseum in Utrecht is er een van. DE OPRICHTING Het Waterleidingsmüseum is gehuisvest in een van de vier watertorens die Utrecht he den ten dage nog rijk is. Dit is op zich al bijzonder, want het is wel de meest gepaste vorm van hergebruik'van een monument van bedrijf en techniek die men zich kan voor stellen. Het initiatief tot de oprichting van het Waterleidingmuseum stamt uit 1983. Ter gelegenheid van haar 100-jarig bestaan stel de het Waterleidingbedrijf Midden-Neder land (WMN) de watertoren op het Lauwer- Gedeelte van het Waterleidingmuseum met aan de wand een reclame voor de Wereldtentoonstelling van Parijs, 1900 fv i hof beschikbaar voor de collectie die tot dan toe was opgeborgen in de kelder van het hoofdkantoor op het industrieterrein Lage Weide. Sindsdien is het beheer in handen van de Stichting Waterleidingmuseum, die geheel gedragen wordt door gepensioneerde werknemers van de WMN. Op woensdag middagen en voor groepen op afspraak ver zorgen zij bij toerbeurt rondleidingen. Zo'n rondleiding begint in de voormalige kantine met een voorlichtingsfilm over wa terverbruik, want het Waterleidingmuseum heeft ook een educatieve functie. Ter ver fraaiing van deze halfronde ruimte is in 1940 door een zekere Diefenbach een grote pastel tekening op de wand aangebracht, waarop allerlei waterleidingbedrijfberoepen carica- turaal zijn voorgesteld. Bij de ingebruikna me als museum is deze tekening reeds voor een tweede maal gerestaureerd. SCHAALMODELLEN Terug in de andere helft van de begane grond staat daar recht tegenover de ingang een koperen schaalmodel van de watertoren. Dergelijke modellen, waarvan het museum er meer bezit, dateren nog uit de tijd van vóór de CAO's. Zij werden vervaardigd door werknemers en de directie bij een of ander jubileum aangeboden, in de hoop dat dat zou resulteren in een opslag van een paar centen per uur. Vervolgens worden de houten trappen beste gen om aan de hand van de over drie ver diepingen uitgestalde voorwerpen een beeld te krijgen van de geschiedenis van de drink watervoorziening. DE ROMEINEN De geschiedenis van de drinkwatervoor ziening begint zo ongeveer bij de Romeinen. De Romeinen waren meesters in waterlei dingtechnieken. Rome beschikte bij het be gin van de jaartelling over negen hoofdlei dingen. Vanuit de heuvels werd het water door uit blokken natuursteen gemetselde, ondergrondse kanalen en over aquaducten via bezinkreservoirs naar de stad gevoerd. Vanuit zgn. castelli, watersterkten, werd het dan door loden en aardewerken leidingen ge distribueerd. Ondanks het feit dat Vitruvius reeds waarschuwde voor loodvergiftiging. Ook de fonteinen waren op de castelli aange sloten. Her en der in het Imperium toonden de Ro meinen hun kunnen op het gebied van de watervoorziening. Keulen bijvoorbeeld werd via een 80 km lange, grotendeels on dergrondse leiding voorzien van water uit de Eifel. Andere staaltjes van techniek in de waterhuishouding waren de badhuizen. Een bekend voorbeeld in ons land is het badhuis dat aan het begin van de Tweede Wereldoor log bij Heerlen werd opgegraven en nu deel uitmaakt van het Termenmuseum. PUT- EN REGENWATER Met het Romeinse Rijk stortte ook de drink watervoorziening ineen. Als voorheen ging

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1986 | | pagina 28