Hulst: kroon op de toren, wallen rond dè stad 240 De geschiedenis van het Zeeuwsvlaamse Hulst is er een van belegeringen en toren branden. En wat is het heden ten dage? Een prachtige vesting, de wallen met alles wat er bij hoort aan ravelijn en contrescarp en een toren met een fascinerende bekroning, die, met de walmolen uitstekend boven de zwaarbeboomde wallen van verre verkon digt: dit is Hulst. En niets anders. Binnen de opmerkelijk hoge omwalling ligt een kleine stad met het oude patroon van meest licht gebogen straten, met meest lage huizen, een stad waar nergens een gebouw is tussen gesmeten met brutale proporties, onbescheiden kleuren en lijnen... Een stad die sedert twee jaar een beschermd stadsge zicht vormt, zodat onvoorzichtige bouwerij ook voor de toekomst uitgesloten lijkt. Maar Hulst is geen museumstad. Het is er zeer levendig. In de winkelstraten wemelt het van de onrustige puien, de banken wil len echt wel weten dat ze er zijn maar de eigen ambiance van Hulst ervaart de bezoe ker als weldadig. Hulst dankt een deel van zijn welvaart aan de bezoekers van over de grens: het aantal auto's met Belgische num merborden overtreft gemeenlijk grotelijks het aantal Nederlandse auto's. Veel bezoe kers uit Vlaanderen hebben iets te regelen bij Nederlandse banken. Het verhaal gaat dat de Belgische belastingdienst wel eens in Hulst - evenals vermoedelijk in Sluis - rondloopt om nummerborden te fotogra feren MONUMENT VÖQR REINAERT DE VOS Het Hulster winkelapparaat is sterk aange past aan de bezoekers uit Vlaanderen - de Belgische frank is er even courant als de Nederlandse gulden. Het verschil in toleran tie ten aanzien van bepaalde verschijnselen komt ook duidelijk tot uiting in de sexshops en peepshows in het bijzonder in de Gentse straat en omgeving. De Gentsestraat is de enige toegangsweg tot de vesting die buiten een poort omgaat en letterlijk door de om walling is gebroken. Naast de nog altijd bestaande Gentsepoort met het monument voor Reinaert de Vos. Dat is gebaseerd op het gebruik in het Middeleeuwse dierenepos van o.a. de plaatsaanduiding Hulsterloo. Van de auteur weten we alleen dat hij Wil lem heette en zelf verzekert hij de schrijver te zijn van een roman uit de Britse sagency- clus: hij is Willem die 'den Madoc maecte' Er is overigens veel geredetwist over dit 13e eeuwse meesterwerk - een satire op de feo dale maatschappij - maar het moet wel ze- i De toren van de Willibrorduskerk in Hulst. De nieuwe spits dateert uit 1958 en is van beton. ker zijn dat het is ontstaan in het noordelijk deel van Oost-Vlaanderen. Tot dat noorde lijke deel behoorde ook het Land van Hulst. Het monument met de bronzen gestalte van de vos Reinaerde, in boetekleed gehuld op weg naar Rome, dateert uit 1938 en is het werk van de Antwèrpse beeldhouwer A. Damen. i Er zijn nog twee andere poorten die toegang geven tot de vesting. Aan de noordkant is de Bagijne- of Graauwse poort. In het noord westen (richting Terneuzen) is dicht bij de in uitstekende staat yerkerende stenen wal molen de Dubbele PoortEr heeft nog een andere dubbele poort bestaan, de in 1506 gebouwde Keldermanspoort. Dat was een dubbele land- en'waterpoort, ook wel als de 'dobbele poort' aangeduid. Bij het bloedige beleg van de stad in 1596 door Albertus van Oostenrijk werd de 1 poort zo grondig ver woest dat men besloot hem met aarde van de omwalling te bedekken. Bij de recon structie van de wallen in de jaren vijftig van deze eeuw kwam de poortruïne te voor schijn. Ze is daarna geconserveerd. NEGEN BASTIONS De reconstructie van de wallen waarbij de grachten werden uitgediept heeft er toe ge leid dat door paden boven op en aan de voet van de wallen de vestigingwerken nu geheel toegankelijk zijn voor het publiek. Veel be zoekers van Hulst maken gebruik van de mogelijkheid tot een wandeling over de om walling, een wandeling van 3'/2 kilometer. Zij voert langs negen bastions, telkens met een bord aangeduid. Van de Gentse poort tegen de wijzers van de klok ingaande zijn dat Prince Bolwerk, Soms Bolwerk, Oude Molen Bolwerk, Doelen Bolwerk, Galge Bolwerk, Molen Bolwerk, Brederode Bol werk, Nassau Bolwerk en Oranje Bolwerk. Met de namen van de bolwerken belandden we aanstonds bij de belegering van de stad - van groot belang voor de positie van Ant werpen en de beheersing van de Honte of Westerschelde - door Frederik Hendrik in 1645. Hij had 30.000 man tot zijn beschik king waarvan een deel onder bevel van zijn zwager Brederode. Een derde legergroep was onder bevel van 's Prinsen schoonzoon Willem Frederik van Nassau. Na een bele gering van 28 dagen gaf de vestiging zich over. Arnoldus Montanus vermeldt in zijn Leven en Bedrijf van Frederik Hendrik (Amster dam, 1653): 'de Stadhouder (te weten de stedelijke bevelhebber!) Bevelhebberen en Soldaten sullen op Sondag den vijfden der Slagtmaand met vliegende vanen, branden de lonten, kogels in de mond, twee halve Kortouwen en 't groot Mortier na Antwer pen vertrekken. De gequetsten sullen binnen de Stad vertoeven tot haar ge- neesing' Zes keer eerder had Frederik Hendrik een poging gedaan Hulst te veroveren maar de aartshertogen Albertus en lsabelle hadden na de verovering van de stad in 1596 tijdens het twaalfjarig bestand de stad dusdanig versterkt met wallen, ravelijnen, bolwerken en contrescappen dat alleen een zeer grote krachtsinspanning zoals in 1645 succes kon hebben. Prins Maurits had Hulst in 1591 aan de kant van de Staatsen gebracht maar al vijf jaar later werden de bordjes verhan gen. In de loop van de 17e eeuw is de vesting nog weer versterkt, o.a. onder lei ding van Menno van Coehoorn. De tuin van de Nederlandse republiek was dankzij de stedendwinger Frederik Hendrik 'met hulst doorvlochten en verstevigd'Overigens is tijdens de Oostenrijkse successie-oorlog in 1747 Hulst door de Franse troepen vero verd. Bij de vrede van Aken, het daarop volgende jaar, trokken zij zich terug. WILLIBRORDUSKERK Bewogen is ook de geschiedenis van de Willibroduskerk en toren. Dit gebouw, een monument van de Brabantse gothiek dankt haar tegenwoordige vorm aan de herbouw

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1986 | | pagina 26